Vandaag een zomers voorgerecht waarin we onze eigen gekweekte jalapeños verwerken. We pekelen een mooi stukje heilbotfilet – het moet niet altijd zalm zijn. Heilbot is familie van de tarbot, schol en tong. De vis is zeer smaakvolle met stevig vlees en is vergelijkbaar met tarbot qua smaak. We gaan droog pekelen, dat wil zeggen met zout maar in plaats te laten drogen in de zon laten we de vis verder uitdrogen in de koelkast. Pekelen is echt gemakkelijker dan je denkt.
Sel gris de Guérande
Voor de gepekelde heilbot gebruikte ik Sel de Guérande, een grof zeezout (Sel gris) dat langzaam kristalliseert op de kleibodem van de zoutpan. Hierdoor verkrijgt het zijn lichtgrijze kleur. Water uit de koude zeestroom van de Atlantische Oceaan wordt via een ingenieus kanalenstelsel geleid naar ondiepe kleimoerassen. De zure klei neutraliseert in zekere het zeer basische zeewater, waardoor je een heel natriumarm zout krijgt. Ideaal voor onze pekel dus.
Onze wijnsuggestie
Deze witte Roero Arneis Perste DOCGvan Marco Bonfante: 100% Arneis druif en een intense strogele kleur. Deze wijn uit Piemonte heeft rijkelijke aroma’s en een mooi evenwicht tussen de mineraliteit, alcohol en zuurgraad.
Wat heb je nodig?
300 gram heilbot
Griekse yoghurt
300 gram zout
50 gram suiker
2 jalapeños
radijzen
jonge veldsla
Voor de gepekelde komkommer en venkel
50 gram suiker
50 ml witte wijnazijn (Aceto Balsamico Bianco di Modena)
1 komkommer
1 venkel
Hoe maak je het?
De gepekelde komkommer en venkel
Breng 50 ml witte zijnazijn, 50 ml water en 50 gram suiker aan de kook. Haal dan van het vuur en laat afkoelen. Snij de venkel en de komkommer in kleine blokjes. Deze mogen in de afgekoelde pekelvloeistof. Laat 15 tot 30 minuten (afhankelijk van de smaak die je wil) infuseren. Giet af.
In zout gepekelde heilbot
Meng het grof zeezout en de suiker en strooi deze over heilbotfilet, zodat deze mooi bedekt is. Laat ongeveer 15 tot 30 minuten rusten (afhankelijk van hoe gepekeld je de vis wil). Spoel af onder koud stromend water en laat een uur opdrogen in de koelkast.
Snij met een scherp mes in dunne plakjes en bewaar koud tot je opdient.
Mix de jalapeños met de Griekse yoghurt.
Verdeel de plakjes vis over de borden. Werk af met dun gesneden stukjes radijs, de dressing van Griekse yoghurt en jalapeños, wat blaadjes jonge veldsla en een fijn straaltje olijfolie.
Elk jaar tijdens de Zomer van Nullam houden we één of andere vergeten spirit uit de rekken. En dit jaar gaan we voor Gancia, een klassieker, een icoon uit Italië dat al jaren bestaat. En ons eerste drankje is de Gancia Americano.
Gancia
In 1850 stichtte de Gancia familie hun wijnmakerij in hun prachtige wijngaarden in Canelli in Piemonte. Het was daar dat Carlo Gancia de eerste Italiaanse mousserende wijn produceerde, waarbij hij de technieken toepaste die hij in de Champagne in Frankrijk had geleerd. Deze innovatieve wijn wordt nog steeds geproduceerd en is een premium Asti DOCG, gerijpt gedurende ten minste 24 maanden.
Tegen 1870 was Gancia een officiële leverancier van het Koninklijk Huis van Savoye. Een onderscheidend kenmerk van onze wijnmakerij zijn onze kelders – ook wel ondergrondse kathedralen genoemd vanwege hun ongelooflijk mooie architectuur. De kelders zijn uitgegraven in de tufsteengrond en behouden de koele, stabiele temperaturen die perfect zijn voor het maken en bewaren van wijn.
Gancia produceert onder andere stille en mousserende wijnen gemaakt van druiven zoals Brachetto , Chardonnay , Pinot noir , Pinot grigio en Pinot bianco. Gancia produceert ook Rosso, Bianco en Extra Dry vermout.
