Tag Archives: Rome

Nullam Goes Orvieto (Umbrië)

Wereldwijd beroemd om zijn witte wijn en buitengewoon mooie kathedraal, maar er is echter veel meer te zien in de Umbrische stad Orvieto dan op het eerste gezicht lijkt. Orvieto is mijn favoriete dagtrip vanuit Rome (één uur met de trein vanuit Roma Termini) en een stad waar ik graag terugkom. Orvieto, gelegen in het zuiden van Umbrië heeft een van de meest fascinerende kathedralen in heel Italië, samen met een prachtig landschap en lekkere trattoria’s.

Met zijn Etruskische erfgoed en beroemde keramiek is het een geweldige stad voor kunst- en cultuurliefhebbers, maar met de typische charme van een kleine stad is het ook een geweldig alternatief voor steden in Toscane als je weinig tijd hebt of op zoek bent naar een ontsnapping uit Rome. Orvieto is niet groot, maar bijzonder sfeervol. En hoewel je Orvieto gemakkelijk in 24 uren kunt bezoeken, moedig ik iedereen altijd aan om te blijven overnachten, omdat er genoeg te zien is – en de stad heeft ‘s nachts een heerlijke sfeer.

Of je nu alleen reist, met kinderen op bezoek bent of op zoek bent naar een romantisch uitje, Orvieto voldoet aan alle eisen.

Mijn favorieten

Het stadscentrum

Het stadscentrum is compact, maar heeft een verwarrend gebrek aan lineariteit; je kunt urenlang door de smalle straatjes dwalen zonder ooit helemaal zeker te zijn waar je uitkomt (ik spreek uit ervaring). De gebouwen stralen een gouden gloed uit – bijna alles is gemaakt van tufsteen (tufa), het lokale vulkanische gesteente – wat een gevoel van warmte geeft aan de middeleeuwse paleizen en kerken, en hoewel de prachtige kathedraal van de stad wit glanst, is ook deze gemaakt van tufsteen, zij het bekleed met marmer.

Umbrië is erg trots op zijn eten en wijn, en terecht. Het is ook de thuisbasis van olijfolie, truffels en charcuterie om maar een paar lokale specialiteiten te noemen. Ook duif is een lokale delicatesse. In het middeleeuwse centrum zie je overal etalages van salumeria met hoofden van wilde zwijnen en massa’s lokale delicatessen.

Orvieto heeft ook genoeg trattoria waar je kan genieten van de specialiteiten uit eigen keuken.

Duomo di Orvieto

Met zijn indrukwekkende façade en sierlijke fresco’s wordt de 14e-eeuwse Duomo di Orvieto beschouwd als een van de mooiste van heel Italië. De kathedraal is gedecoreerd in gotische en romaanse stijlen en domineert het centrale plein van de stad, hoewel deze al van een afstand kunt zien, zelfs als je op het omliggende platteland bent. De bas-reliëfs en beelden op de façade vertegenwoordigen verhalen uit het Nieuwe en Oude Testament en bevinden zich onder gouden mozaïeken en een groot roosvenster. Het interieur is eerder somber van stijl, met uitzondering van de prachtige kapel van San Brizio, met de dramatische fresco’s die het Laatste Oordeel uitbeelden (een project gestart door Beato Angelico en voltooid door Luca Signorelli). Vasari, een 16e-eeuwse Italiaanse schilder en historicus, geloofde dat Michelangelo de fresco’s zo bewonderde dat hij ze gebruikte als inspiratie om zijn eigen Laatste Oordeel in de Sixtijnse Kapel te schilderen.

De werken aan de kathedraal begonnen in 1290 en duurden 300 jaar.

Orvieto is heel fotogeniek

Orvieto biedt veel mooie hoekjes, betoverende doorkijkjes en fotogenieke details. Loop even binnen bij het Palazzo Filippeschi-Simoncelli, met een prachtige binnenplaats, zoek er naar het prachtige uithangbord van de calzolaio (schoenmaker), en let op de rijen brievenbussen en kunstig uitgewerkte deurkloppers.

