Category Archives: Vlees

Vlees is het spierweefsel van gewervelde dieren. In de brede zin van het woord omvat het alle dierlijke weefsels, inclusief organen zoals lever of nieren. In deze rubriek slaat de term uitsluitend op het spierweefsel van zoogdieren die gekweekt zijn voor consumptie door de mens.

Parmaham, een eeuwenoude traditie van kwaliteit

Parmaham, de koning der hammen

In Nullam goes Parma (zie artikel) hadden we het al over ons bezoek aan de stad Parma. Een aanrader voor een city trip. Maar de voornaamste reden waarom ik naar Parma ging, was de Parmaham, veruit de beste prosciutto. Het was niet alleen de mogelijkheid om Parmaham te proeven tijdens het Festival del Prosciutto di Parma dat me aansprak, maar vooral het bezoek aan een producent, zodat ik mezelf kon vergewissen van het productieproces, de kwaliteit en de bescherming van het merk

Elk jaar in de maand september vindt het Festival del Prosciutto di Parma plaats en doen de producenten hun deuren open voor het publiek (Finestre Aperte). Wij gingen naar Langhirano (zie foto boven), het epicentrum van de Parmahamproductie, gelegen in dit beperkte georgrafische gebied waarin de Parmaham kan gemaakt worden.

Het productieproces is puur vakmanschap en de producenten dienen zich te houden aan strikte regels, zodat de consument de beste kwaliteit Parmaham op zijn bord krijgt, en geen namaak of mindere kwaliteit. Want net zoals bij designer handtassen durft er al eens namaak Parmaham op te duiken. Wat hieronder volgt is een beschrijving van het productieproces (inclusief foto’s), voorzien van deskundige uitleg van Giancarlo Tanara, de producent die ons te woord stond en een kijkje gaf in zijn bedrijf, de Prosciuttificio.

Eerst een beetje historiek

In Italië worden jaarlijks 25.000.000 rauwe hammen geproduceerd. Prosciutto Crudo wordt gemaakt  van de achterhammen van het varken. De naam “Prosciutto” werd afgeleid van het Italiaanse “prosciugare“, wat uitdrogen betekent.  De fijnste en meest gekende gedroogde ham is Prosciutto di Parma of Parmaham.

De oorsprong van Parmaham gaat ver terug in de tijd. Documenten tonen aan dat Hannibal, tijdens zijn veldtocht door Italië in 217 v. Chr., halt hield in Parma, waar hij “gezouten varkensbillen” proefde. Vijftig jaar later, spreekt ook Polybe over dezelfde producten en over een belangrijke export van Parma naar Rome.

Nu, na zoveel lange jaren, wordt Parmaham nog steeds vervaardigd in de typische Parmezaanse regio, volgens de eeuwenoude tradities.

Parmaham, een door de wet beschermd product.

Parmaham geniet een ongeëvenaarde reputatie over de hele wereld. Een dergelijke bekendheid brengt natuurlijk heel wat misbruik, imitatie en vervalsingen met zich mee.

Daarom werd er een controle-instrument in werking gesteld dat de kwaliteit en de eeuwenoude traditie moet vrijwaren : de voogdijwet van 4 juli 1970, aangepast in februari 1990 en vastgelegd in een uitvoerend reglement in oktober 1993. Deze wet legt zeer precies de criteria voor de toekenning van de herkomstbenaming “Parmaham” vast.

De bepalingen van deze wet schrijven de productie- en rijpingszones van varkens voor, alsook de behandelingen, de rijpingsduur en de specifieke commerciële eigenschappen van “Parmaham”.

Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB)

De Europese Commissie geeft de Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB) aan producten waarvan de productie, verwerking en bereiding plaatsvinden binnen een bepaald geografisch gebied. Dit moet volgens een erkende en gecontroleerde werkwijze. Een bekend Europees product met Beschermde Oorsprongsbenaming is de Prosciutto di Parma (Parmaham), en die bescherming is belangrijk in de strijd tegen de namaak.

Het Consorzio del Prosciutto di Parma

Het Consortium van de Parmaham is ontstaan in 1963 op initiatief van een tiental producenten. In 1970 werd het erkend door de Italiaanse wet en werd het een écht organisme met als hoofddoel, de bescherming en de promotie van échte Parmaham, zowel in Italië als in het buitenland.