Gancia Aperitivo Originale
Het bedrijf is vooral bekend om zijnGancia Aperitivo Originale, de klassieke Italiaanse specialiteit. De natuurlijke basis van wijn in combinatie met een geheime mix van kruiden, fruit en planten en mede ook het lage alcoholpercentage (14,5%) maken het tot de perfecte keuze voor de moderne consument van tegenwoordig, die ten volste kan genieten van de verfrissende smaak, het dorstlessende karakter en het eetlust bevorderende karakter van Gancia.
Gancia Americano
Gancia Americano is een aperitief op basis van wijn dat sinds 1950 populair is in Italië. Gemaakt door concentraties van kruiden zoals alsem, sandelhout en bittere sinaasappel te combineren met jonge wijn, wordt het traditioneel voor de maaltijd geserveerd als aperitief. Als een verfrissende spritz in combinatie met Prosecco maar kan op zichzelf worden gedronken met ijs.
Perfect Serve
Gancia Aperitivo Originale staat voor la vita Italiana! Ideaal als aperitief voor het diner, maar ook gewoon lekker op een zomers terras, puur of met ijsblokjes,
In Italië krijg je vaak een dun stukje citroenschil bij je espresso. Maar wat is nu het geheim achter dit gebruik? Volgens sommige barista’s zou de aromatische olie in de zeste van citroen bedoeld zijn om slechtgemaakte koffie te maskeren. Volgens anderen is het een oud gebruik en moet de zeste eerst rond de rand van je espressotasje gewreven worden.
Een andere mythe beweert dat citroen tijdens de waterschaarste in de Tweede Wereldoorlog een alternatief vormde voor de toen broodnodige ontsmetting, dus om ziekte te onderdrukken. Maar misschien is het gewoon een oude marketinggimmick.
Research heeft ons dus niet veel verder geholpen. In ieder geval brengt me dit bij een cocktail op basis van koffie, waarin een andere Italiaans geheim zit: de hazelnootlikeur van Quaglia Nocciola Liquore
Quaglia Nocciola Liquore
Quaglia Nocciola Liquore is een ambachtelijk vervaardigde hazelnootlikeur. Deze heeft een ABV van 25,00 % en wordt gemaakt door de Antica Distilleria Quaglia uit Castelnuovo Don Bosco, een stadje gelegen tussen Asti en Turijn in Piemonte.
Rijk en uitgesproken qua karakter, waarbij het beste van hazelnoot in zowel de geur, smaak als afdronk aanhoudt. Dit wordt ondersteund door zachte toetsen van zoetigheden en een licht kruidige zweem.
Met Quaglia Nocciola voeg je eenvoudig een verrassende twist aan cocktails en mixed drinks toe, maar probeer deze ook zeker eens in combinatie met koffie of gewoon met ijs Ook dan is dit een aanrader!
The Italian Secret
Deze cocktail is geïnspireerd op de Italiaanse traditie om een schijfje citroen toe te voegen aan sterke Italiaanse gebrande koffie. Je kan de koffie die je nodig hebt voor deze mixed drink maken met een Bialetti voor een eerder sterke mokka of je gebruikt een espressomachine. In beide gevallen zal je zien dat de citroen de bittere tonen zal aanvullen. Experimenteren dus.
Naast de espresso hebben we nog amaro, grappa en hazelnotenlikeur nodig. Kies een eerder neutrale – niet te kruidige – amaro. En voor de grappa vond ik een iets oudere of gerijpte grappa de beste keuze. En voor de hazelnotenlikeur kan je Frangelico gebruiken, maar deze Italian Secret wordt veel beter met Nocciola, het geheim ingrediënt.
Wat heb je nodig?
15 ml Romano Levi Grappa
15 ml Quaglia Nocciola Liquore (of Frangelico)
15 ml amaro (bvb Amaro Averna)
60 ml espresso
stukje zeste van citroen
Hoe maak je het?
Voeg de ingrediënten toe aan een met ijsblokken gevulde cocktailshaker. Hard shaken en dubbel zeven in een mooi glas. Garneer met een stukje zeste van citroen.
Piemonte is natuurlijk gekend voor de Barolo en Babaresco wijnen, de gianduja hazelnoten en de chocolade (Caffarel, …). In het noordoosten van Piemonte vind je bijvoorbeeld 120.000 hectare rijstvelden. De Piemontezen noemen dit “il paesaggio delle acque“
Vercelli is de hoofdstad van de rijst en ligt ongeveer halfweg MIlaan en Turijn, in de Po-vlakte. Naast Vercelli – uit de gelijknamige provincie – heb je ook nog de provincies Novara en Biella die rijst (arborio en carnaroli) produceren.
