Tag Archives: Islay

What’s your next wee dram? Kilchoman Madeira cask matured 2021

5 januari is ROBERT BURNS night

Should auld acquaintance be forgot,
And never brought to mind?
Should auld acquaintance be forgot,
And auld lang syne!

Auld Lang Syne (Robert Burns)

Auld Lang Syne

robert burns

De kans is groot dat je dit liedje al een paar keer luidkeels hebt meegezongen. Auld Lang Syne – herinnering aan vervlogen tijden – is een gedicht en oude Schotse ballade van de hand van de Schotse dichter Robert Burns. Hij heeft het zelf op muziek gezet, hoewel de melodie die wij kennen niet de originele is. Auld Lang Syne wordt traditioneel gezongen op Hogmanay, de overgang van het oude naar het nieuwe jaar, maar zeker ook op Burns Night.

Robert Burns werd geboren op 25 januari 1759 en overleed op 37-jarige leeftijd in Dumfries op 21 juli 1796. Burns heeft heel wat gedichten geschreven en bijgedragen tot de Schotse cultuur en was zeer populair. Een paar jaar na zijn dood besloten vrienden zijn verjaardag te herdenken en zo werd 25 januari Burns Night.

Wat doe je op Burns Night?

Burns Night is een viering volledig gewijd aan de gedichten van Robert Burns, Haggis en whisky. Op het menu staat meestal cock-a-leekie soup , een soep gemaakt van kip en prei, de klassieker Haggis, neeps and tatties, als dessert cranachan of bannocks. En vooral toasten op Robert Burns.

Kilchoman Madeira cask matured 2021

Traditioneel doe ik op Burns night een flesje whisky open en dit jaar is het de beurt aan deze Kilchoman Madeira Cask, gebotteld op 50% alcohol en gelimiteerd tot 17.000 flessen wereldwijd. Kilchoman Distillery had gepland om deze eind 2021 uit te brengen, maar door een tekort aan flessen liep het vertraging op.

Het is een jonge, maar karaktervolle single malt whisky die werd gedistilleerd in mei 2016 om daarna 5 jaar en 3 maanden op 46 nieuwe madeira hogsheads te rijpen.

Anthony Wills, de stichter van Kilchoman legt het perfect uit: “Kilchoman really lends itself to maturation in fortified wine casks.  The rich fruity character of the casks balances nicely with the creamy citrus sweetness of our new spirit.  My preference when using wine casks has always been to use fresh first fill barrels with a view to bottling the whisky relatively young.  This approach means the lighter clean flavours and the fresh maritime peat smoke isn’t overwhelmed by the cask influence” 

De geur doet denken aan tonen van karamel, sinaasappelzeste en rijpe pruimen gemixt met hints van kruiden en rook (50 ppm – Parts per million oftewel delen per miljoen is een maat voor concentratie van fenol – Ter vergelijking, Laphroaig 10 zit rond de 55 ppm)

Citrussmaken, tonen van perzik en rozijnen ontdek je in de mond en dit gaat over naar hints van walnoten, pure chocolade en rook. De afdronk doet denken aan wijn, bruine suiker, donker fruit en rook.

We wensen je een fijne Robert Burns night.

NM.

Kilchoman Loch Gruinart

Rockside Farm

De Rockside Farm – waarin de Kilchoman Distillery gevestigd is – in het dorpje met dezelfde naam, is gelegen op één van de mooiste plekken van Islay. Ik was erbij toen hun tijdelijk visitor centre pas openging, dit na een periode van zwarte sneeuw (zie artikel onderaan). Maar ik ben er mijn hart verloren en ben ze trouw blijven volgen. Ook omdat Anthony Wills single malt whisky maakt die in mijn smaak valt. Dus ik ben al die jaren bewust Kilchoman blijven kopen en proeven natuurlijk.

Loch Gruinart

De Loch Gruinart is de laatste aanwinst. Deze single malt whisky heeft zowel op Europese als op Amerikaanse eikenhouten vaten gerijpt. De leeftijd wordt niet vermeld en het alcoholgehalte is 46%.
Volgens Peter Wills is Loch Gruinart een vatting van voornamelijk bourbonvaten met wat sherryvatinvloed van zowel oloroso als PX.

Kilchoman gebruikt voor deze single malt de naam Loch Gruinart. Na Machir Bay, Loch Gorm, Coull Point, Saligo Bay en Sanaig zijn de geografische hoogtepunten bij de distilleerderij praktisch opgebruikt.

Je ruikt een beetje turf (50 ppm) en dan een beetje Schwarzwälder Schinken,: die typische geur van die Duitse gerookte ham. Voor de rest heel fris en heel herkenbaar Kilchoman.