Vandaag groepeert het Consortium van de Parmaham 160 productiehuizen, 109 slachthuizen en 4.781 varkensfokkerijen.

Het Consortium is belast met meerdere functies waaronder het toezicht op de naleving van de voogdijwet, die de bescherming van de herkomstbenaming “Parmaham” invoert. Het Consortium moet de reglementeringen met betrekking tot de productie van Parmaham  doen naleven: de gebruikte rassen, de teelmethoden, de vereisten voor de varkens, de oorsprong van de grondstoffen, de grenzen van het geografische productiegebied, de methoden en duur van het rijpingproces en de eigenschappen van het eindproduct.

De tweede missie van het Consortium bevindt zich in het definiëren van de kwaliteitscontroleschema’s voor het eindproduct. Sinds 1996 is het mogelijk om op een wetenschappelijke manier te controleren of de hammen met de hertogelijke kroon beantwoorden aan de kwaliteitsvereisten namelijk de hoeveelheid zout, de vochtigheidsgraad en het proteolysepeil. Deze kwaliteitscontroles werden door het Ministerie van Industrie, Handel en Ambachten goedgekeurd.

Ten derde moet het Consortium een algemeen toezicht hebben op de juiste naleving van de door de wet en reglementeringen vastgestelde bepalingen op alle niveaus, van de fokkerijen en slachthuizen tot de producenten en handelaars. Voltijdse inspecteurs spelen de rol van gerechtelijke politieagenten. Deze inspecteurs kunnen elke mogelijke verificatie, inspectie of controle uitvoeren bij iedereen die ham produceert, verpakt, bewaart of verkoopt in een willekeurige onderneming.

Ten laatste moet het Consortium de benaming ‘Parmaham’ en de hertogelijke kroon beschermen en ijvert voor de opheffing van elk illegaal gebruik hiervan of van elke oneerlijke concurrentie met betrekking tot de verkoop van Parmaham.

Traceerbaarheid: Parmaham is een Garantie van Kwaliteit

De naam  “Parmaham”  is exclusief bestemd voor hammen met het brandmerk van de Hertogelijke Kroon, het onuitwisbare en unieke merkteken dat een het eind van de rijping aangebracht wordt. Dit merkteken is de laatste stap uit een traceerbaarheid systeem, dat in iedere afzonderlijke productiefase zijn eigen merkteken heeft.

Het begint op de boerderij waar door controleurs een speciaal tattoo op beide achterpoten van het varkens aangebracht wordt binnen 30 dagen na de geboorte van het varken. Dit merkteken specificeert de provincie, code van de boerderij en de maand van geboorte van het dier. Hiermee wordt het gebruik van geïmporteerde varkens of vlees voor Parmaham reeds uitgesloten.

In het slachthuis worden de hammen gecontroleerd en beoordeeld op geschiktheid voor het gebruik als grondstof voor Parmaham. Indien het aan de voorwaarden voldoet krijgt de ham het stempel PP (Per Parme) hetgeen “voor Parma” betekent. Ieder slachthuis heeft hierbij zijn eigen identificatie code in het merkteken.

Bij binnenkomst in de Prosciuttificio, oftewel het rijpingshuis wordt de ham opnieuw gekeurd en wordt na goedkeuring  een metalen zegel van het Consorzio del Prosciutto di Parma aangebracht. Hierop staan de maand en jaar van het begin van de rijping.

Als laatste toont de vijfpuntige Hertogelijke Kroon de identificatie code van de producent waar de rijping heeft plaatsgevonden. Het wordt door inspecteurs van de onafhankelijk organisatie IPQ (Instituto Parma Qualità) aangebracht en is het definitieve teken dat de ham aan alle kwaliteitsvoorwaarden voldoet.

Iedere Parma ham in de winkel is hiermee traceerbaar tot en met de boerderij waar  het dier is geboren.

Hoe échte Parmaham herkennen ?

Enkel hammen die alle controlestadia hebben doorstaan, worden voorzien van het intussen beroemd geworden “Parmahamlabel”, de hertogelijke kroon met de 5 punten en de inschrijving “PARMA”.