De vlaktes van Vercelli zijn een gebied dat zich van oudsher altijd heeft beziggehouden met de rijstteelt. Immense wateroppervlakken die het landschap weerspiegelen, transformeren de omgeving in een magisch en betoverend landschap dat vele kunstenaars en dichters heeft geïnspireerd. Precies hier wordt de Acquerello in harmonie en respect voor het milieu gekweekt. Bij het kweken wordt het waterniveau hoog gehouden. Dit maakt het mogelijk het fragiele ecosysteem intact te houden, evenals de typische fauna van het rijstveld: kikkers, libellen en reigers hebben hier hun thuis.
Je vergeet nooit het eerste blikje Acquerello Carnaroli risotto rijst
Dat is de slogan van het bedrijf, en ze hebben groot gelijk want Acquerello Carnaroli Risotto rijst is een klasse apart. Carnaroli Risotto Rijst is smakelijker, gezonder en rijker. De Acquerello-rijst wordt minstens één jaar gerijpt in gekoelde silo`s, waardoor het zetmeel in de korrels wordt gestabiliseerd.
In Tenuta Colombara verwerkt Piero Rondolino de rijstkorrels in Acquerello via een exclusieve en internationale, door octrooirechten beschermde methode. Dit maakt de rijst beter bestand tegen bijt en meer smaakvol. Acquerello is een unieke rijst dankzij de trage, delicate verwerking en wordt door de beste koks van de wereld als zodanig erkend.
We hebben het al de ganse zomer gehad over fizzes & spritzen, en jullie hebben er dus nog een paar tegoed. Eén daarvan is gemaakt met Cocchi, een pareltje uit Piemonte, meer bepaald uit de provincie Asti.
Cocchi Americano
Cocchi Americano 16.5 ABV is een gearomatiseerde wijn ontwikkeld in 1891 door Giulio Cocchi. Sindsdien zijn ze blijven vasthouden aan het originele recept. Het is het aperitief bij uitstek in de streek van Asti.
De naam “Americano” komt enerzijds van het bitter maken van alcohol (amaro – amaricato) door er kruiden en specerijen aan toe te voegen en anderzijds door de Amerikaanse traditie van het drinken van vermout met ijs en soda.
De flessen van Cocchi vallen goed op dankzij de futuritische haan op het etiket – een design uit de jaren 1930 – die verwijst naar de stad Asti en naar de traditie van aperitivo.
De klassieke versie drink je chilled in een cocktailglas met een beetje sodawater, zodat alle aroma’s en smaken vrijkomen. Geef er een stukje zeste van appelsien bij voor een perefect serve.
Voor de Spritz Americano gebruik je een sprankelende wijn en voor de Royale versie, de prosecco uit Asti (bvb Alta Langa DOCG metodo classico). Heel verfrissend tijdens de zomer!
Nu, Cocchi Americano wordt ook in cocktails gebruikt, denk maar aan de Vesper Martini (zie recept) of de Corpse Reviver #2 of een Negroni Bianco.
Cocchi Americano is dus het perfecte ingrediënt voor de low ABV spitzes & fizzes waarover we het al de ganse zomer hebben. Niet vergeten, eens de fles open is, koel bewaren en binnen de maand uitdrinken.
Naast de klassieke Cocchi Americano is er ook nog Cocchi Storico Vermouth Di Torino en Dopo Teatro Vermouth Amaro Cocchi
COCCHI STORICO VERMOUTH DI TORINO
Cocchi Vermouth Di Torino heeft verleidelijke smaaknotities van rood fruit en sinaasappel. Dit is een veelzijdige vermouth die heerlijk is op zichzelf, maar ook een goede begeleider voor cocktails is. Vermouth di Torino is cultureel erfgoed van Piedmont, waar het huis Savoye (Casa Savoia) al in de 18de eeuw, de grote promotor was van dit product. Piedmonte is daarom het walhalla voor de liefhebbers van vermout.
En 120 jaar na de oprichting wordt de Storico Vermouth di Torino terug volgens het aloude recept van Giulio Cocchi gemaakt. Deze Storico is een eerder zoete amberkleurige vermout.
DOPO TEATRO VERMOUTH AMARO
De Dopo Theatro is een echte “avond” vermout, gemaakt volgens de traditie van Piemonte om ‘s avonds een glas gekoelde vermout met een stukje zeste van citroen te drinken. Het aan kunst en cultuur rijke Piemonte heeft aan theaters geen gebrek, vandaar ook de verwijzing naar de naam ‘dopo teatro‘.