Torre del Moro

Een van de vele middeleeuwse torens van Orvieto, de klokkentoren Torre del Moro, is de beste plek voor een panoramisch uitzicht over de stad. Er zijn 240 treden naar de top, maar het is een gemakkelijke klim en je zult worden beloond voor je inspanningen! De openingstijden variëren per seizoen, maar als je een bezoek brengt in de wintermaanden, heb je geluk want je kan de tijd nemen om de zonsondergang te zien en de stad overal om je heen te zien gloeien.

Bewonder het uitzicht over het Umbrische landschap

Wandel over de Via Ripa Medici en de Vicolo Malcorini (doe dit niet als je problemen met je hart hebt…) en geniet van het uitzicht over het Umbrische landschap. Bij helder weer kun je heel ver kijken!

Pozzo di San Patrizio

In Orvieto mag je de kans niet missen om de Pozzo di San Patrizzio af te dalen – 62 meter diep – via twee hellingen in een dubbele helix. Gebouwd in de 16e eeuw door Antonio da Sangallo de Jongere, een van de toonaangevende architecten van de hoogrenaissance in Italië. Het is een prachtige site met 248 treden en 70 ramen met moderne verlichting. De put werd gebouwd in opdracht van paus Clemens VII, die na de plundering van Rome naar Orvieto was gevlucht om ervoor te zorgen dat de stad een onafhankelijke watervoorziening zou behouden.

NM.

Rome: De Spaanse Trappen

De beroemde trappen aan de Piazza di Spagna

 21 april is de verjaardag van het ontstaan van Rome. Volgens de legende werd Rome gesticht op 21 april in het jaar 753 voor Christus door de tweelingbroers Romulus en Remus. Romulus werd de eerste koning van Rome. In Rome, de hoofdstad van Lazio, zelf vinden voor deze gelegenheid allerlei festiviteiten plaats. Zo worden op 21 april de Spaanse Trappen omgetoverd in een bloemenzee van azaleas.

De Spaanse Trappen van Rome

Een plaats in Rome waar het altijd heel druk is zijn de fameuze ‘Spaanse trappen’ in Rome. Ze zijn gebouwd in Rococo-stijl tussen 1723 en 1726, en lopen van het plein Piazza di Spagna richting de Franse kloosterkerk Trinità dei Monti.

De trappen bestaan uit 135 treden en drie verschillende terrassen, verwijzend naar de Trinità – de drie-eenheid. Bovenaan de trappen bij de Egyptische obelisk, en bij een drukke toeristenmassa, heb je een schitterend uitzicht.

De naam is misschien wat verwarrend, aangezien de trappen werden gebouwd in opdracht van Lodewijk XII. Als het aan de Fransen had gelegen had er bij de trappen ook een groot standbeeld van de Franse koning Lodewijk XII gestaan. Maar de toenmalige paus liet dit echter niet toe, waardoor de bouw enige vertraging opliep.

In de 17e eeuw was de Spaanse ambassade op het plein onderaan de trappen, vandaar toch de naam ‘Spaanse trappen’. De officiële naam is ook niet Spaanse trappen, maar Scalinata della Trinità dei Monti.

Fontana della Barcaccia

Op de Piazza di Spagna staat een fontein van Pietro Bernini, de Fontana della Barcaccia, letterlijk ‘Fontein van de oude/lelijke schuit’. Dit verwijst niet naar de lelijkheid van het standbeeld, maar naar het verhaal dat de rivier de Tiber in 1598 buiten zijn oever trad en bij deze ernstige overstroming het lelijke bootje op deze plek belandde. En dit was de inspiratie voor Bernini.

Waar liggen de Spaanse trappen?

De Spaanse trappen eindigen bovenopeen heuvel (Pincio). Vanaf daar ben je dichtbij Villa Borghese (met de Galleria Borghese) en de 16e eeuwse Villa Medici. De Trinita dei Monti kerk bovenaan de trappen kan je gratis bezoeken (tip: de de imposante muurschilderingen, zoals de kruisafneming van Volterra).

Het gebied rondom de Piazza di Spagna is ook een luxueus winkelgebied met als hoogtepunt de Via Condotti.

NM.

Saltimbocca alla Romana

Vandaag 21 april is de verjaardag van het ontstaan van Rome. Volgens de legende werd Rome gesticht op 21 april in het jaar 753 voor Christus door de tweelingbroers Romulus en Remus. Romulus werd de eerste koning van Rome.