De hertogelijke kroon is dé garantie voor een authentiek en kwalitatief hoogstaand product.

Het is de énige manier om een échte Parmaham op het eerste gezicht te herkennen.

Wat de voorgesneden Parmaham betreft, volstaat het te controleren of de luchtledig verpakte bakjes een zwarte driehoek hebben, bedrukt met de hertogelijke kroon en de inschrijving “Prosciutto di Parma”

Parmaham, een unieke bereidingsmethode

Naast de ervaring en het vakmanschap van Noorditaliaanse producenten en de traditionele productiemethode, maken weer en wind een belangrijk deel uit van het geheim van de Parmaham.

Alles begint échter bij het varken

Uitsluitend varkens van Italiaanse oorsprong en geboren in de kwekerijen van de 10 wettelijk omschreven regio’s in Centraal-en Noord-Italië komen in aanmerking voor de productie van Parmaham.  Ze krijgen vervolgens een blijvende tatoeage met vermelding van de naam van de kweker en een code die overeenstemt met hun geboortemaand.

Voor de productie van Parma, worden uitsluitend zware varkens van grote rassen gebruikt. De varkens moeten minstens 10 maanden oud zijn en een minimumgewicht hebben van 150 kg.

Na de slachting worden de bouten (+/- 10 tot 14 kg) afgezonderd en 24 uur lang gekoeld in geklimatiseerde kamers van de slachthuizen. Dit gebeurt enerzijds uit hygiënische overwegingen, anderzijds wordt het vlees door de koude ook steviger, wat het snijden vergemakkelijkt.

Als de bouten voldoende afgekoeld zijn, wordt het overtollig vet en het zwoerd weggenomen. In dit stadium worden de bouten aan een eerste grondige controle onderworpen en worden alle bouten met onvolkomenheden verwijderd. De goedgekeurde bouten krijgen het PP-stempel, “Pour Parme” wat “Voor Parma” betekent.

De bouten zijn nu klaar om naar de verschillende productiehuizen te gaan, waar hen een lang proces van minimum 12 maanden te wachten staat.

Bij aankomst in het productiehuis, krijgen alle bouten een stalen zegel met daarop de maand en het jaar van aankomst. De afgekoelde en gesneden bouten gaan nu naar de pekelzalen. De temperatuur van de bouten moet onveranderlijk blijven. Een te koude bout zal het zout inderdaad niet goed absorberen, terwijl een bout die niet koud genoeg is bederft.

De meester-inzouters brengen met de hand een minimum hoeveelheid zout aan op de delen van het zwoerd en de magere delen van de ham. Er wordt zo weinig mogelijk zout gebruikt opdat de ham op een natuurlijke wijze zijn weergaloze smaak zou bekomen. Alle chemische behandelingen met kleur- en bewaarmiddelen zijn per wet verboden.

De met zout ingewreven hammen worden nu in een koelkamer geplaatst met :

* een vochtigheidsgraad van ongeveer 80%

* een temperatuur van 0,5 tot 4 °C

Na deze fase, “eerste pekel” genoemd, worden de hammen opnieuw bedekt met een tweede dunne laag zout.

Daarna worden ze naar een tweede koelkamer gebracht, waar ze volgens hun gewicht 15 tot 18 dagen verblijven. Deze periode noemt men de “tweede pekel”.

De zoutabsorptie verdrijft een deel van het aanwezige water zodat het gewicht op natuurlijke en progressieve wijze afneemt en na één maand niet meer dan 9 à 11 kg bedraagt.

Na twee maanden “ademen” in speciale rustkamers; worden de hammen met warm water gewassen om de zoutkristallen die zich op het zwoerd gevormd hebben, te verwijderen. De hammen drogen nadien gedurende 1 week.

Vanaf dit moment begint het rijpingsproces.

De laatste rustperiode duurt lange maanden, de hammen liggen in verluchte lokalen, op een hoogte van 900 meter, waar een droge wind waait, afkomstig uit de Middellandse Zee en doordrongen van het aroma van pijnbomen, wijngaarden en olijfbomen.

Het drogen vindt plaats in grote ruimten met hoge, tegenover elkaar geplaatste ramen, waarin de hammen worden opgehangen aan de “scalere” gedurende 3 maanden.

