Dit is voor mij een favoriet vakantiedrankje. Ik heb er tijdens de warme zomerdagen in Frankrijk veel gedronken. Daarnaast is het ook pure nostalgie, want ik dronk dit verfrissende drankje ook al als kind. Citron Pressé betekent “geperste citroen” en is eigenlijk gewoon gedeconstrueerde limonade. Ik geef er de voorkeur aan boven limonade omdat je zelf de zoetheid en scherpte naar eigen smaak kan aanpassen (ik maak de mijne echt heel zuur). Het is niet alleen lekker en dorstlessend maar ook goed voor de spijsvertering.
Citron Pressé is een gedeconstrueerde limonade, wat betekent dat je het citroensap, het water en de suiker (of andere zoetstoffen) apart serveert en iedereen aan tafel zijn eigen drankje naar wens mixt.
Onderaan kan je het recept vinden voor echte, ouderwetse limonade, mocht je dit verkiezen.
Wat heb je nodig?
Citroenen
ijsblokken
suiker
een kannetje ijswater
Hoe maak je het?
Pers het sap uit 4 van de citroenen. Giet het sap in een kleine kan. Snijd de vijfde citroen in schijfjes en leg de schijfjes op een bord.
Vul een schaaltje met suiker.
Vul een grote kan met ijskoud water.
Zet de kan met citroensap, suiker en water op tafel, samen met 4 glazen gevuld met ijsblokken en 4 lepels.
In Italië krijg je vaak een dun stukje citroenschil bij je espresso. Maar wat is nu het geheim achter dit gebruik? Volgens sommige barista’s zou de aromatische olie in de zeste van citroen bedoeld zijn om slechtgemaakte koffie te maskeren. Volgens anderen is het een oud gebruik en moet de zeste eerst rond de rand van je espressotasje gewreven worden.
Een andere mythe beweert dat citroen tijdens de waterschaarste in de Tweede Wereldoorlog een alternatief vormde voor de toen broodnodige ontsmetting, dus om ziekte te onderdrukken. Maar misschien is het gewoon een oude marketinggimmick.
Research heeft ons dus niet veel verder geholpen. In ieder geval brengt me dit bij een cocktail op basis van koffie, waarin een andere Italiaans geheim zit: de hazelnootlikeur van Quaglia Nocciola Liquore
Quaglia Nocciola Liquore
Quaglia Nocciola Liquore is een ambachtelijk vervaardigde hazelnootlikeur. Deze heeft een ABV van 25,00 % en wordt gemaakt door de Antica Distilleria Quaglia uit Castelnuovo Don Bosco, een stadje gelegen tussen Asti en Turijn in Piemonte.
Rijk en uitgesproken qua karakter, waarbij het beste van hazelnoot in zowel de geur, smaak als afdronk aanhoudt. Dit wordt ondersteund door zachte toetsen van zoetigheden en een licht kruidige zweem.
Met Quaglia Nocciola voeg je eenvoudig een verrassende twist aan cocktails en mixed drinks toe, maar probeer deze ook zeker eens in combinatie met koffie of gewoon met ijs Ook dan is dit een aanrader!
The Italian Secret
Deze cocktail is geïnspireerd op de Italiaanse traditie om een schijfje citroen toe te voegen aan sterke Italiaanse gebrande koffie. Je kan de koffie die je nodig hebt voor deze mixed drink maken met een Bialetti voor een eerder sterke mokka of je gebruikt een espressomachine. In beide gevallen zal je zien dat de citroen de bittere tonen zal aanvullen. Experimenteren dus.
Naast de espresso hebben we nog amaro, grappa en hazelnotenlikeur nodig. Kies een eerder neutrale – niet te kruidige – amaro. En voor de grappa vond ik een iets oudere of gerijpte grappa de beste keuze. En voor de hazelnotenlikeur kan je Frangelico gebruiken, maar deze Italian Secret wordt veel beter met Nocciola, het geheim ingrediënt.
Wat heb je nodig?
15 ml Romano Levi Grappa
15 ml Quaglia Nocciola Liquore (of Frangelico)
15 ml amaro (bvb Amaro Averna)
60 ml espresso
stukje zeste van citroen
Hoe maak je het?
Voeg de ingrediënten toe aan een met ijsblokken gevulde cocktailshaker. Hard shaken en dubbel zeven in een mooi glas. Garneer met een stukje zeste van citroen.