Je proeft citroenschil, en appels en peren en een droge en intense turfrook. Proeft nog wat jong.

Ook in de afdronk domineren veel jonge smaken. Er is geen leeftijd bekend maar dit is vermoedelijk een jonge single malt whisky, die nog wat diepgang kan gebruiken.

NM.

Big Peat 25 Year Gold Edition van Douglas Laing

Douglas Laing Big Peat is een heerlijke volle ‘peated whisky’. Deze blended malt van 25 jaar oud bevat alleen whisky van de gekende Islay distilleries: Caol Ila, Bowmore, Ardbeg en Port Ellen.

De eerste Big Peat kwam uit in 2009 en de promostunt toen was dat er legendarische Port Ellen in de Big Peat blend zat. Dar was al genoeg om iedereen naar zijn favoriete whiskywinkel te laten lopen om een fles binnen te halen. We zullen het nooit weten, maar vermoedelijk zat er helemaal niet veel Port Ellen in, maar als promotie kon het tellen.

Sindsdien hebben de verschillende Big Peat expressies zich meer dan bewezen. Elk jaar komen er verschillende batches uit, en meestal ook een speciale kersteditie. De Big Peat 25 Year Gold Edition is uniek want het is de eerste Big Peat met een leeftijdsaanduiding.

Er zouden slecht 3000 flessen worden uitgegeven en die zouden nu in december op de markt komen. Het wordt dus weer bang afwachten of we er één op de kop kunnen tikken. Ja, want we zijn al fan sedert de eerste versie.

De Big Peat 25 year Gold Edition is het eerste deel van The Vintage series, een trilogie. De Big Peat werd gedistilleerd in 1992 en is gebottled op cask strength van 52.1%. Het is een blend van onder andere tenminste 25 jaar oude Ardbeg, Bowmore en Port Ellen, is non chill filtered en er werden geen kleurstoffen aan toegevoegd.

NM.

Sail away with Bunnahabhain and Deanston Whisky

Cinoco Spirits organiseerde een heel originele whisky tasting: Sail Away with Bunnahabhain! Eigenlijk Bunnahabhain en Deanston, want beide whisky’s kwamen uitgebreid aan bod. In de line up stonden maar liefst 3 single malts van Deanston en 5 van Bunnahabhain vermeld, waaronder een aantal unieke pareltjes. Nullam dus spoorslags naar de Haven van Oostende waar we aan boord van de Nele het ruime sop kozen, dit in het gezelschap van een keure whisky liefhebbers, Richard Crampin (Deanston Brand Ambassador), Stephan de Bolle en Chris Lauriers van Cinoco én Bob Minnekeer, de man die me 25 jaar geleden introduceerde tot de geheimen van single malt. Zo meteen de tasting, maar eerst even een woordje over de twee distilleries. Meer foto’s op de facebook pagina van Nullam.

Deanston

De Deanston distillery vind je op de oever van de rivier Teith in Doune (Pertshire), op ongeveer een uurtje rijden van Edinburgh. Ze openden hun deuren al in 1785 maar niet als een distillery maar als een katoenspinnerij.

Bunnahabhain

De distillery van Bunnahabhain gebouwd in 1881 (zie artikel) ligt een beetje verder dan Port Askaig, aan de Sound of Islay, bijna recht tegenover het eiland Jura met zijn imposante bergen, de Paps of Jura. Bunnahabhain is Gaelic voor monding van de rivier, in dit geval de Margadale waar de distilleerderij zijn water haalt.

Bunnahabhain, the Gentle Giant of Islay, is normaal gezien een milde whisky en niet of weinig gerookt : “it’s the sea air and pure spring water that some say fortifies our spirit.” Bunnahabhain is één van de meest onderschatte single malts van Islay, maar is een bezoekje meer dan waard en niet alleen omwille van het prachtige uitzicht op de Paps en hun strand.

De Masterclass

We kregen maar liefst 8 whisky’s in recordtempo te proeven. De eerst drie waren van Deanston: de Deanston NAS (No Age Statement), de Deanston 12 years en de splinternieuwe Deanston 15 jaar Organic.