De regeling van de luchtstromen is uiterst belangrijk. De ramen worden geopend volgens de graad van de externe vochtigheid in overeenstemming met de vochtigheidsgraad van het product. Deze verhoudingen laten het product gradueel en constant drogen.

Tijdens de zevende maand, worden de hammen bestreken met een mengsel van reuzel, zout en peper, waarvan de samenstelling angstvallig wordt bewaard (zie foto). Deze speciale laag beschermt het bovenste gedeelte van de ham en voorkomt uitdrogen.

De hammen worden vervolgens ondergebracht in kelders of droogkamers die donker worden gehouden en afgesloten van de buitenwereld.

Na tien maanden (voor hammen van meer 7 tot 9 kg) of na twaalf maanden (voor hammen van meer dan 9 kg), vindt een laatste controle plaats (spillatura). Deze test is heel belangrijk in het “leven van de ham”. Inspecteurs van het consortium prikken met een stokje gemaakt uit paardenbeen (osso di cavallo) in 5 verschillende delen van de ham en “met de neus” worden eventuele gebreken opgespoord.

Enkel de hammen die deze laatste test doorstaan, krijgen het bekende Parmahamlabel, de hertogelijke kroon, onder vlam op de zwoerd aangebracht.

NM.

Guanciale Nullam style

Guanciale is Italiaans voor hoofdkussen maar het is ook badass gepekelde varkenswang. Yep! Indien je nog nooit deze vette, gezouten varkenswang geproefd hebt, ga dan nu onmiddellijk op zoek in je lokale carniceria, want je weet echt niet wat je gemist hebt.

Guanciale heeft ongeveer de textuur van spek maar heeft een diepere smaak. Je kan het rauw eten – in flinterdun gesneden versie – of je bakt het in de pan en voegt het toe aan stoofpotjes of soepen. Maar het is vooral een onmisbaar ingrediënt in Bucatini all’Amatriciana (zie recept) of Pasta alla Gricia (zie recept).

Maar het is ook heel lekker bij de aperitief. En we gaan het niet kopen maar zelf bereiden, want dit is het leukste.

Het hoofdingrediënt zijn varkenswangen. Tenzij je een beenhouwer hebt die de volledig varkenswang van de varkenskop kan en wil snijden, kan je de al gekuiste versie die je in elke winkel ziet, gebruiken.

Deze gaan we pekelen, drogen en opeten. Nog één raad, maak er genoeg, want ze zijn heel lekker, dus heel snel op. Ik heb er onmiddellijk twee kilo gemaakt. Let ook op, ik geef enkel indicaties voor de gebruikte ingrediënten, omdat de ratio gewicht varkenswangen versus specerijenmengeling belangrijk is.

Wat heb je nodig?

  • 2 kilo varkenswangen
  • 2 theelepels geplette zwarte peperbollen
  • 2 theelepels rode chilipepervlokken
  • 1 theelepel geroosterde venkelzaadjes
  • 3 laurierbladen, gemalen
  • 5 EL grof zeezout
  • 2 ½ EL chilipoeder
  • 1 steranijs
  • 1 EL geel mosterdpoeder

Hoe maak je het?

We beginnen met het droogdeppen van de varkenswangen. Vervolgens gaan we ze goed doorprikken zodat de specerijenmix goed kan binnendringen.

Vervolgens maken we de specerijenmengeling. Ik heb er wat rode chilipepervlokken en chilipoeder bijgedaan, omdat ik er een beetje kick wou aangeven. Wil je dit niet, verhoog dan de hoeveelheid zout, zwarte peper en venkelzaadjes evenredig.

Ratio

Weeg de varkenswangen. Het gewicht van de mix van specerijen moet ongeveer 8 tot 10% van het gewicht van de varkenswangen zijn. Ten eerste omdat je de varkenswangen hier volledig moet mee insmeren, maar moet ook voldoende over zijn om te pekelen.

Wrijf dus de varkenswangen volledig in met de specerijenmix. Steek ze in een doorzichtige plastic zak en leg ze dan plat in een voldoende grote schaal. Hier komt nog een gewicht op om het pekelen en vooral het vocht afdrijven te helpen. Schrijf je begingewicht op en zet weg in de koelkast.