Saltimbocca alla Romana

Rome heeft een hele rijke keuken en om de verjaardag te vieren, maken we elk jaar een Romeins gerecht. Deze keer de klassieke saltimbocca alla Romana,  een onvervalste klassieker uit de Romeinse keuken. Saltimbocca is Italiaans voor ‘springt in je mond’ en dat doen de smaken van dit gerecht ook.

Secondo piatto

Saltimbocca (letterlijke vertaling: spring-in-de-mond) komt uit Rome, maar het gerecht is al sinds het einde van de 19e eeuw ook in de overige regio’s van Italië ingeburgerd. Thans is het een van meest typische Italiaanse gerechten.

Voor deze secondo piatto hebben we kalfsvlees (kalfslapjes), prosciutto, en salie nodig. En cocktailprikkers of tandenstokers (zie artikel)

Wat heb je nodig?

(voor 4 personen)

  • 8 dunne kalfslapjes
  • plakjes rauwe Parmaham – Prosciutto di Parma (zie artikel)
  • 50 gram boter
  • 2 EL olie
  • versgemalen zwarte peper
  • 2 dl witte droge wijn
  • 8-16 verse salieblaadjes

Hoe maak je het?

Sla de lapjes kalfsvlees zo plat mogelijk met een vleesmal (vleesklopper).
Leg op ieder lapje een plakje prosciutto en een paar blaadjes salie. Rol op en maak vast met een tandenstoker – zie artikel.


Verhit de helft van de olie en de boter in een pan, en bak hierin kalfslapjes in korte tijd aan beide zijden bruin. Blus met de witte wijn toe.

Roer de bruine bakresten los en laat inkoken tot de wijn verdampt is en het vlees zacht en mals (ongeveer 5 tot 10 minuten).

Serveer de kalfslapjes op een voorverwarmde schaal op en giet er de saus overheen. Geef er verse tagliatelle bij.

Buon appetito,

NM.

#POTD Ponte Sisto Rome

Rome heeft zoveel prachtige bruggen die ‘s avonds verlicht zijn. De lichten gingen voor het eerst aan in het jaar 2000 en zijn sindsdien niet meer gedoofd. De rivieroever ziet er ‘s nachts zo mooi uit en draagt ​​echt bij aan het geroezemoes van de stad en het nachtleven. Vanop de Ponte Sisto heb je een mooi zicht op de SintPietersbasiliek (Basilica di San Pietro).

Ponte Sisto

Ponte Sisto is een brug over de Tiber in het historische centrum van Rome. De bouw van de huidige brug vond plaats tussen 1473 en 1479, en werd in opdracht van paus Sixtus IV – naar wie de brug is vernoemd – gebouwd.

De brug is architectonisch kenmerkend vanwege de “oculus” die het metselwerk van zijn centrale borstwering verlicht. Deze werd opgericht om de druk van de rivier op de brug te verminderen in geval van overstroming.

Trastevere

De Ponte Sisto verbindt het levendige en populaire gebied Campo de ‘Fiori en via Giulia met Piazza Trilussa in Trastevere aan de overkant van de rivier. Trastevere heeft een bijzondere karakter door zijn smalle straten, bestraat met sampietrini (kinderkopjes van basalt), omgeven door originele middeleeuwse volkswoningen. Vanwege de vele cafés en restaurants worden de straten ‘s nachts bevolkt door zowel Italianen als buitenlanders. Ideale locatie voor aperitivo op vrijdagavond.

In the Mix De Cardinale

De Scharlakenrode Verleiding

De eerste keer dat ik deze cocktail hoorde vernoemen was onder de naam, the scarlet seduction. In het Nederlands vertaald zou dit de scharlakenrode verleiding zijn, maar dat bekt niet zo lekker. En klinkt meer als een strip van Kuifje. Dit scharlakenrood of vuurrood of vermiljoenrood verwijst echter naar de kleur van de soutanes van de kardinalen.

Cardinale in de film

De Cardinale is een vrij recente cocktail, ontworpen door een zekere Raimonda, de barman van het beroemde Excelsior hotel in Rome, en dat ergens in 1950. De cocktail speelde een belangrijke rol in Vacanze romane (Roman Holiday), een film uit 1953 met Audrey Hepburn en Gregory Peck  in de hoofdrollen (zie foto hieronder). Maar ook in La Dolce Vita van Federico Fellini.