Nullam is een foodblog die graag met orgaanvlees werkt, en ik stel met genoegen vast dat die recepten met slachtafval het eigenlijk veel beter doen dan verwacht. Je kan deze recepten vinden onder de rubriek ‘Quinto Quarto Slachtafval Orgaanvlees’ in het menu aan de linkerkant.
Er zijn dus nog heel wat liefhebbers van slachtafval. Vandaag kiezen we voor een koude bereiding van kalfshersenen, die we eerst kort pocheren. Daarna snijden we ze in carpaccio. En daarbij serveren we een warme saus op basis van boter en citroen met kappertjes. Een festijn voor de liefhebbers. En onderaan krijg je nog een suggestie voor bijpassende wijn.
Wat heb je nodig?
2 kalfshersenen
150 gram goede boter
1 citroen
bieslook
kappertjes
kervel
Hoe maak je het?
De kalfshersenen klaarmaken
Het is heel belangrijk om de hersenen goed schoon te maken. Laat de hersenen eerst een half uur in koud water met met een scheutje azijn weken. Spoel de hersenen vervolgens onder stromend koud water om de membranen te verwijderen.
Doe de hersenen in een pan, overgiet met koud water en voeg het sap van een halve citroen toe. Kruiden met peper en zout.
Laat 5 minuten sudderen, zonder te koken. Giet af en droog met keukenrol. Snij de hersenen in plakjes van ongeveer 1 cm dik. Kruiden met peper en zout.
De saus
Smelt de boter op een laag vuurtje in een kleine sauspan, zonder deze te laten kleuren. Breng op smaak met peper en zout en voeg het sap van een halve citroen toe. Roer goed om, proef en kruid bij indien nodig. Haal van het vuur en doe er de uitgelekte kappertjes door.
De afwerking
Schik de schijfjes kalfshersenen op een bord. Strooi er wat fijngehakte bieslook over. Nappeer met wat lepels saus.
Serveer met pommes à l’anglaise (Engelse aardappelen) en kervel.
Wijnsuggestie #UNCORKED
Serveer met een Bourgogne Aligoté of een witte Mâcon.
Vandaag een éénpansgerecht voor zij die heel druk bezig zijn. De basisingrediënten zijn een kip en krieltjes en als smaakmakers gebruiken we citroen en rozemarijn (of Griekse oregano). En met dit kan je beginnen experimenteren en toevoegen wat je nog in de koelkast hebt: een teentje look, groenten, een sjalotje een chilipeper, enzovoort. En ik gebruik veel citroen, niet alleen voor de frisheid, maar omdat de smaak doordringt in de krieltjes en de kip, en ik dat heel lekker vindt.
Ik koop een volledige kip en snij die zelf in stukken, maar als je enkel filets of billen wil, geen enkel probleem.
Het is een éénpansgerecht, en dat wil zeggen dat we daarvoor onze zware gietijzeren skillet uithalen, maar eender welke pan met zware bodem kan hiervoor gebruikt worden.
Eénvoudige ingrediënten, eenvoudig klaargemaakt
Als je van koken houdt, kan het leuk en belonend zijn om jezelf te verliezen in de keuken. Het kan therapeutisch zijn om de inspanning te leveren die nodig is om iets verbazingwekkends te creëren, vooral als er hongerige mensen wachten om het eindresultaat te waarderen. Maar dat is niet elke dag het geval. Je hebt niet elke dag keukentherapie nodig. We hebben het allemaal druk, dus het is fijn om het simpel te houden. En als uw ingrediënten vers zijn, zullen ze simpelweg stralen als de sterren van het gerecht. Minder werk, minder opruimen, minder tijd. En gemakkelijk, dat is de boodschap.
Wat heb je nodig?
2 EL verse rozemarijn, gehakt
zeste van een citroen
3 teentjes knoflook, grof gehakt
2 theelepels grof zout
1/4 theelepel gemalen zwarte peper
1 EL extra vierge olijfolie
2 EL citroensap
krieltjes
1 kip
sjalotten, rode ui, chilipeper, groenten, … naar keuze
Hoe maak je het?
Maak rub met rozemarijn, zeste van citroen, look, zout en peper: daarvoor doe je de rozemarijn, citroenschil, gehakte knoflook, zout en peper in een hakmolen en pulseer tot alles goed gemalen is. Voeg dan de eetlepel olijfolie toe en pulseer opnieuw.