Na twee dagen mag je de varkenswangen omdraaien. Zorg ervoor dat de specerijen goed verdeeld zijn. Laat nu nog twee dagen verder pekelen in de koelkast. Met grote stukken varkenswang mag je zelfs tot tweemaal 1 week gaan. Gebruik de rest van de kruidenmix voor het einde van dit proces.

Haal uit de koelkast en weeg de varkenswangen. Je zou een vochtverlies van ongeveer 10 % moeten hebben, aangezien het zout het vocht uit de varkenswangen haalt.

Spoel af onder koud water en dep ze droog.

Aromaten

Een tip: wil je nog een beetje meer experimenteren, smeer de varkenswangen nu in met Fernet-Branca, een amaro die meer bitter dan zoet is. Laat dit goed intrekken, en dep terug droog.

Maak een kruidenmix van zwarte peper en venkelzaad. en strooi deze over de varkenswangen. Maak een gaatje in de varkenswangen en ga er met beenhouwerskoord door, zodat ze ze kunnen ophangen. Liefst in een koele, donkere ruimte, met een maximum vochtigheidsgraad van 60-70 %.

Mangia!

Je hebt ongeveer nog 3 tot 4 weken nodig om ze te laten drogen, of een 30 % gewichtsverlies. Maar dat hangt af van je eigen voorkeur. Ik moet me al bedwingen om er na 1 week niet aan te zitten.

Zij die een roker bezitten, kunnen ze ook roken!

 

NM.

Spaanse Albóndigas

In Meatball Mania speuren we de wereld af op zoek naar gerechten met gehaktballen. Die recepten kan je op deze site vinden aan de linkerkant in het Menu VLEES onder de Tab MEATBALLS. De oorsprong van gehaktballen is onbekend, al lijkt het er sterk op dat de kofte of kofta gerechten (zie receptuur) uit Persië komt en dat het doorgegeven hebben aan de Arabieren. Vermoedelijk zijn de gehaktballen dan zo doorgereisd naar Noord-Afrika, Griekenland en Spanje. Ondertussen heeft zowat elke cultuur zijn versie van meatballs. Vandaag staan de Spaanse albóndigas op het menu.

Het woord albóndigas is afgeleid van het arabische woord voor hazelnoot – al-bunduq – of een klein rond voorwerp. Het zou te maken hebben met een gerecht dat door de Berbers werd meegebracht tijdens de Moorse overheersing van Spanje. Spaanse albóndigas worden geserveerd als tapa (fingerfood) of hoofdgerecht, meestal in een tomatensaus.

Bij Spaanse gehaktballen  wordt het gehakt en de aromaten gemengd met een béchamelsaus, om ze heel zacht en vochtig te houden. En geserveerd met een Spaanse versie van een tomatensaus, waarin we wat brandy en witte wijn verwerken. Het resultaat is een ware lekkernij!

Onze wijnsuggestie

Een rode Pizarras de Otero 2016 Bodegas Martin Codax, gemaakt van de relatief onbekende Mencia druif

Wat heb je nodig?

  • 2 EL boter
  • 2 EL bloem
  • 125 ml melk
  • 750 gram gemengd gehakt (kalf-varken)
  • 2 eieren
  • 3 EL fijn gesnipperde platte peterselie
  • 1 EL droge witte wijn
  • 1 teentje look, geplet en fijn gesnipperd
  • 1 theelepel zoete paprika (pimentón de la vera)
  • peper en zout
  • olijfolie

Voor de tomatensaus

  • 2 grote tomaten
  • 1 fijn gesnipperde ajuin
  • 1 halve wortel, fijn gesnipperd
  • 2 teentjes look
  • 1/2 theelepel zoete paprika (pimentón de la vera)
  • 1 EL bloem
  • 125 ml droge witte wijn
  • 3 EL brandy of sherry
  • 500 ml kippenbouillon
  • fijn gesneden platte peterselie

Champignons

  • 1/2 kilo paddenstoelen naar keuze
  • olijfolie
  • peper en zout

Hoe maak je het?

De béchamelsaus

Smelt de boter in een kleine sauspan. Voeg er de bloem bij en laat verder koken op een klein vuurtje. Roer constant met een garde tot de bloem uitgekookt is. Voeg er dan geleidelijk aan en al roerend de melk bij, tot je een gladde saus hebt. Laat nog een paar minuten inkoken. Zet opzij en laat de Béchamel afkoelen.