Vacanze romane – Audrey Hepburn en Gregory Peck

50 jaar Vespa Primavera

In 2018 werd de cocktail nog eens nieuw leven ingeblazen bij het 50 jarig bestaan van de Vespa Primavera (alhoewel Gregory Peck en Audrey Hepburn niet op een Primavera rondreden, maar een Farobasso).

Nardini Bitter

De cocktail is verleidelijk en niet alleen omwil van de mooie kleur. We gebruikten Nardini Bitter (24 % ABV) als basis. Het is een bitter aperitivo zoals Campari maar minder zuur en iets meer kruidig (zie artikel). De kleur komt door het gebruik van ponceau R4, waardoor Nardini wel geschikt is voor vegans en vegetariërs. Verder gebruiken we nog gin en een droge witte vermout.

Zeker bij warm weer is dit familielid van de Negroni een verleidelijke – en gevaarlijke – sipper. Met mate dus.

Cin Cin…

Wat heb je nodig?

  • 30 ml gin
  • 22 ml Nardini Bitter
  • 22 ml droge – dry – vermout bvb La Quintinye, Dolin, Noilly Prat

Hoe maak je het?

Doe alle ingrediënten in een mengglas gevuld met ijsblokken. Stir en strain over ijs in een gekoeld glas. Kneus een stuk citroenschil over het drankje en dien op.

NM.

In the Mix: de Rabarber Mimosa

4574

De herkomst van rabarber

De eerste tekenen van rabarber dateren uit China van 2700 jaar voor onze jaartelling, waar rabarber eerst gekweekt werd voor zijn geneeskundige kwaliteiten (zoals trouwens zoveel andere planten en kruiden). De naam rabarber zou afgeleid zijn van Rha, de oude naam van de rivier de Volga, waar rabarber weelderig tierde. Ook de Grieken kenden rabarber, een plant die van de Bosporus kwam, de zeestraat die Azië van Europa afscheidt. En zo komen we bij de handel in die tijd en de reden waarom rabarber tot bij ons is geraakt. De toenmalige handelaars uit Venetië brachten het mee van hun reizen naar het Verre Oosten – Marco Polo sprak al over rabarber tijdens zijn reizen naar China – en zo werd rabarber al heel vroeg in onze regionen door apothekers gebruikt. En in 1778 werd het voor het eerst als ingrediënt in de keuken gebruikt.

De Rabarber Mimosa

Tijdens de warme zomermaanden zijn we dikwijls op zoek naar originele en lekkere cocktails: niet te zoet, fris en een beetje zurig. We maken een alternatieve Mimosa – niet met vers geperst appelsiensap maar met een siroop van rabarber – een cocktail op basis van diezelfde siroop en een mocktail, de niet alcoholische versie.

Hoe maak je siroop van rabarber?

We beginnen met de siroop van rabarber. Ik maak die meestal van grote hoeveelheden rabarber, maar hieronder volgt de omrekening voor ongeveer 4 stelen rabarber.

Wat heb je nodig?

  • 4 stelen rabarber, in stukken van ongeveer 2 cm gesneden
  • 200 gram suiker
  • 200 ml water
  • 1 vanillestok
  • 2 takjes munt

4568

Hoe maak je het?

Alle ingrediënten mogen in een sauspan. Snij de vanillestok open, zodat de zaadjes vrijkomen. Breng aan de kook op een middelhoog vuur en laat gedurende 10 minuten sudderen, en tot de rabarber zacht geworden is.

Haal van het vuur, voeg er de verse muntblaadjes aan toe en laat afkoelen. Ik heb de siroop het liefst zonder pulp dus ga ik ze filteren. Let op, de siroop moet siroop zijn, dus dik en stroperig. Indien ze te waterig is, laat ze dan nog wat inkoken.