  • Deanston 12 years 46.3% is een non-chillfiltered whisky – vandaar de gouden kleur – met een zachte smaak: honing, fruit en wat florale toetsen. Je krijgt ook wat aroma van citrus in de neus. Een frisse whisky.
  • Deanston Virgin Oak NAS 46.3% is een No Age Statement single malt, dus over de leeftijd weten we niets. Toch – althans voor mij – drinkt hij als een jonge whisky. Gerijpt in ex-bourbon vaten en afgewerkt in new eiken vaten. Iets te weinig uitgesproken smaakaroma’s. Een instap whisky.
  • Deanston 15 years Organic 46.3% Deze Organic was een ander paar mouwen. Nog niet te verkrijgen op de Belgische markt, maar hopelijk duurt dit niet te lang want dit is een aanrader, en het eerste wow moment tijdens deze tasting. Volledig traditioneel gemaakt en 100 % Organic, van ingrediënt tot de rijping in nieuwe eiken vaten en de botteling. En na 15 jaar rusten kwam deze organic uit de warehouse van Deanston. Je ruikt fruit en Amerikaanse eik en op je tong krijg je toetsen van specerijen, vanille en honing en zoete eik. Lange en stevige afdronk. Top!

Chris en Richard voorzagen ons van deskundige uitleg. Na Deanston kwamen vijf mooie expressies van Bunnahabhain aan de beurt.

  • Bunnahabhain XII 12 Year Old 46.3%: de entry level Bunnahabhain, licht geturfd voor een Islay whisky. De smaak is licht en fris maar er is toch genoeg complexiteit.
  • Bunnahabhain Ceòbanach 46.3%: Ceobanach betekent “Smoky Mist” en deze goed geturfde whisky is geïnspireerd op de periode toen Bunnahabhain zwaar geturfde whisky maakte. De smaak is dus rokerig, aards en hinten van vanilla en hout (omwille van de rijping in ex-bourbon vaten). Gebotteld zonder chill-filtration. Heel lekker.
  • Bunnahabhain Stiùreadair 46.3%: nog zwaarder geturfd dan de twee hiervoor. Gerijpt op first and second fill sherry vaten. De smaak? Zwarte peper, zee, rode vruchten en boterige koekjes. My kinda dram!
  • Bunnahabhain Môine 46.3% no age statement (NAS) Mòine is Gaelic voor turf (peat). Deze geturfde special edition heeft op een mix van Sherry, rode wijn en bourbon vaten  gerijpt en dat smaak je. Een topper.
  • Bunnahabhain Môine Oloro 60.1% no age statement (NAS) Limited Edition geturfde Bunnahabhain op cask strength, gerijpt op Oloroso sherry vaten. Mijn absolute favoriet! Spijtig genoeg bij ons niet te verkrijgen

Burgers en een Cocktail op Mensenmaat

Na de whisky master class op zee was het tijd om de innerlijke mens te versterken met lekkere burgers van M’nu Catering Concepts. Daarbij werden we een cocktail geserveerd op basis van de Black Bottle Blended Scotch whisky van Bunnahabhain. Deze blend wordt gemaakt met whisky van de 7 distilleries op Islay.  Met dank aan Peter Grunewald van Cocktails op Mensenmaat voor de lekkere drankjes.

Met dank aan de mensen van CINOCO en Seppe van Holy2 voor deze hele mooie ervaring.

NM.

In the Mix Dry Martini

3247

Shaken, not stirred: de Dry Martini

De Dry Martini is zonder twijfel en meer dan enige andere drank, de alcohol die we associëren met klasse en stijl. Het is de enige echte koning van de cocktails.

Het is ook de cocktail waarover al het meest geschreven en gedebatteerd is, want er zijn een hele reeks vragen en dilemma’s die op voorhand moeten opgelost worden: gin of vodka, welke gin, olijven of niet, één of meerdere olijven en ga zo maar door.

De perfecte Martini: gin of vodka?

James Bond, de held uit de boeken van Ian Fleming, heeft ons al de tips aangereikt om, al dan niet samen met Mrs. Moneypenny, de perfecte Martini te maken, maar die was op basis van vodka. De smaak is lichtjes anders, dus houden wij het bij de klassieke Dry Martini op basis van gin. Dit was dus al het eerste dilemma: gin of vodka.

Welke gin je gebruikt hangt af van je eigen voorkeur en smaak. Ik persoonlijk kies voor een lichte, droge gin die minder sterk naar geneverbessen smaakt, zoals de Jensen Bermondsey gin.

3578

Hoe een Dry Martini serveren?

Hoe serveer je een Dry Martini, want dat is het volgende dilemma. Een Dry Martini wordt ‘straight up’ geserveerd, dus zonder ijs, in een gekoeld Martiniglas. Je doet er ofwel een stukje zeste van citroen bij, ‘a twist’, dat je eventueel wat uitperst boven het glas zodat de etherische oliën zich over de Martini kunnen verspreiden. Of je serveert de Martini met olijven. Volgens de regels van de barmanologie is het ofwel een stukje zest ofwel olijven, nooit de twee samen.