Marineer de kippendijen met rozemarijn-citroen-rub: Leg de stukken kip in een kom en wrijf ze helemaal in met de rozemarijn-citroenkruiden. Leg de dijen met het vel naar beneden en besprenkel met het citroensap. Laat een uur marineren op kamertemperatuur voordat u gaat koken. Kook ondertussen de krieltjes voor (niet volledig, zodat ze kunnen verder garen in de oven).
Verwarm de oven voor op 180 graden.
Schroei de stukken kip in 2 eetlepels olijfolie in een gietijzeren of andere pan met zware bodem, op een middelhoog tot hoog vuur. Leg de stukken met het vel naar beneden in de pan.
Bak tot de stukken kip mooi bruin zijn en draai ze dan om. Haal de pan van het vuur.
Schik de krieltjes met wat teentjes look, stukken citroen en sjalotjes tussen de stukken kip. Pers de overgebleven citroen uit over de kip en aardappelen. Kruiden met peper en zout. Voeg wat takjes rozemarijn toe. Laat alles verder garen in de oven. Na ongeveer 20 minuten is je éénpansgerecht klaar.
Torta Caprese is een traditionele Italiaanse cake, gemaakt met donkere chocolade en amandelen. We maken er onze eigen versie van met witte chocolade, limoncello en citroensap. Deze cake heeft een gouden korst, is zacht van binnen, is geparfumeerd met citrus en heeft krokante stukjes witte chocolade. Een heerlijke cake waarvoor we geen bloem gebruiken.
Wat heb je nodig?
250 gram witte chocolade plus 50 gram extra, in fijne stukjes gehakt
200 gram zachte gezouten boter
250 gram geblancheerde amandelen
180 gram suiker
5 eieren, eiwit en eigeel gescheiden
Zeste van 1 citroen
60 ml vers citroensap
30 ml limoncello
1 handjevol amandelschilfers
Poedersuiker
Hoe maak je het?
Verwarm de oven voor op 175 graden
Neem een cakevorm van 25 cm. Bedek de binnenkant en bodem met bakpapier.
Doe de boter en witte chocolade in een kleine sauspan of au bain marie en laat deze op een zacht vuurtje smelten. Roer goed om en zet even weg.
Doe de amandelen in een blender en blitz tot je amandelpoeder hebt. Voeg er de suiker bij en blitz nogmaals. Giet dit mengsel in een grote kom.
Klop de eigelen op tot ze heel schuimig zijn. Voeg het eigeel mengsel bij het amandelmengsel, evenals de zeste en het sap van de citroen.
Meng hierbij de gesmolten witte chocolade en limoncello. Meng zachtjes door elkaar. Klop het eiwit op tot je harde pieken hebt en voeg dit heel zachtjes onder het beslag. Niet overmengen!
Giet dit in de cakevorm. Besprenkel met amandelschilfers. Bak gedurende 40 minuten in de oven. Besprenkel halverwege met de kleine stukjes witte chocolade. Laat 15 minuten afkoelen en werk af met poedersuiker.
Vandaag kiezen we voor een gezond gerecht dat je zowel als pasta of als slaatje kan opdienen. We gebruiken Griekse pasta (kritharaki of orzo) en die gaan we garen in groentebouillon. Orzo is redelijk snel gaar en van die korte gaartijd profiteren we om wat extra groenten mee te garen. Die doen we er pas op het laatste bij, omdat we ze niet willen overkoken.
Je kan in plaats van orzo ook gerst of spelt gebruiken. Hou wel rekening met de correcte gaartijd.
De smaakmakers zijn natuurlijk de groentebouillon en de groenten, maar we werken af met verse muntblaadjes en zeste en sap van een citroen voor de friszure toets van de pasta.
Om het geheel nog wat meer kracht te geven schaven we stukjes pecorinokaas op de pasta. Pecorino is een vette, pittige schapenkaas, en dat hebben we nodig.
Wat heb je nodig?
1 kleine ajuin
olijfolie
6 lente-uitjes
1 liter groentebouillon
100 gram kritharaki – orzo pasta
200 gram erwten (mag diepvries zijn)
500 g boerenkool
zeste en sap van 1 citroen
muntblaadjes
25 gram pecorino kaas
Hoe maak je het?