De Rabarber Mimosa

Verdeel de siroop over champagneglazen en vul bij met Prosecco. Ik koos voor de nieuwe Prosecco in het zomergamma van Delhaize, de Anna Perenna Brut DOC. Anna Perenna was een Romeinse godin van het voorjaar, met eigen feestdag op 15 maart (via Flaminia ad lapidem primum), die stond voor gezondheid, lang leven en hernieuwing, en het verbinden van het verleden met het heden, een beetje zoals we hier bij Nullam doen. Ze heeft ook haar eigen fontein, die trouwens pas in 1999 onder een ondergrondse parking in Rome werd ontdekt. De fontein is trouwens van onschatbare geschiedkundige waarde aangezien het de eerste is met opschriften gewijd aan een god (Abraxas) en zijn nimfen (Nymphis Sacratis Annae Perenna). Als je trouwens door de straten van Rome kuiert zal je heel veel verwijzingen naar deze dame terugvinden.

Een heel lekkere Prosecco trouwens, en het bewijs dat de Italianen eindelijk op kwaliteit gaan inzetten in plaats van op kwantiteit.

De Rabarber Fizz

Wil je een iets steviger versie van je cocktail met een hoger alcoholgehalte, dan hebben we deze Rabarber Fizz, op basis van gin en Prosecco en vers geperst citroensap voor een friszure toets. Een neutrale London Dry gin is hiervoor het best geschikt.

Wat heb je nodig? Voor 6 cocktails

  • 8 delen gin (bvb Bulldog)
  • 9 delen rabarbersiroop
  • 12 delen Prosecco of champagne
  • 100 ml vers geperst citroensap
  • ijsblokjes
  • Strips van citroenschil voor de afwerking

Hoe maak je het?

Vul je cocktailshaker met ijsblokken en en doe er alle bestanddelen in. Goed shaken en de inhoud verdelen over de glazen. Werk af met een strip citroenschil en een vers muntblaadje.

Rabarber Fizz Mocktail

Ook bij Nullam zijn de solden begonnen, vandaar 3 drankjes voor de prijs van één. Laat de gin en de Prosecco weg en vervang deze door spuitwater en je hebt een verfrissend, sprankelend en mooi roze niet-alcoholisch drankje voor de allerkleinsten of voor de BOB’s.

NM.

Vuurrode aardbeien gedompeld in gesmolten chocolade en geroosterde pistachionoten

5198

Er zijn zo van die combinatie die gewoon gemaakt zijn voor elkaar en dit is er één van. Kwa smaken passen de aardbeien met de chocolade en de gemalen geroosterde pistachenoten samen als Suske en Wiske. Ik heb dit snelle dessertje gemaakt met Elsanta aardbeien uit Hoogstraten. Hoogstraten, gelegen in de Antwerpse Kempen, is zowat het Vlaamse mekka voor de aardbei. Ze produceren het ganse jaar door, uitgezonderd de maand januari en februari.

We hebben maar drie ingrediënten nodig voor deze lekkernij. Dit dessert wordt beter naarmate de temperatuur verhoogt en de aardbeien nog roder en nog meer suiker zullen bevatten. Neem dus mooie, rode en sappige aardbeien. Voor de chocolade neem je best donkere chocolade met een hoog cacao gehalte. En als laatste nemen we rauwe, gepelde pistachenoten die we gaan in de pan roosteren en dan fijn malen.

Dit is niet alleen mooi om naar te kijken maar ook heel lekker. Het is tevens een perfecte finale voor een etentje en brengt je misschien wel in vakantiesfeer.  Of in vervoering, want aardbeien, het symbool van Venus in het Oude Rome, en chocolade zijn twee gekende afrodisiaca, de ultieme symbolen van de verleiding.

 Wat heb je nodig?

  • Een bakje aardbeien uit Hoogstraten
  • 50 g poedersuiker
  • 250 g donkere chocolade (70% cacao)
  • 100 g rauwe gepelde pistachenoten
  • 200 ml slagroom
  • 50g fijne kristalsuiker

Hoe maak je het?

De bedoeling is van een dun laagje gesmolten chocolade aan te brengen op de aardbei en deze dan te rollen in de fijngemalen pistachenoten.

Snij het groene uiteinde van de aardbeien. Doe ze in een kom en zeef er wat poedersuiker over. Meng goed en zet even opzij.

Smelt de chocolade langzaam au bain-marie (zie artikel). Neem van het vuur, roer even om en laat wat afkoelen.