Olijven of niet?

Waarom doen we eigenlijk olijven in een Dry Martini? Voor velen zijn de groene olijven het beste van de Martini, omdat dit een extra smaak toevoegt en omdat de olijven het bindmiddel zijn die zorgen voor de symbiose, namelijk de smaak van gin en vermouth bij elkaar brengen. De olijven die je hiervoor gebruikt zijn olijven die op vocht bewaard worden. Het zout in het vocht samen met de smaak van de olijf zorgen voor de extra dimensie.  Terug volgens de regels van de kunst wordt een Martini geserveerd met 3 olijven op een cocktailprikker. Een echte Dry Martinidrinker zal ook de olijven pas op het laatste opeten, omdat ze dan al een beetje van de gin en vermouth hebben geabsorbeerd.

Shaken or Stirred?

Shaken or stirred? Moet je de Dry Martini nu schudden of roeren, dat is het volgende dilemma. Volgens de mixologisten moet elke Martini geschud worden.

2025

De Verhoudingen

Waarop slaat nu het droge in Dry  Martini? De droogheid van een Martini  heeft te maken met de hoeveelheid vermout die je gebruikt. Hoe minder vermout, hoe droger je Martini. En daarmee zijn we bij het laatste dilemma gekomen, de verhouding gin tot vermouth: ook hier zijn er terug vele variaties, maar de regel is 5 op 1.

Tot zover de regels van de kunst, maar Martini’s maken én drinken moet een plezier blijven en geen karwei. In ieder geval, je zou nu in staat moeten zijn om een overheerlijke Martini te maken. Nog één tip: gebruik geen al te grote glazen en doe ze ook niet helemaal vol, omdat je Martini die ‘chill’ moet hebben en behouden tot de laatste druppel.

Wat heb je nodig?

  • Gin en Vermouth (bijvoorbeeld Noilly Prat): verhouding 5 op 1
  • Een reepje citroenschil (a twist of),
  • 3 groene olijven

Hoe maak je het?

Vul een martini glas met ijs en koud water en zet apart. Vul een cocktailshaker met flink wat ijsblokjes en giet er de vermouth op. Doe er nog wat ijsblokjes bij en dan de gin. Roer eens om. Sluit de shaker af en schud een paar keer. Giet het water en het ijs uit het Martiniglas en giet de Martini door de zeef van de shaker in het glas.

Versier met een strip citroenschil of 3 olijven op een prikker.

De varianten

Er zijn dus ontelbare varianten van de klassieke Martini, maar ik wil nog even stilstaan bij de ‘smoked Martini’. De ‘smoked Martini’ is een klassieke Martini maar je doet er een heel klein beetje single Malt bij om dat gerookte effect te krijgen. Als je een whisky zoekt die fel gerookt van smaak is moet je naar de Hebrideneilanden. De single Malts die zich daar perfect toe lenen, zijn die van het eiland Islay (zie artikel). In het zuiden heb je de sterk geparfumeerde whiskies Lagavulin,  Ardbeg en Laphroaig (zie artikel) en in het Noorden heb je de lichtere versies zoals Bunnahabhain, Bowmore, Caol Ila en Bruichladdich (zie artikel).

NM.

3254 NM In the mix

 

 

 

Islay Single Malt

9893

De drie B’s: Bowmore, Bruichladdich en Bunnahabhain

Alle goede dingen bestaan uit drie, zegt het spreekwoord. Islay, the Queen of the Hebrides, is in alle opzichten een prachtig eiland met aan zeer mooi aanbod aan Single Malt whisky’s. Voor de derde en laatste tasting doen we de drie overblijvende distilleerderijen op Islay, beginnend met de letter B, namelijk Bowmore, Bruichladdich en Bunnahabhain. We stoppen onderweg ook even bij een excentrieke Schot met een zeer oud weefgetouw.