Verwarm de olie in een pan en voeg er de fijn gesnipperde ajuin aan toe, en een paar van de lente-uitjes. Kruiden met zout. Fruit de ajuin gedurende 7 minuten of tot hij gaar is.
Voeg er de groentebouillon bij en breng aan de kook. Wanneer de bouillon kookt mag de orzo (of de gerst of spelt) erbij. Def af en laat garen (zie de verpakking voor de gaartijd). De laatse 5 minuten doen we er nog de stukjes boerenkool en de erwten erbij.
De orzo pasta moet gaar zijn en de boerenkool verwelkt. Giet overtollige bouillon weg en werk af met de zeste en het sap en van de citroen, de resterende lente-uitjes en de muntblaadjes. Sprenkel er wat stukjes pecorinokaas over.
Het is koud en guur weer, dus gaan we binnen blijven en bakken. We kiezen voor een eenvoudige cake met citroen en cake. Cake al limone e timo klinkt zoveel beter in het Italiaans. Tijm en citroen zijn voor elkaar gemaakt en we zullen dus zowel de zeste als het sap in deze cake verwerken. De zeste en de blaadjes van verse tijm gaan in het beslag en wanneer de cake uit de oven komt gieten we er een dikke siroop van citroensap en tijmblaadjes over. Een heerlijke bakgeur zal je keuken vullen. Je kan deze winterse cake serveren met een extra lepeltje dikke Griekse yoghurt.
Wat heb je nodig?
200 gram boter
200 gram suiker
100 gram bloem
1 theelepel bakpoeder
100 gram amandelpoeder
4 eieren
zeste van 1 citroen
1 EL tijmblaadjes
Tijm-suikersiroop
EL suiker
Sap van 2 citroenen
1 theelepel tijmblaadjes
Hoe maak je het?
Verwarm de oven voor op 160 graden. Gebruik een beboterde cakevorm van ongeveer 1 kilo.
Klop de zachte boter met de suiker op in een blender of met een handmixer tot het mengsel luchtig is. Klop de eieren lichtjes op en voeg ze in drie of vier keer bij de boter. Klop goed op vooraleer je meer ei toevoegt.
Meng in een andere kom de bloem, het amandelpoeder en het bakpoeder.
Nu mogen ook deze droge ingrediënten langzaam onder de natte elementen worden toegevoegd.
Meng de zeste van de citroen met de blaadjes tijm en voeg deze onder je cakebeslag.
Giet het beslag in de beboterde cakevorm en bak gedurende 45 minuten (afhankelijk van je oven) of tot een tandenstoker er proper uitkomt.
De afwerking
Los de suiker op in het citroensap op een heel laag vuurtje. Doe er tijmblaadjes bij.
Wanneer je de cake uit de oven haalt, prik er overal gaatjes in met een puntig voorwerp en giet er de siroop over.
Laat afkoelen. Serveer eventueel met dikke Griekse yoghurt.
Tijdens de winterperiode gaan we op zoek naar gerechten die onze ziel verwarmen. Dat warme gevoel hebben we nodig om de koude temperaturen aan te kunnen. We noemen het daarom ook comfort food. Voor de verandering gaan we eens buiten de grenzen kijken, op zoek naar een lekker stoofpotje. En zo kwamen we uit bij deze klassieker uit de Griekse keuken, κοτόπουλο ψητό με λεμόνι και δενδρολίβανο. Kotopoulo is Grieks voor kip en dendrolivano is gewoon rozemarijn. Doe daar nog wat citroen en witte wijn bij en je hebt de typische Griekse smaken. Dit eenvoudig gerecht met respect voor pure ingrediënten, is gemakkelijk te maken en vult je hele huis met lekkere aroma’s. En de saus maakt zich bijna zelf. Goed gekeurd door yiayia, de Griekse grootmoeder.
Wat heb je nodig? Voor 4 personen
1 kip, in 8 stukken verdeeld
4 takjes verse rozemarijn
Bloem
Peper en zout
250 ml witte wijn
250 ml kippenbouillon
2 laurierbladen
Sap van 1 citroen
1 teentje look (optioneel)
Hoe maak je het?
Verwarm de oven voor op 200 graden. Verdeel de kip vakkundig in acht stukken en kruid met peper en zout. Bestrooi met wat bloem. We hebben de bloem nodig om de kip mooi bruin te bakken en om de saus te laten indikken.