Rooster voorzichtig de pistachenoten in een antikleefpan. Ze mogen lichtjes goudbruin zijn. Wanneer ze hun aroma loslaten zijn ze klaar. Laat ze afkoelen en hak ze fijn.

Steek de aarbeien op een prikker en domple ze in de gesmolten chocolade en dan in de gemalen pistachenoten. Leg op een serveerschaal en laat opstijven.

Suggestie

Je kan deze aarbeien eventueel serveren met opgeklopte slagroom, maar mijn persoonlijke voorkeur gaat naar een glaasje Moscati d’Asti, een sprankelende Italiaanse dessertwijn, gemaakt van de witte Moscato druif.

NM.

Carciofi alla Romana

8033

Marilyn Monroe: Miss Artisjok 1947

Op 1 juni 1926 wordt in Los Angeles, Norma Jean Baker geboren. Ze werd een icoon en sekssymbool in de jaren vijftig onder haar pseudoniem Marilyn Monroe, en is dat eigenlijk altijd gebleven. Wat weinigen weten is dat ze haar mondaine carrière begon met het winnen van de prestigieuze titel ‘Miss Artisjok’ in 1947. Dit marilyn-monroe-artichoke-queenevenement vond plaats in Castroville in Californië, een klein kuststadje van 6000 inwoners, gelegen in een landbouwgebied en gezegend met het perfecte klimaat voor het telen van artisjokken. Castroville is het artisjok centrum bij uitstek. Al meer dan 50 jaar lang wordt daar rond midden mei het Artisjok festival georganiseerd (voor meer info klik Artichoke Festival)

Middeleeuws en vegetarisch

Artisjokken worden al zeer lang in de keuken gebruikt. In de late Middeleeuwen werd aangeraden om  artisjokken te eten op de door de kerk georganiseerde vleesloze dagen (Etienne de LAIGUE, Singulier traicte contenant la propriete des Tortues, Escargotz, Grenoilles, et Artichaultz 1534). Het klassieke gerecht ‘artisjokken met hollandaise saus’, dat de goedkeuring van de kerk kreeg, was zo een alternatief gerecht ontworpen door La Varenne voor de talrijke vleesloze dagen.

Catharina de Medici

In de voetsporen van Catharina de Medici: in de oven gebakken ei op Florentijnse wijze” bracht U het verhaal hoe Catharina onder andere artisjokken introduceerde aan het Franse hof. Ze organiseerde dikwijls festivals aan het hof,  “magnificences” genoemd, waarbij er regelmatig “garmugia”, artisjokkensoep op het menu stond, haar favoriete gerecht.

0909

Cynar (zie artikel)

Cynar werd in Italië gelanceerd in 1952. Ondernemer Angelo Dalle Molle experimenteerde met cynarine, een bittere stof uit de wortels en bladeren van artisjok. Hij verfijnde de smaak met 13 kruiden en planten tot een diepbruine bitterzoete likeur. Cynar was geboren en zag zijn succes snel uitbreiden over de landsgrenzen.

Een Romeinse delicatesse

De eetbare gedeelten van de artisjok (Cynara scolymus) zijn de vlezige schutbladeren en het  hart. We gaan vandaag een klassieker maken met de artisjokharten, namelijk “carciofi alla Romana”, een gerecht dat onlosmakelijk verbonden is met Rome. De artisjokharten worden gegaard in olijfolie met look en balsamico: je kan dit serveren als antipasto of voorgerecht.

Wat heb je nodig?

  • 6 artisjokken
  • 2 EL vers geperst citroensap
  • ½ cup witte wijn
  • ½ cup olijfolie
  • 4 teentjes look
  • 2 theelepels balsamico azijn
  • 1 cup water
  • Zout en vers gemalen peper
  • Platte peterselie
  • 3 EL geschaafde Parmezaanse kaas

Hoe maak je het?

Vul een kom voor de helft met water. Verwijder de bladeren van de artisjokken met een scherp mes tot je enkel de harten over hebt en snij deze in vier delen. Doe het vers geperst citroensap in een kom met water en voeg er de artisjokharten bij. Laat  rusten gedurende 10 minuten. Giet daarna het water weg en droog de artisjokharten met keukenpapier.

Neem een pan en doe er de artisjokharten, de witte wijn, de olijfolie, look en balsamico azijn in en laat gedurende 5 minuten sudderen op een zacht vuurtje.