Ter herinnering, de eerste tasting ging door aan de Kildalton kust van het eiland, want onze haven van aankomst was Port Ellen. Op een boogscheut van de haven en bijna naast elkaar gelegen vinden we achtereenvolgens Laphroaig, Lagavulin en Ardbeg, drie schitterende en typische Single Malts. Klik op deze link voor het volledige artikel: Single Malt Whisky: de heilige drievuldigheid

De tweede tasting was aan de noordwestkant van het eiland, na een korte rit van Port Ellen via Bowmore, en zo rond het supermooie Loch Indaal. Een paar mijlen voorbij Bridgend sla je rechtsaf op de B8018, richting Rockside Farm. Na een korte tocht door de heuvels met ruige landschappen kom je aan de Rockside Farm in Kilchoman. En daar in het dorpje met dezelfde naam is de Kilchoman Distillery gelegen. Klik op deze link voor het volledige artikel: Van gerst tot fles: Kilchoman

9895

Bruichladdich

We beginnen in Port Charlotte bij de Bruichladdich Distillery. Ze noemen zich met enige trots de non-conformistische, progressieve Hebridean distillers. Ze vinden dat de whisky industrie teveel lijdt aan industrialisatie, eigenbelang en winstbejag. Daarom moeten de Bruichladdich producten karakter hebben, organisch zijn en verbonden met het terroir. Ze zijn er trouwens fier op dat er geen enkele computer gebruikt wordt in het productieproces.

De gebouwen werden gebouwd in 1881, specifiek als distilleerderij. Het is dus geen omgebouwde boerderij. De distilleerderij die er voordien gehuisvest was ging op de fles en was ook lange tijd gesloten tot ze in 2000 door een groep privé-investeerders gekocht werd. Het Victoriaanse decor werd behouden maar verder werd alles uit elkaar gehaald en volledig gerenoveerd en hersteld. In 2013 lagen ze ook weer even stil omdat de stills en ovens uit 1881 volledig werden nagekeken, vooraleer de productie op te drijven naar 1.5 miljoen liter per jaar. De eerste jaren waren moeilijk maar het harde labeur werd beloond, want in 2012 werd Bruichladdich gekocht door Remy-Cointreau, voor méér dan 10 keer de prijs die de privé-investeerders oorspronkelijk betaalden.

In tegenstelling tot de klassieke Islay single malts zijn de whisky’s van Bruichladdich slechts licht geturfd van smaak. Bruichladdich en Kilchoman zijn trouwens de enige twee die nog on site bottelen. Bruichladdich onderscheidt zich van de andere Islay whisky’s door zijn zeer hippe visuele identiteit, niet alleen van de labels, flessen en verpakkingen, maar ook de andere coole merchandising, te vinden in de zeer hippe shop. Ga gelijk welke whiskywinkel binnen en de Bruichladdich flessen haal je er zo uit. Ze zijn ook zeer actief op de sociale media en hebben overal webcams hangen. Het is een beetje een museum dat eigenlijk nog in volle bedrijvigheid is.

6209

Het devies van Bruichladdich is ‘Variety – Our Spice of Life’. Ze verdelen hun grote variëteit whiskies in 4 categoriën met elk hun specifiek smaakprofiel: Mood Malts, Multi Vintage, Single Vintage en de Specials.

Naast de Bruichladdich whiskies maken ze ook de zeer populaire en superlekkere The Botanist Gin, waarover we al heel veel hebben geschreven.

9883

Bowmore

In het midden van het eiland ligt Bowmore, de hoofdstad. De Bowmore distilleerderij is gelegen in de hoofdstraat op een boogscheut van Loch Indaal en de Laggan Bay. Bowmore is de oudste van Islay, actief sinds 1779. De pristijn witte stenen gebouwen hebben een abdijachtige charme. De unieke gewelfde opslagplaats voor de vaten whisky van Bowmore – de nr. 1. Vaults – ligt gedeeltelijk onder zeeniveau en wordt bij hoogtij regelmatig overspoeld. Ze worden door de kenners omschreven als de beste rijpingsplaats ter wereld. Bowmore heeft een heel mooi Visitor Centre en ook de tour is heel goed en leerrijk, vooral de indrukwekkende gewelven bleven me bij. Bowmore whisky heeft minder turfsmaak dan Ardbeg, Laphroaig en Lagavullin maar een meer uitgesproken iodiumsmaak. Bowmore gebruikt Amerikaanse bourbonvaten en Spaanse Oloroso sherryvaten voor de rijping en dat proef je. Mijn voorkeur gaat uit naar de ‘gewone’ Bowmore  12 jaar en de 18 jaar oude, beide zeer warm en rokerig. Ook Bowmore is in buitenlandse handen, namelijk het Japanse consortium Suntory.

Vooraleer de rit verder te zetten, stoppen we even in de The Harbour Inn (op wandelafstand én met zeezicht) om de innerlijke mens te versterken. Aan lokale zeevruchten geen gebrek, ook omdat Bowmore zijn eigen vissershaventje heeft. We kozen voor haggis, hairy tatties en een hebridean coffee om te eindigen.