De Vermouth Amaro Cocchi wordt gemaakt volgens een origineel recept van Giulio Cocchi, waarbij Artemisia absinthium (absinth of alsem) wordt verrijkt met rabarber, bitterhout, Swertia Chirata uit de gentiaanfamilie (chiretta) en een dubbele infusie van kina (cinchona). Door Barolo Chinato toe te voegen aan de basiswijn krijg je mooie rode nuances en een lekker geurende maar heel complexe Vermout. Maar wel onmiskenbaar Cocchi.
We kunnen de Dag van de Koffie niet laten voorbijgaan zonder iets over Renato Bialetti te publiceren. Er zijn er maar weinig die zoveel betekend hebben voor de koffiecultuur als deze besnorde Italiaan, die op 11 februari 2016 overleed. Hij werd 93 jaar en was tot de laatste dag met zijn bedrijf bezig.
Renato Bialetti werd bij wijze van spreken onder de koffiemachine geboren want ook zijn vader Alfonso was ermee bezig. Hij specialiseerde zich in het gieten van aluminium in zijn atelier in Crusinallo in Piemonte. Hij was eigenlijk bezig met een machine te ontwerpen om linnen te koken toen hij diezelfde techniek toepaste op een napoletano koffiemachine. Hij patenteerde in 1933 de toen revolutionaire en heel gebruiksvriendelijke “Moka Espresso” en Italiaanse koffiepauzes werden nooit meer wat ze voordien waren.
Het verhaal van Renato Bialetti is er één van de toenmalige fascistische vooroorlogse design cultuur, de naoorlogse marketing en industriële ontwikkeling en aluminium. Niet zo eenvoudig dus. Daarenboven was koffieconsumptie iets voor de publieke sfeer – namelijk de koffiehuizen – dus ook de koffiemachines werden in die tijd op maat van koffiehuizen gemaakt. Zo kwam in 1901 de eerste gepatenteerde stoom-espressomachine van Luigi Bezzera op de markt.
Maar koffie deed meer en meer zijn intrede in de privésfeer en caffe’ espresso begon stilaan een begrip te worden. In die prille beginperiode konden huisvrouwen twee machines kopen om koffie te maken: een napoletana of een milanese. Het is pas toen vader Alfonso de techniek van stijgend kokend water toepaste op een napoletano dat er een enorme doorbraak kwam. Revolutionair dus maar het was in het begin geen commercieel succes. Het is door de vastberadenheid van Renato Bialetti, zijn marketingkunsten en -weeral – kwam de doorbraak door een toen innovatief en populair programma op de RAI, namelijk Carosello. Een TV show met heel veel reklameboodschappen.
De keuze van aluminium is niet zo vreemd want in die naoorlogse periode werden ook vele kookpannen en keukengerei uit aluminium gemaakt, maar ook bijvoorbeeld cocktailshakers. En laat het nu net zijn dat het toenmalige Italië voldoende grondstoffen had voor aluminium (1931: “to acknowledge that a new and decisively important protagonist has emerged in the nation’s economic life: ALUMINUM. An Italian metal, the abundance of which makes us the envy of the world).
Dankzij Renato Bialetti werd een typisch mid 1930 design toestel een wereldwijd verkocht massaproduct. Eigenlijk een Italiaans naoorlogs mirakel. Zijn geniale marketingtechnieken zorgden dat iedereen een Bialetti had en dat ook de brand identity van Bialetti – omino con i baffi – overal ter wereld gekend was. Een tekening van Paul Campari trouwens.
Crodino Rosso, non-alcoholisch en met bloedappelsiensmaak
CRODINO SPEELT IN OP DE GROEIENDE VRAAG NAAR NON-ALCOHOLISCHE DRANKEN
Het aperitiefseizoen is officieel gestart, hét moment om de nieuwe Crodino Rosso te ontdekken: een non-alcoholisch aperitief met een frisse bittertoets en het aroma van bloedappelsien. Met de uitbreiding van zijn gamma beantwoordt Crodino perfect aan de groeiende vraag naar non-alcoholische aperitieven. Trendwatcher Herman Konings voorspelde het al en een studie van Ipsos voor Crodino bevestigt: de Belgen zien het non-alcoholische aperitief helemaal zitten zolang de ervaring maar gezellig en stijlvol blijft.