Doe er het water, zout en peper bij, zet een deksel op de pan en laat verder garen gedurende 15 tot 20 minuten tot de artisjokharten zacht geworden zijn.

Giet dit alles op een serveerschotel, werk af met peper en zout, de platte peterselie en de parmezaanse kaas en dien op. Je kan dit ook koud serveren.

NM.

Gnocchi alla romana classici

4329

Lang geleden heeft Nullam eens voor lange tijd in Rome ‘vastgezeten’ en had daar een leuke trattoria ontdekt die uitgebaat werd door de moeder van een collega. Een zeer leuke vrouw, una vera romana, die me met wilde gebaren heeft proberen wegwijs maken in de Romeinse keuken. En één van de gerechten die ze me heeft leren klaarmaken zijn deze gnocchi alla romana, een Romeinse klassieker.

Gnocchi bestaan al sedert de 13e eeuw in geschreven recepten en de gnocchi gemaakt van bloem en water bestaan al veel langer dan de gnocchi waar wij mee vertrouwd zijn, namelijk diegene die je maakt met aardappelen (gnocchi di patate). De Romeinen deden hun eigen ding met gnocchi en zo ontstonden de ronde schijven gemaakt met semolina, boter, eieren en Parmezaanse kaas. Je zou denken dat deze gnocchi nogal zwaar zijn door de boter, eieren en kaas, maar niets is minder waar. Ze zijn eigenlijk heel licht en luchtig.

Semolina stamt van het Italiaanse semola of zemelen, en is een geelkleurige bloem gemaakt van harde tarwe (semola di grano duro). Je kookt de semolina op bijna dezelfde manier als zachte polenta, maar je gebruikt melk in plaats van water. Eens de massa is opgesteven kan je ze gemakkelijk in vormen snijden zoals polenta.

Ze zijn heel gemakkelijk te maken en ideaal voor een dineetje want je kan ze op voorhand maken.

4321

Wat heb je nodig?

  • 750ml volle melk
  • 1 laurierblad
  • 1 teentje look, geplet
  • 125 gram semolina
  • 3 eigelen
  • 100 gram Parmezaanse kaas
  • Een snuifje nootmuskaat
  • 3 EL boter

Hoe maak je het?

Neem een sauspan met zware bodem en doe er de melk, het teentje look, een snuifje zout en het laurierblad in. Breng aan de kook. Verwijder het laurierblad en strooi al roerend de semolina in de melk. Blijven roeren, want je wil geen brokjes in je deeg. Het moet een mooie gladde massa zijn.

Verlaag het vuur en laat zachtjes verder pruttelen. Af en toe eens in roeren tot het mengsel is ingedikt en begint los te komen van de kant van je pan. Dit duurt ongeveer 10 à 15 minuutjes.

Haal de pan dan van het vuur en roer er met een garde de eigelen één voor één in. Als laatste mag de geraspte Parmezaanse kaas er bij. Kruiden met peper en flink wat zout en een snuifje nootmuskaat. De kruiding is heel belangrijk.

Beboter een diepe schotel en giet er de gnocchibeslag in. Verdeel het mengsel met een natte spatule over de schotel tot een dikte van ongeveer 1 centimeter en giet er de helft van de gesmolten boter over. Dek af en zet weg in de koelkast zodat het beslag kan opstijven.

Wanneer het beslag is opgesteven, kunnen we het gemakkelijk in vormen snijden (cirkels, vierkanten, driehoeken). Ik gebruik hier een ronde koekjessnijder met een diameter van 5 centimeter voor. De overschotten kan je met je handen terug in een vorm kneden. Uit deze hoeveelheid haal ik ongeveer 16 ronde schijfjes.

Nu blijft nog de afwerking over. Je kan ze in de resterende boter bakken of in de oven afwerken.

Bak de gnocchi in de boter tot ze mooi bruin en krokant zijn, ongeveer 5 minuten aan elke kant. Of leg ze in een ovenschaal, leg er wat blokjes boter op en wat geraspte Parmezaanse kaas en bak ongeveer 15 minuten in de oven op een temperatuur van 220 graden.

Deze gnocchi zijn heel lekker met een verse tomaten- of kaassaus of met een in de oven geroosterd stuk lams- of varkensvlees.