2169

Islay Woollen Mill

Islay is meer dan een eiland met alleen maar whiskydistilleerderijen. Het is eiland is een paradijs voor liefhebbers van fauna en flora. En op de weg tussen Bowmore en Port Askaig ligt de Islay Woollen Mill, waar de liefhebbers van Schotse tweed, cashmere en tartan hun hartje kunnen ophalen. Gelegen aan het einde van een smalle bijna niet te vinden landweg, in een prachtig kader van een bruisend riviertje, bomen en wildgroei ligt de oude molen. Na het openen van de voordeur voel je je onmiddellijk in een schatkamer. De molen werd gebouwd in 1883 en binnen staat één van de eerste weefgetouwen ooit. Na jaren niet meer gebruikt te zijn werd deze eigenhandig opgeknapt door de excentrieke eigenaar Gordon Covell.  Een werkelijk schitterende man en een wandelend geschiedenisboek, die nog zelf het weefgetouw bedient en er prachtige tweeds mee weeft. In het winkeltje – waar de tijd is blijven stilstaan – kan je een ongelofelijk aanbod van handgemaakte en unieke stukken van superkwaliteit vinden. Hij levert ook aan het prestigieuze Savile Row in Londen. Een tussenstop meer dan waard.

9927

De overblijvende twee distilleries op Islay zijn Bunnahabhain en Caol Ila, en dat betekent ook dat we al richting ferry in Port Askaig rijden.

Bunnahabhain

De distillery van Bunnahabhain ligt een beetje verder dan Port Askaig, aan de Sound of Islay, bijna recht tegenover het eiland Jura met zijn imposante bergen, de Paps of Jura.  Bunnahabhain, the Gentle Giant of Islay, is een milde whisky en niet of weinig gerookt : “it’s the sea air and pure spring water that some say fortifies our spirit.” Bunnahabhain is één van de meest onderschatte single malts van Islay maar is een bezoekje meer dan waard en niet alleen omwille van het prachtige uitzicht op de Paps en hun strand.

Caol Ila

Een paar boogscheuten verwijderd van Bunnahabhain ligt de achtste distillery, namelijk Caol Ila. Caol Ila is veruit de grootste distillery: ze produceren natuurlijk single malt, maar het grootste gedeelte van de productie is voor blends van Johnnie Walker. En alhoewel Caol Ila dezelfde peated barley gebruikt als zijn zuster Lagavulin zijn de whiskies heel verschillend. Het is de minst aantrekkelijke van alle distillerijen, maar het schitterende uitzicht vanuit de stillroom en de Caol Ila 1998 Connoisseurs Choice gebotteld door Gordon & MacPhail maken veel goed.

0002

Port Askaig

Van hieruit vangt de terugreis aan. Na instructies van de lokale ferryman rijden we de boot op en vangt de overtocht aan onder een prachtige zonsondergang met zicht op Islay en Jura en de magistrale Paps. Om stil van te worden.

NM.

 

Nullam goes Islay

9289

Nullam goes Scotland (deel 1)

Een tijdje geleden is een oude droom  in vervulling gegaan: Nullam is single malt whisky gaan proeven. Niet dat whisky ons onbekend is, helemaal niet, maar we waren om allerlei redenen nog nooit in Schotland geweest. De keuze was snel gemaakt want onze voorkeur gaat duidelijk uit naar meer naar turf smakende whisky’s, dus de eindbestemming werd het eiland Islay,  het zuidelijkste van de Binnen-Hebriden. We kunnen hier niet alle foto’s publiceren, maar wil je nog meer zien van de prachtige landschappen en de distillerijen, klik dan door naar onze Pinterest pagina

Na een korte vlucht vanuit Brussel naar Edinburgh, reden we met de wagen naar Inveraray, onze eerste tussenstop en een uurtje verwijderd van de ferry.  Inveraray is de belangrijkste stad in Argyll en gesticht door de Duke of Argyll in 1745. We verbleven er in The Argyll, een klein maar sympathiek hotelletje met prachtig zicht over Loch Fyne en Benn Bhuidhe, en ooit het gastenverblijf van het hertoglijk kasteel van Inveraray. Groot is het stadje Inveraray niet maar het heeft een goed en gerenommeerd restaurant, The George Hotel: zeer goede sfeer en lekker eten, met de nadruk op  lokale producten, zoals lams- en rundsvlees maar ook vis en schelpdieren afkomstig van de lokale vissers uit het nabijgelegen Tarbert en de hele lekkere zalm uit Loch Fyne.  Ook de kaasschotel met lokale kazen (onder andere Stinking Bishop en Isle of Mull Cheddar) mag niet ontbreken. Inveraray heeft zijn bijnaam, “the gateway to the Highlands and Islands”, niet gestolen.