We bakken de eerst de kip aan en dan gaat de pan in de oven, dus gebruik onmiddellijk een pan met zware bodem.
Bak de stukken kip in een pan tot ze mooi goudbruin zijn (ongeveer 10 minuten). Je kan er ook een fijn gesnipperd teentje look bij doen. Wanneer de kip klaar is mogen de wijn, de rozemarijn en de laurierblaadjes erbij. Laat dit gedurende twee tot drie minuten reduceren (indikken, vandaar de bloem). Giet er de kippenbouillon bij, zet er een deksel en zet de pan in de oven.
Afhankelijk van je oven zal de kip gaar zijn tussen de 30 en 45 minuten, maar haal er de laatste vijf minuten het deksel af, zodat je kip een krokant korstje krijgt. Doe er op dat ogenblik ook het citroensap bij. Controleer de smaak en kruid bij of voeg er nog wat citroensap bij.
Serveer dit met oven geroosterde krielaardappelen.
The Great British Bake Off is een succesverhaal, want of je nu van bakken houdt of niet, het is een blijft leuke televisie. Er is natuurlijk het element competitie –niemand verliest graag en zeker niet op TV – en er is het bakken – van Britse klassiekers tot internationale desserten. Daarnaast zijn er ook de vier presentatoren die hun steentje bijdragen. Mel Giedroyc en Sue Perkins zijn de twee die het geheel met de nodige dosis humor aan elkaar praten en zij hebben hun sporen verdiend als schrijvers voor Absolutely Fabulous. De twee juryleden, Paul Hollywood en Mary Berry, zorgen dan weer voor de nodige ernst en vakkennis. Paul Hollywood is een bakker uit de Merseyside die in een aantal grote hotels heeft gewerkt. Maar de ster van de show is de bijna tachtigjarige Mary Berry, afgestudeerd aan de prestigieuze Cordon Bleu school, schrijver van talrijke kookboeken en al eeuwen een culinair icoon op de BBC.
Mary-Rosa Alleyne Berry, geboren in Bath (Somerset) en bijgenaamd ‘Bezza’ lijkt de ernst in persoon te zijn en 100% British. Je moet het maar kunnen: op een zeer elegante manier iemand zeggen dat hun Chocolate, almond praline and saffron opera cake helemaal nergens op lijkt, maar Mary Berry beheerst de kunst als geen ander. En wat een mimiek!
Ik koos er één van haar recepten uit, namelijk de citroenpudding. Lemon pudding is niet haar uitvinding natuurlijk, want citroenpudding is een klassieker, maar het recept werd ooit bij een interview met haar gepubliceerd.
Pudding of dessert?
Nog even een woordje uitleg vooraf, dit om verwarring te vermijden: « a pudding is a dessert but a dessert is not always a pudding”. De Britten gebruiken het woord pudding om naar dessert in het algemeen te verwijzen. Indien ze pudding zullen serveren, zullen ze specifiek zeggen welke pudding, in dit geval lemon pudding. Dit is weeral iets dat historisch gegroeid is, want desserten waren de verfijnde internationale desserten die voor de hogere klasse bestemd waren, terwijl pudding de eerder rustieke, huisgemaakte nagerechten waren.
De magie van dit dessert zit in de dubbele consistentie. Tijdens het bakken vormt zich een sponsachtige bovenlaag en daaronder zit een dikke saus, met het mondgevoel van lemon curd (zie artikel) of custard. Een lekker verfrissend dessert. Je kan in plaats van citroenen een mix van citroen, limoen en pompelmoes gebruiken.
Wat heb je nodig ?
50 gram zachte boter
200 gram suiker
Zeste van 2 citroenen
100 ml vers geperst citroensap
3 grote eieren
50 gram bloem
250 ml melk
poedersuiker
Hoe maak je het ?
Warm de oven voor op 180 graden. Beboter een ovenschotel met wat boter.
Combineer de boter, de suiker en de zeste en klop op tot je massa heel bleek is geworden. Voeg het citroensap, de eigelen, de bloem en de melk erbij en meng goed dooreen. Het beslag zal eruit zien alsof het geschift is, maar dat is normaal.
Klop de eiwitten op in een propere, vetvrije kom tot ze stevig zijn (niet volledig stijf) en vouw deze voorzichtig bij je beslag. Giet in de ovenschotel en zet de ovenschotel in een grotere braadpan die tot halverwege gevuld is met warm water.