Een non-alcoholisch aperitief?
Belgen zien een non-alcoholisch aperitief wel zitten. Dat bevestigt een studie van IPSOS voor Crodino. Het maakt niet zo veel uit of een aperitief alcohol bevat of niet, het gaat vooral om de ervaring van het aperitiefmoment. Met het mooie weer en het terrasjesseizoen voor de deur zal de alcoholvrije trend ook deze zomer doorzetten.
Ook volgens trendwatcher Herman Konings houdt de trend van alcoholvrij nog even aan: “Een gevolg van het ‘flexistentialisme’ dat opkomt. Mensen, vooral jongeren, kiezen niet meer radicaal voor of tegen iets. Ze kiezen voor wat hen op dat moment het fijnste gevoel geeft of het beste smaakt. Ze willen geen keuzestress, genre vegetariër of carnivoor, digitaal of analoog, werk of leven. Nee, ze maken er een ‘blend’ van: vooral groenten maar af en toe ook vlees, aanwezig op sociale media maar af en toe ook detoxen. En dat doen ze dus ook met aperitieven: nu eens met alcohol en een andere keer perfect ook zonder alcohol.”
Wel belangrijk: we willen geen compromissen sluiten. Een aperitief mag gerust alcoholvrij zijn, maar moet wel even gezellig zijn en de verbondenheid onder vrienden of familie versterken. Ook verkiezen we een stijlvolle presentatie, een niet-alledaagse look zoals een aperitief dat wordt geserveerd in een elegant wijnglas met ijsblokjes en een smaakvolle versiering als citruszeste. Ook gaan we op zoek naar een volwassen, complexe smaak, zoals bij een licht bitter aperitief. Konings: “We zien het aperitief als een ‘small indulgence’, iets kwalitatiefs waarbij niet de luxe primeert maar het innerlijke gevoel van verwennerij. Een vleugje exotisme, misschien wat Italiaanse flair of een feestelijk cachet… het mag niet ontbreken bij een aperitief, en dus ook niet bij een alcoholvrij alternatief.”
CRODINO ROSSO
In Italië is Crodino al jaren het meest gedronken non-alcoholisch aperitief. Maar ook in ons land wint het bittere drankje op basis van vruchten en kruiden aan populariteit. De Belgische markt is dus helemaal klaar voor een tweede variant: Crodino Rosso, een even intens en natuurlijk aroma van zacht gebalanceerd bitter maar met frisse toetsen van bloedappelsien. Serveren doe je volgens de regels van de kunst: puur, in een wijnglas met enkele blokjes ijs en een schijfje sinaasappel. Dankzij zijn mature smaak en presentatie beantwoordt de nieuwe Crodino Rosso volledig aan de vereisten voor het alcoholvrije aperitief.
Crodino – sinds 1995 in de productportefeuille van Campari Group – werd in 1964 gelanceerd als ‘enige echte alcoholvrije aperitief’. Crodino is genoemd naar de Italiaanse ‘Terme di Crodo’, in het noorden van Piemonte. Het gezonde, zuivere mineraalwater uit dit kleine kuuroord vormt de basis van het drankje. De eeuwenoude bron ‘Fonte Lisiel’ werd in 1685 in Crodo ontdekt, vlakbij Lago Maggiore. Het recept voor Crodino en Crodino Rosso is een goed bewaard geheim.
Risotto met funghi porcini behoort voor velen tot het hoogste culinaire genot, misschien enkel geklopt door door risotto met truffels. Vandaag gaan we de perfecte risotto klaarmaken, met gemengde paddenstoelen.
Alhoewel rijst in zowat de halve wereld op het menu staat, is risotto onmiskenbaar Noord-Italiaans, vooral in de regio’s Piemonte en Veneto, waar je trouwens heel uitgestrekte rijstvelden kan zien en waar ze de goede boter hebben. Risotto is strikt genomen een primo (een voorgerecht), maar wordt evenveel als hoofdgerecht geserveerd.
Risotto maken is kunst
Het maken van risotto is voor mij een kunst, waarbij je alle zintuigen moet gebruiken om tot een perfect gerecht te komen: zien, ruiken, voelen maar ook luisteren. Eigenlijk een heel therapeutische bezigheid na een dagje stress. Schenk je zelf een glas wijn, zet wat muziek op en neem je favoriete pan en houten lepel en geniet.