De Ferry in Kennacraig

De volgende morgen moesten we al vroeg uit de veren want we hadden nog een uurtje te rijden langs Loch Fyne vooraleer we bij de vertrekplaats van de ferry in Kennacraig aankwamen. Stel je er niet teveel van voor, het is geen grote haven, maar een weg die gewoon stopt voor de pier, waar de boot “Lord of the Isles” lag aangemeerd.

9244

Na de controle door de havenmeester konden we de boot op: 6 uur ‘s morgens, pikdonker, hevige regen en veel wind en dat voor een twee en een half uur durende tocht over de wilde wateren, richting Islay. Het had allemaal wel iets mysterieus. Dan maar een typisch Schots ontbijt genoten op de ferry, inclusief de black pudding. Het bleef donker tot we ongeveer de haven van Port Ellen binnenvoeren en het eerste wat je ziet is de Port Ellen distillery, producent van de iconische Port Ellen whisky, maar helaas een collector’s item geworden. De distillerij sloot in 1983 en het enige wat er nog gebeurt is de ‘malting’ voor andere distillerijen. Trouwens een zeer typische, wat zoete geur die over grote delen van het eiland hangt. Rond 9.30 uur zetten we voet aan land in Port Ellen.

De Heilige Drievuldigheid

De eerste dag hadden we drie belangrijke tastings voorzien, namelijk bij wat ik de heilige drievuldigheid van de single malt whisky noem, namelijk Laphroaig, Lagavulin en Ardbeg.  Zoals je kan zien op de kaart liggen ze op korte afstand van de pier, en je kan ze niet missen want je rijd bijna van de ene stokerij naar de andere, via een kronkelende  weg die naast de zee loopt.

9367

Ardbeg

We zijn dus rechtstreeks van de boot naar onze eerste afspraak gereden, Ardbeg, de meest gerookte en naar turf smakende single malt whisky ter wereld. Vol spanning volgden we de kustweg tot we vanop een heuveltop (Ardbeg of Àrd Beag in Gaelic betekent trouwens kleine hoogte) de pagoda daken en spierwitte muren van Ardbeg zagen liggen, op een stuk prachtig groen grasland dat aan de zee paalt. Ardbeg produceert al whisky, officieel dan, sinds 1798 en gebruikt de mout van de Port Ellen Maltings. Het is momenteel één van de snelst groeiende single malts, maar ze hebben ook hun deel van de problemen gekend. In het begin van de jaren 80 was het bijna gedaan met Ardbeg maar dankzij een samenwerking met én overname door Glenmorangie zijn ze er langzaam terug bovenop gekomen. Alle stokerijen op Islay hebben trouwens moeilijke tijden meegemaakt want in de jaren 90 was single malt whisky helemaal niet trendy. In tegenstelling tot nu, want de meeste stokerijen zijn nu in buitenlandse handen. Ardbeg is bijvoorbeeld nu in handen van de Franse groep LVMH.

Na een gedetailleerde rondleiding op het domein met een jonge uitstekende gids hadden we het productieproces onder de knie. We hadden ook een Ardbeg tasting geboekt in de ‘Chairman’s Study’, een speciale ruimte waar je in de juiste sfeer komt om de verschillende producten van Ardbeg te proeven. Het is te vergelijken met een schatkamer, waar alle flessen Ardbeg die ooit geproduceerd werden tentoon gesteld staan.

Naast de klassieke 10 jaar oude Ardbeg (46 graden en een fenolgehalte van 50 ppm), mocht ik ook proeven van de Blasda, een licht geturfde versie, de Corryvreckan – 57 graden en een krachtig beest in een fles, de Uigeadail – 54 % en genoemd naar het meer (loch) waar Ardbeg via een pijplijn zijn water haalt, de Rollercoaster – 57 graden en een soort speciale versie ter herdenking van de jaren onder Glenmorangie, en als laatste de Galileo – 49 graden Limited Edition, pas dit op fles getrokken en jawel, er zijn drie capsules van deze Galileo whisky in de ruimte geschoten.

Onnodig te zeggen dat hierna bijna het licht uitging, heel waarschijnlijk omwille van de vermoeiende boottocht. Persoonlijk blijf ik bij mijn favoriet, de klassieke 10 jaar oude Ardbeg, maar was ik aangenaam verrast door de Uigeadail, alhoewel hij lang in de weegschaal lag met de geturfde krachtpatser Corryvreckan (wordt zeker mijn volgende aankoop). De Uigeadail is een 10 jaar oude non chill-filtered Ardbeg single malt, die gerijpt is op bourbonvaten, vandaar de rokerige smaak (turf) met zoete toetsen (sherry en caramel). Ideale lange mooie rokerige afdronk.