Bak af gedurende ongeveer 35 minuten of tot je pudding mooi lichtbruin van kleur is en gezet, maar toch nog zacht aanvoelt. Werk af met poedersuiker en dien op.
Voor het vieruurtje vandaag maken we een warme citroentaart. Ze is licht en verfrissend en ideaal voor onverwacht bezoek – etwas Feines für den Kaffeeklatsch.
En ze is ook snel klaar, zelfs al maak je de kruimeldeeg zelf. Ik ben een fan van de combinatie citroen en rozemarijn, dus verwerk ik graag een beetje verse rozemarijn in de kruimeldeeg. Een klein beetje – want rozemarijn overheerst nogal snel – voegt een extra subtiele dimensie toe. En wil je het nog iets verfijnder, maak dan je kruimeldeeg met pijnboompitten.
Er zijn vele soorten vulling voor een citroentaart, zoals bijvoorbeeld lemon curd (zie recept), custard, of een vulling volgens de sabayonmethode. Deze vulling is gemakkelijk te maken. Alles – uitgezonderd de eiwitten – mag in de foodprocessor. De eiwitten worden apart opgeklopt en er op het einde voorzichtig onder de rest van de vulling gevouwen. Dit zorgt voor een hele lichte vulling, een beetje sponsachtig. Denk je dat de vulling te zuur voor je smaak zal zijn, dank kan je er gewoon wat suiker bijdoen.
De basis van deze warme citroentaart is kruimeldeeg (of pâte brisée) die ook als afscherming dient zodat de vrijgekomen sappen niet doordringen en de korst van de taart dus krokant blijft.
Kruimeldeeg (Pâte brisée)
We geven je twee versies mee, namelijk met zelf gemaakt kruimeldeeg en met kruimeldeeg dat je in de winkel kan kopen. Gekocht is misschien wel gemakkelijk en snel, maar zelfgemaakte kruimeldeeg is zoveel lekkerder, en het is echt niet zoveel werk.
Zelf gemaakt kruimeldeeg
Wat heb je nodig?
200 gram bloem (gezeefd)
150 gram ongezouten boter
100 gram suiker
10 gram water (1 EL)
1 gram zout
Verse rozemarijn
Hoe maak je het?
Kneed de boter en voeg er de suiker en het zout aan toe. Zeef de bloem boven dit mengsel en bewerk met wrijvende bewegingen tot dat je een soort kruimels krijgt. Als al de bloem is opgenomen, sprenkel je de vloeistof er over en mag je deze massa tot een bol vormen, in plastiekfolie wikkelen en even laten rusten in de koelkast. Uitrollen op een bebloemd werkblad.
Gekocht kruimeldeeg
Rol de kruimeldeeg over je rechthoekige vorm en knip de randen bij waar nodig. Prik de bodem in met een vork. Leg een vel bakpapier over je kruimeldeeg en giet er bakbonen of keramische kogels in. We gaan eerst de kruimeldeeg blind bakken. Bak gedurende 10 minuten en verwijder dan het bakpapier en de bonen en laat nog 10 minuten verder bakken, of tot je deeg mooi goudbruin is.
Voor de vulling van de taart
Wat heb je nodig?
75 gram ongezouten zachte boter
150 gram suiker
5 eieren, eigeel en eiwit gescheiden
4 EL bloem, gezeefd
de zeste van 5 citroenen
het sap van 5 citroenen (je hebt ongeveer 140 ml nodig)
Poedersuiker voor de versiering
Hoe maak je het?
Verwarm de oven voor op 180 graden Celsius.
Combineer de boter en de suiker in een food processor. Meng tot de boter de suiker volledig heeft opgenomen. Voeg er de eigelen bij en meng verder. Wanneer je een gladde massa hebt mag de bloem er bij. Pulse nog een paar keer kort. Als laatste gaat de zeste van citroen en het sap van de citroenen er bij.
Haal de vulling voor de taart uit de processor en transfereer naar een kom. Klop in een andere kom de eiwitten stijf en vouw deze voorzichtig onder de andere vulling. Giet vervolgens in de taartbodem. Zorg ervoor dat de vulling uitgevlakt is.
Zet de taart in het midden van de oven en bak ongeveer 40 minuten tot ze mooi goudkleurig is.
Versier met wat poedersuiker en dien onmiddellijk op.