Risotto lijkt heel eenvoudig om te maken, maar het is een gerecht dat je onverdeelde aandacht van start tot einde nodig heeft. Die 20 tot 25 minuten ben je bezig met je risotto en niets anders.
Welke rijst voor risotto?
Laten we beginnen bij de keuze van de rijst. Voor risotto heb je korte korrelrijst nodig, zoals Arborio, Carnaroli of Vialone Nano (zie ook link onderaan). Dit zijn de ideale soorten rijst om risotto te maken. De kunst is om een rist te gebruiken die de vloeistof voldoende gaat absorberen zonder extreem te gaan kleven of te desintegreren. We hebben textuur en consistentie nodig.
Carnaroli is de ideale rijst voor beginnende risotto makers, omdat het eigenlijk heel moeilijk is om deze te overkoken. Carnaroli behoudt tijdens het kookproces heel lang zijn vorm en textuur, dit dankzij de twee lagen. De zeer resistente binnenlaag beschermt de korrel, zodat je deze rijst zonder al te veel problemen al dente kan koken. Arborio rijst is eigenlijk de meest temperamentvolle rijst en vergt toch al enige ervaring: hij overkookt gemakkelijk en doet de rijstkorrels desintegreren. Carnaroli is eigenlijk een uitvinding van net na de tweede wereldoorlog en is een kruising van arborio en Japanse rijst. Vialone nano zijn hele korte rijstkorrels die veel minder zetmeel bevatten, ideaal voor een visrisotto. Doordat deze rijst minder zetmeel bevat, lijkt hij ook lichter verteerbaar.
De twee geheime wapens
Wat je in jouw risotto verwerkt, is volledig jouw keuze. Persoonlijk hou ik het zo eenvoudig mogelijk. Wel geef ik je nog dit mee, namelijk mijn twee geheime risotto wapens. Ik heb jaren geleden leren risotto maken van een echte Italiaanse mamma, de moeder van een Italiaanse collega, die een trattoria uitbaatte. Ik heb daar twee weken lang elke avond in de keuken mogen kijken en leren, en heb daar de kunst van risotto maken geleerd. Het eerste geheim wapen is Brodo ai Funghi Porcini. Naast de klassieke bouillon meng ik er ook wat brodo bij, voor een meer intense en diepere smaak. En het tweede wapen gebruik je tijdens de afwerking: gebruik ietsje minder boter maar voeg er een stuk meegekookt beenmerg bij. De kaloriedokter zal waarschijnlijk protesteren, maar dit maakt je risotto oh zo lekker!
Risotto con funghi misti foodpairing met Amontillado Sherry
Amontillado sherry is unieke complexe sherry omwille van het gecombineerde verouderingsproces. De sherry is subtiel en delicaat met zijn toetsen van hazelnoot. Zacht in de mond met een juiste zuurtegraad, droge afwerking en lange afdronk met hints van gedroogd fruit en met wijn doordrenkt hout.
De hazelnoottoetsen van de sherry versterken de karakteristieke nootachtige smaak van de paddestoelen. Beiden hebben iets romigs, maar de scherpe en frissen Amontillado komt in evenwicht met de romige textuur van de risotto.
Zorg dat alles klaar is wanneer je begint. Je mise en place is dus heel belangrijk.
Zet de pan met de bouillon op een laag vuurtje en hou een pollepel klaar.
Kuis de paddenstoelen en versnij in plakjes indien nodig. Hou een paar mooie exemplaren voor de afwerking.
Neem een pan met dikke bodem en warm een lepel olijfolie en een lepel boter op. Fruit de fijn gesnipperde sjalot op een laag vuurtje. Wanneer de sjalot begint te kleuren mag je er de stukken paddenstoel bij doen. Roer regelmatig om. Na een paar minuutjes mag de rijst erbij. Goed omroeren want het is belangrijk dat alle rijstkorrels de vetstof opnemen. Je moet ze zien glinsteren.
Nu begint het echt werk, en in deze fase is geduld nodig. Giet een pollepel bouillon op de rijst: hete stoom zal uit de pan komen en de rijst kan het vocht beginnen absorberen. De bouillon moet echt volledig geabsorbeerd zijn vooraleer je er de volgende bij doet. Het proces versnellen heeft echt geen zin.
Mocht je gedroogde funghi porcini gebruikt hebben, mag je het water waarin je ze gehydrateerd er nu bijdoen. Of voeg een beetje Brodo ai Funghi Porcini bij, voor een diepere smaak.