Het proeven van de verschillende whisky’s en de geur van zeelucht maakt je hongerig, vandaar een korte maar noodzakelijke stop in de gezellige Old Kiln Café annex shop voor wat traditionele gerechten.

9406

Laphroaig

Om 13.00 uur werden we verwacht bij Laphroaig voor onze volgende tasting. Laphroaig gaat er prat op dat de mensen hun geheim ingrediënt zijn en dat voel je ook bij de rondleiding. Gezellig, net alsof je bij een familie te gast bent. Toch is ook Laphroaig niet meer in eigen handen want ze werden overgenomen door Beam Global Spirits & Wine.

Laphroaig, is Gaelic en betekent zoveel als ‘de mooie uitdieping in de brede baai’, want ook deze distilleerderij ligt vlak aan het water. Je snuift er constant de zeelucht en de geur van turf in, de smaken en geuren die je trouwens ook prominent in hun whisky terugvindt. Alle stokerijen gebruiken omzeggens dezelfde ingrediënten maar het verschil in eindproduct is te wijten aan de menselijke faktor maar vooral aan de ‘stills’, want zij bepalen de uiteindelijke smaak. De meeste stills zijn al stokoud en worden steeds opgelapt en stokerijen willen exacte kopijen als ze toch een still moeten vervangen. De zeven stills van Laphroaig – Ardbeg heeft er bijvoorbeeld maar twee – hebben een zeer unieke vorm en worden ook wel eens de ‘magnificent seven’ genoemd (3 wash stills, 4 spirit stills). Bij Laphroaig gebeurt de  distillatie in twee fases. De eerste fase gebeurt in de wash stills en brengt het alcoholgehalte tot op 22 graden (low wines) en vervolgens gaat de vloeistof door de ‘spirit stills’ (zie foto) waardoor het alcoholgehalte kan gaan tot 68 graden. Hier zit natuurlijk het geheim van elke stokerij, namelijk tot hoever laten ze de distillatie gaan, want deze bepaalt de uiteindelijke smaak en sterkte. Na deze fase gaat de alcohol rijpen in eiken vaten.

Na de rondleiding , tijd om te proeven. De keuze was hier beperkt tot twee ‘drams’, de klassieke 10 jaar oude naar zeewier en medicijnen ruikende single malt, die al zovele prijzen heeft gewonnen en de 18 jaar oude cask strength van goed 55 graden, een topper met een veel voller smaak, bijna recht uit het vat. Laphroaig drink je best met een paar druppeltjes (ijs)water, om zo de smaak nog beter tot zijn recht te laten komen. De tasting vond plaats in een mooi ingerichte ruimte. De keuze was snel gemaakt en de cask strength met al zijn pk’s verhuisde mee naar Nullamland.

9839

Lagavulin

Om 15.00 uur begon de laatste tasting bij Lagavulin, Gaelic voor “Laggan Mhouillin” en betekent ” het ondiepe dal waar de molen staat”. De distilleerderijeen samenvoeging van twee kleinere distilleerderijen,  bestaat al sinds 1816, alhoewel er op die plek al sinds 1742 (illegaal) whisky wordt gestookt.  Het productieproces op stoom met twee wash en twee peervormige spirits stills is volledig computergestuurd.  Lagavulin haalt zijn water uit een nabij gelegen meertje: het is regenwater uit de bergen dat over de turf- en heidegronden stroomt en zo bijdraagt tot de smaak van de whisky. Daarnaast wordt de whisky gerijpt op bourbonvaten. Lagavulin is de enige van whisky’s van Isaly die in de reeks “Classic Single Malt of Scotland” wordt verkocht. Net als de andere twee, Laphroaig en Ardbeg verdeelt de typische jodium smaak van de whisky de proevers in twee kampen: you love it or you hate it. Zeker geen whisky voor beginners.

De klassieke Lagavulin single malt is 16 jaar oud alhoewel er al een 12 jaar oude cask strength te vinden is die in Pedro Ximenez vaten (PX) gerijpt is. Lagavulin is in handen van de Diageo groep. Voor de kenners en liefhebbers van dure whisky zijn er ook nog gelimiteerde versies te vinden van 21, 25 en  30 jaar oud, maar daar moet je heel diep voor in je portefeuille gaan.

Kilchoman, de boerderij-distilleerderij 

In ons volgende artikel rijden we naar de andere kant van het eiland, op zoek naar Kilchoman (zie artikel).

NM.