De gehaktballen

Neem een grote mengkom en daar het gehakt in, samen met de eieren, de wijn, look, paprika, peper en zout en giet daar de béchamelsaus over. meng goed dooreen en zet weg in de koelkast.

Na een paar uur mag je de meatballs maken. Maak ze niet te groot, ongeveer 3 cm diameter. Neem een grote pan en verwarm 2 EL olijfolie en bak de meatballs tot ze gaar zijn.

De tomatensaus

Maak ondertussen de tomatensaus. Rasp de tomaten tot enkel het vel overblijft. Neem een sauspan en gaar de fijngesneden wortel en een teentje look op een zacht vuurtje. Doe er het vlles van de tomaten bij en de paprika en laat verder garen op een zacht vuurtje. Strooi er wat bloem over (zodat de saus kan indikken), en blus met de wijn en brandy.  Laat goed inkoken. Wanner de saus klaar is, kan je die verder pureren in een blender. Doe er dan de bouillon bij, controleer de kruiding en hou warm (tot de meatballs gebakken zijn).

De meatballs mogen nu bij de saus. Laat even verder doorwarmen tot de smaken gemengd zijn en voed er de fijn gesnipperde peterselie bij.

Bak de champignons in een lepel olijfolie. Serveer op een bord en serveer er de albóndigas bij met een paar lepels saus.

Buen provecho!

NM.

Chateaubriand met Stilton crumble en portosaus

Stilton

Stilton is een klassieke Engelse kaas die bestaat in twee soorten: de witte en de blauwe. De blauwaderige Stilton is de meest gekende . De kaas heeft een sterke smaak en geur.  Blue Stilton heeft sinds 2016 het statuut van Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB) van Europa gekregen. En dat betekent dat Stilton enkel in 6 melkerijen in  Derbyshire, Leicestershire and Nottinghamshire kan gemaakt worden. Opvallend is dat het stadje Stilton zelf er niet bij is.

Long Clawson is één van die 6 melkerijen annex kaasmakers en viel al vele keren in de prijzen met hun Blue Stilton, die je bij ons in LIDL kan krijgen. Stilton gaat goed samen met peer en porto, dat is geweten. We gebruiken de kruimelige Stilton voor een crumble die we op een lekker stukje vlees gaan aanbrengen. En dit serveren we met een lekkere portosaus.

Wat heb je nodig? voor 4 personen

  • 4 chateaubriand of andere filets
  • 1 EL gram boter
  • 100 gram ajuin
  • 1 teentje look
  • 1 EL tijm
  • 175 rundsfond
  • 125 ml porto
  • 100 gram Stilton
  • 4 EL broodkruimels of panko

Hoe maak je het?

Crumble van Stilton

Meng de broodkruimels en de Stilton en zet even opzij.

De Porto saus

Ja kan deze saus gemakkelijk een dag op voorhand maken.

Smelt de boter in een pan op middelmatig vuur. Fruit de fijngesnipperde (of in ringen) gesneden ajuis in, samen met een fijngesnipperd teentje look  en de verse tijmblaadjes. Laat de ajuin rustig glazig worden. Deglaceer met de porto en laat even inkoken. Verhoog het vuur en doe er vervolgens de rundsfond bij. Laat inkoken. Controleer de kruiding.

De steaks

Verwarm de gril van de oven op 180 graden. Laat de steaks op kamertemperatuur komen. Kruiden met peper en zout. Bak de steaks in de pan. Slecht een paar minuutjes aan beide kanten, want we gaan ze verder afwerken in de oven. Haal de steaks uit de pan en leg er een laag crumble van stilton op. Leg de steak in een ovenschaal enz et ze even in de gril, tot de crumble goudkleurig is en begint te bubbelen. Opletten dat je de steaks niet overbakt.

Serveer onmiddellijk en giet er een lepel portsaus over. Versier met een takje tijm.

NM.