Blijf in de volgende minuten bouillon toevoegen. Roer regelmatig om. Wanneer de rijst al dente – beetgaar – is haal je de pan van het vuur. We werken van met de rest van boter en de parmezaanse kaas. Deze maken je risotto smeuïg. Maar het geheim wapen in mijn risotto is beenmerg, dat ik meegekookt heb in de warme bouillon.
Versier de risotto met een paar mooie paddenstoelen en dien warm op.
Panna cotta behoort samen met tiramisu tot de populairste Italiaanse desserts. Desserts gemaakt van melk en room vind je in veel keukens terug en de verschillen zijn soms zeer klein: posset (zie recept), manjar blanco, de Engelse blanc-manger (koemelk en gebonden met maïzena) enzoverder, terwijl de echte panna cotta uit Piemonte gemaakt is met room en gelatine.
Panna cotta of gekookte room is een elegant dessert met een fluwelen textuur, gemaakt door melk, room en suiker te laten opkomen, er dan gelatine bij te doen, in vormpjes gieten en in de ijskast te laten opstijven. Het wordt veelal geserveerd met één of andere coulis en vers fruit. Gemakkelijk te maken dus.
Maar niet alles is wat het lijkt, zoals met vele eenvoudige recepten. De smaak en de textuur moet echt zeer goed zijn, want je kan je niet verstoppen. Je kan dus snel en zonder al te veel moeite een goede panna cotta maken, maar wil je nog een stapje verder gaan dan zal je moeten experimenteren met de verhoudingen en de soorten room omdat dit de textuur gaat veranderen (rijker, romiger, lichter, …).
Aroma’s
Nog een woordje over aroma’s. De regel is dat als je er een aroma aan toevoegt, het delicaat en subtiel moet zijn. Het meest gebruikte aroma in panna cotta is een vanillestokje, maar je kan ook rozenwater, saffraan, karamel of de zeste van een citroen toevoegen. Laat de vanillestok een tiental minuten trekken in je mengsel, maar snij natuurlijk eerst de vanillestok open en schraap het vanillemerg er uit omdat dit er ook in moet.
Ook een vleugje alcohol kan, zoals bijvoorbeeld amaretto of cognac. Voeg dit echter toe op het einde wanneer het mengsel al iets afgekoeld is en begint op te stijven (geleren), of de smaak zal verdampen.
Week de gelatineblaadjes in een kom met wat koud water.
Giet de room en de melk in een pan, voeg er de suiker bij verwarm op een zacht vuurtje al roerend tot de suiker is opgelost, tot net aan de kook. Neem de pan van het vuur en laat afkoelen.
Knijp de gelatine uit en roer deze in het lauwe roommengsel tot het opgelost is. Roer af en toe eens om.
Giet door een fijne zeef in de vormpjes. De gelatine zal nu zijn werk doen. Laat de vormpjes ongeveer 4 uur of een nacht in de koelkast rusten.
Tot zover ging alles zeer goed: maximum 15 minuten voorbereiding en een nachtje rusten, dus een dessert dat je gemakkelijk op voorhand kan maken.
Nu komt voor velen echter het moeilijkste deel: de panna cotta’s omdraaien op een bord. Je recept zal waarschijnlijk zeggen dat je potjes eerst een korte duik in kokend water moeten maken en dat je de inhoud met een mes moet losmaken. Spijtig genoeg en zeker in momenten van stress werkt dit niet, met als resultaat, verbrande vingers.
Een paar tips om dit te vermijden. Gebruik geen vormpjes met al te dikke randen. Vooraleer je de potjes vult, wrijf ze even in met een neutrale en smaakloze olie, dat helpt bij het losmaken. Ten tweede, vul de potjes tot bovenaan, dat helpt ook bij het losmaken, maar vooral bij het plaatsen op het bord. Om dit te vermijden kan je de panna cotta ook in mooie vormpjes maken en ze er helemaal niet uithalen.
Serveer de panna cotta bijvoorbeeld met wat vers rood fruit, dit zorgt voor een scherp contrast. Ik heb de panna cotta met lemon curd (zie recept) en met honing en pistachio noten geserveerd.
Vandaag maken we zowat mijn favoriete dessert, sabayon, zabaione of zabaglione. Ik weet niet hoeveel liters sabayon ik al heb klaargemaakt in al die jaren, maar ik vermoed dat ik ongeveer een Fiat Cinquecento zou kunnen vullen. Ik eet het graag, maar ik maak het ook graag klaar. Een schitterende dolci (dessert) waarvoor je enkel een drietal ingrediënten nodig hebt, wat spierkracht en een beetje oefening. Sabayon is ideaal als je last minute nog een dessert moet maken.