Eet de gnocchi terwijl ze warm zijn en vers. Eens ze gebakken zijn kan je ze niet meer opwarmen.

NM.

Pasta alla Gricia

De Moederpasta’s

klassiekers

Een tijdje geleden hadden we al bucatini all’amatriciana op het menu, vandaag maken we de laatste van de moederpasta’s klaar. Carbonara, Cacio e Pepe, Amatriciana en Gricia, dit zijn zowat de vier meest klassieke pastagerechten die de ruggengraat vormen van elke restaurantkeuken in Rome.

8559

Waarom Rome? Omdat daar een eigen toets gegeven wordt aan pastagerechten en dus de Parmigiano-Reggiano vervangen wordt door Pecorino Romano en pancetta vervangen wordt door guanciale. Andere smaken dus, in vergelijking met andere regio’s. De basisingrediënten zijn dus guanciale en Pecorino Romano en met nog 5 à 6 extra ingrediënten in je proviandkast kan je makkelijk alle moederpastagerechten klaarmaken.

Pasta alla Gricia is de minst bekende van de vier, maar eigenlijk een beetje mijn favoriet omdat het een perfect smaakevenwicht is tussen pasta, kaas en het zoute van gepekelde varkenswangen, de guanciale. Dit gerecht komt oorspronkelijk uit het bergdorp Grisciano in de buurt van Rome. Het zou volgens de geschiedenisboeken het gerecht zijn dat de schaapherders maakten bij hun tochten door de bergen. Het ontbreken van tomaten wijst er op dat het gerecht al bestond voor de tomaten in Europa arriveerden en werden opgenomen in de eetgewoonten.

8192

Als je Pasta alla Gricia kan klaarmaken, ben je maar een stapje verwijderd van de echte Carbonara en de bucatini all’amatricana.

Wat heb je nodig?

  • Bucatini of een ander type pasta
  • Guanciale
  • Pecorino Romano

Hoe maak je het?

De saus met guanciale is zeer eenvoudig te maken en is eigenlijk nog in niets gewijzigd van de manier waarop de schaapherders in de bergen deze pasta klaarmaakten. Er wordt ook niets anders aan toegevoegd: geen ajuin, geen kruiden en geen wijn. En eigenlijk ook geen look.

Zet een grote pan gezouten water op het vuur. Snij de guanciale in zeer dunne reepjes. Doe de guanciale in een pan met één of twee lepels olijfolie en zet deze op een laag vuurtje. De guanciale moet smelten, niet bakken. De olijfolie helpt om de smaak van de gesmolten guanciale evenredig te verdelen over de pasta. De guanciale moet dus doorzichtig en zacht blijven. Indien de gianciale al gesmolten is voor je pasta genoeg gekookt is, kan je er wat van het kookvocht van de pasta bij doen, om uitdrogen te vermijden. Het zetmeel in het kookwater is trouwens belangrijk voor het afwerken van dit gerecht, want het moet binden met het vet om saus te worden.

Kook je pasta al dente, haal een grote lepel kookvocht uit de pan en hou deze bij. Giet de pasta af en doe deze bij de guanciale in de pan. Verhoog het vuur lichtjes en meng alles goed dooreen. Doe er eventueel de rest van het kookwater bij, indien je meer water nodig hebt om de saus te binden.

Haal van het vuur, kruid met vers gemalen zwarte peper en doe er de geraspte Pecorino Romano bij. De Pecorino Romano heeft een dubbele rol: binding en smaak. Niet teveel kaas bij doen, maar net genoeg om de pasta met de saus te binden en de ‘harde’ smaak van deze schapenkaas aan de pasta te geven. Ik doe er wat rode chilipepervlokken bij, dat is de enige afwijking.

Enkele variaties

Ziezo, dit was het. Als je het maken van deze Pasta alla Gricia onder de knie hebt, ben je op het juiste pad. Voeg er een ei aan toe en je hebt Carbonara. Laat de guanciale weg, maar doe er meer kaas, zwarte peper en kookvocht bij en je hebt Cacio e Pepe. Doe er wat fijn gesnipperde ui bij en wat tomaten en je hebt all’Amatriciana. Vier gerechten voor de prijs van één.

Buon Apetito!

NM.