 

Bulgaarse meatballs

Een recept dat het altijd goed doet bij kinderen én volwassenen zijn gehaktballen en we hebben in de afgelopen jaren al heel wat recepten gepost: Italiaanse meatballs (zie recept), Griekse keftedes (zie recept) en soutzoukakia (zie recept) , Turkse kofte of kofta (zie recept) maar vandaag gaan we voor de Bulgaarse versie. En we gaan deze pairen met een lekkere Bulgaarse wijn van Domaine Boyar Ars Longa Mavrud & Rubin (zie onze reeks wijnsuggesties in #UNCORKED). En met deze rode wijn – verkrijgbaar bij Delhaize – gaan we ook de saus voor de meatballs maken.

Ik geef het toe, de Bulgaarse keuken is niet de meest populaire in de wereld, en zelfs niet in de Balkan, maar deze Bulgaarse meatballs (kuyfte) zijn wel een lekkernij. En wie houdt er niet van meatballs? Ze bestaan in nog twee andere varianten: de meatball gevuld met witte kaas (de Tataarse meatball of tatarsko kuyfte) en de nervozno kuyfte (letterlijk vertaald de nerveuze spicy meatball).

Wat heb je nodig?

Voor de meatballs

  • 500 gram varkensgehakt
  • 500 gram rundsgehakt
  • 1 kleine ajuin, fijn gesneden
  • 1 ei, geklopt
  • Zout en zwarte peper

Voor de saus

  • 1 ajuin
  • 150 ml bouillon
  • 3 EL boter
  • 500 ml rode wijn: Domaine Boyar Ars Longa Mavrud

Hoe maak je het?

Combineer al de ingrediënten voor de gehaktballen in een grote kom en meng goed. Maak gehaktballen van dezelfde grootte. Leg deze op een serveerschaal en zet ze even weg in de koelkast. Koude gehaktballen gaan niet uit mekaar vallen bij het bakken. Bak ze in een pan of bak ze af in de oven.

Ondertussen gaan we de saus maken. Verwarm de boter in een sauspan op een middelmatig vuur. Doe de fijn gesnipperde ajuin de pan, en fruit deze al roeren tot de ajuin een lichtgouden kleurtje krijgt. Kruid met peper en zout. Deglaceer met de bouillon, die je er beetje bij beetje aan toevoegt. Wanneer je ziet dat de bouillon al goed ingekookt is mag je er nu ook de rode wijn bijdoen, in verschillende beurten.

Verminder het vuur tot de saus lichtjes suddert. De bedoeling is dat de rode wijnsaus minstens met de helft reduceert en dus indikt.

Wanneer de saus klaar is gaan we de meatballs in de saus doen, om ze nog even door te warmen. Roer even goed door zodat alle gehaktballen een laagje saus hebben. Kontroleer de kruiding in dien op.

NM.

Gebraiseerde lamsschenkel met kikkererwten

Het is Pasen en dus staat er traditiegetrouw lam op het menu.  We kozen dit keer  niet voor een lamsbout of schouder maar voor lamsschenkel. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de schenkel van de achterpoten (shank) of van de voorpoten (shin of forshank). Een lam of schaap gebruikt zijn poten intensief, dus bevat het vlees automatisch veel collageen, en dat zorgt ervoor dat het vlees sappig en mals blijft. Er zit ook een been in en dat betekent vlees met veel smaakstoffen.  Alles is met andere woorden aanwezig om een zacht en smeuïg en in de mond smeltend stukje vlees te hebben, vooral ook door een lang kookproces toe te passen, zoals braiseren, stoofschotel of tajine.

Grote schenkels zijn ideale porties voor twee personen.  Er zijn duizend en één manieren om lamsschenkel  te bereiden, maar omdat we nog steeds geen zonnig weer hebben gezien en de temperaturen allesbehalve goed zijn kozen we voor een hartige versie met onder andere wortelen, courgette en kikkererwten. Kikkererwt (kekererwt, pois chiches, chickpea of garbanzo bean) is een eetbare peulvrucht die vooral gekweekt wordt in subtropische gebieden en veel gebruikt wordt in de Marokkaanse, Indische en Turkse keuken. We hebben het allemaal wel eens gebruikt om hummus mee te maken maar je kan er nog zoveel meer mee doen, zoals verwerken in een stoofpotje bijvoorbeeld. Kook ze niet te lang want voor moeten ze nog een beetje krokant zijn.