De verhoudingen
De basis voor 4 personen is 4 eigelen, 2 eierdopjes suiker en 2 eierdopjes vloeistof. Probeer niet te ver van deze verhoudingen af te dwalen want een sabayon is een emulsie, dat betekent dat de verhouding vetstof versus vloeistof belangrijk is.
Ik maak mijn sabayon met Vin Santo, Marsala, Moscato D’Asti of zelfs Brachetto D’Acqui (een zoete, mousserende, rode wijn) gebruiken. Belangrijk is te weten wat je gebruikt, met andere woorden hoe zoet is mijn vloeistof, zodat je eventueel de ingrediënten wat kan aanpassen, of er wat vers geperst citroensap bijdoen om een beter evenwicht te hebben.
Voor deze sabayon gebruik ik een sprankelende wijn uit Piemonte gemaakt van de moscato bianco druif. Moscato verwijst naar het aroma van muskus van de druiven (Apiano genoemd door de Romeinen). Asti heeft DOCG kwaliteitsstatus (Denominazione di origine controllata e garantita) en hieronder vallen wijnen, de Asti spumante en de Moscato D’Asti. De Moscato is iets zoeter terwijl de Asti iets meer sprankelt en iets meer alcohol bevat.
Ik gebruikte deze keer een Asti Riccadonna DOCG verkrijgbaar bij Delhaize. Deze Asti is fruitig, natuurlijk zoet en vormt met zijn lage alcoholgehalte de ideale afsluiter van elke maaltijd. Inderdaad, een deel gaat in de sabayon en de rest wordt bij het dessert geserveerd. Riccadonna is in 1921 ontstaan in Canelli – Asti toen Ottavio Riccadonna er de productie van Piemonte-wijnen en vermouth startte. Sindsdien is de geschiedenis van het bedrijf sterk verweven met het gebied die zich in het hart bevindt van waar de Moscato d’Asti wordt geproduceerd. Gruppo Campari verwierf Riccadonna in 2003 en het volgende jaar werd de productie overgebracht naar de moderne structuur van Barbero 1891.
Nog een paar tips: eens je de suiker bij de eierdooiers hebt gedaan, moet je onmiddellijk beginnen kloppen. Anders gaat de suiker de eierdooiers verbranden. En eens je begint te kloppen, moet je doorgaan tot het einde. Geen tijd meer om een toiletbezoek te doen of nog even naar schoonmoeder te bellen.
Veel plezier met dit lekkere dessert. Au bain-marie doet er me net aan denken dat het Moederdag is in Antwerpen.
Wat heb je nodig? Voor 4 personen
4 grote eigelen
2 EL suiker
120 ml Asti spumante of Moscato d’Asti Riccadonna DOCG
220 ml room
2 gelatineblaadjes
spierkracht
Hoe maak je het?
Doe de eigelen, de Moscato en de suiker in het bovenste gedeelte van de bain-mariepan (bagnomaria), en hou deze voorlopig weg van het vuur. Klop onmiddellijk met een garde gedurende ongeveer 5 minuten tot het mengsel licht geel wordt en schuimig.
Laat de gelatineblaadjes zacht worden in wat koud water.
Breng ondertussen wat water in het onderste gedeelte de au bain-marie pan tot bijna aan het kookpunt. Zet het topgedeelte met het mengsel er bovenop. Nu moet je constant blijven roeren. Het mengsel zal eerst beginnen schuimen en dan na ongeveer 5 minuten opzwellen en indikken tot een zachte massa. Hoe zie je of je sabayon klaar is. Eerst zal je zin dat je garde sporen begint te laten in de sabayon. Gebruik de 8 seconden regel: lepel met je garde wat sabayon omhoog en laat het terug vallen. Dit hoopje sabayon zal langzaam terug vlak worden. Als je tot 8 kan tellen is je sabayon klaar. Haal de bovenste pan van het vuur en zet op een keukenhanddoek op het aanrecht.
Knijp het overtollige vocht uit de gelatineblaadjes en roer deze onder de sabayon. Laat verder afkoelen. Blijf roeren – ik weet het, je arm is moe – want helpt het verder indikken van de zabaglione.
Klop de room op en voeg deze bij de afgekoelde zabaglione. Verdeel de massa over de glazen en zet een paar uur weg in de koelkast.