Veel sukses ermee en geniet van het lange weekend.

Wat heb je nodig? Voor 4 personen

  • 4 lamsschenkels
  • 5 wortelen
  • 1 courgette
  • 1 gekonfijte citroen
  • Groene olijven
  • 400 gram gekookte kikkererwten
  • 1 ajuin
  • 1 appelsien
  • 2 EN plantaardige olie
  • 1 bos koriander
  • Wat takjes verse tijm
  • Peper en zout

Hoe maak je het?

Was de appelsien en verwijder de schil met een dunschiller. Zorg ervoor dat er geen wit aan is want dat wordt bitter. Pers de appelsien.

Zet een pan met zware bodem op het vuur en verhit de olie. Kruid het lamsvlees met peper en zout en laat het aan alle kanten bruin worden. Haal na 10 minuten het vlees uit de pan en hou warm. Fruit de gesnipperde ajuin. Verminder het vuur en leg de lamsschenkel terug in de pan.

Overgiet met het appelsiensap en een 30 cl water (of bouillon). De stukjes zeste van de appelsien, de tijm en een deel van de koriander mogen er ook bij. Zet het deksel op de pan en laat gedurende anderhalf uur zachtjes sudderen.

Nu nog de groenten. Ik heb deze lamsschenkel klaargemaakt met raapjes, wortelen en courgette. Deze groenten hebben een verschillende gaartijd en daarom moet je ze op verschillende tijdstippen toevoegen. De wortelen heb ik in dikke ronde schijfjes gesneden en die gingen er na 45 minuten al bij, samen met de gekonfijte citroen. Een tien minuutjes later heb ik er de raapjes bijgedaan. En een halfuur voor tijd heb ik er als laatste de gekookte kikkererwten bij gedaan, zodat alle groenten mooi op tijd gaar waren. De courgette heb ik apart snel gebakken in de olijfolie en er pas op de serveerschaal aan toegevoegd, net als de groene olijven.

Het resultaat is een evenwichtige schotel, met mals vlees, verschillende groenten en peulvrucht. De saus – de langdurig ingekookte bouillon is heerlijk en licht en heeft de smaken van alle ingrediënten opgenomen. Dien bijvoorbeeld op met couscous.

NM.

Eendenborst met sloe gin en braambessensaus

6349

Sloe Gin werd traditioneel gedronken tijdens de donkere koude winterdagen, liefst voor een knetterend haardvuur. Of je nam wat sloe gin mee in een hip flask tijdens je winterse wandeling. Het zijn eigenlijk de Amerikanen die er een zomers drankje van gemaakt hebben, door er citrus en sodawater aan toe te voegen. En zo werd de sloe gin Fizz geboren. Sloe gin is bij ons niet zo populair als in het Verenigd Koninkrijk, maar is dankzij de gin hype al iets meer uit de vergetelhoek geraakt.

Maar we kunnen ook koken met sloe gin. We maakten een feestelijk gerecht, eendenborst met sloe ginsaus. Sloe gin is een likeur van vruchten, namelijk de sleedoornbessen. Hoe wordt sloe gin gemaakt? Lees het hier in ons artikel.

De sleedoornbessen bloeien op de blackthorn tree, die in bloei vol witte bloemen staat en purperkleurige bessen. De bessen worden in de herfst geplukt en twee maanden in de gin gemacereerd zodat de sloe gin tijdig klaar is voor kerstmis. De Engelsen hebben de techniek verfijnd, want ze doen het al zeer lang natuurlijk. Je kan de sloe gin dus gemakkelijk zelf maken, maar vermijd goedkope gin en teveel suiker te gebruiken aan het begin van het proces.

Sloe gin

Sloe gin is lekker als aperitief (gewoon met een blokje ijs of als sloe gin fizz) maar je kan er ook mee koken. De titel van dit recept zegt eendenborst, maar een stukje wild, fazant of varkenshaasje passen ideaal bij deze heerlijke feestelijke saus. Ik heb een ambachtelijke sloe gin gebruikt die ik in Somerset gekocht heb, maar de sloe gin van Monkey 47 is een aanrader. Net als de Monkey 47 gin bevat de Monkey 47 sloe gin 47 verschillende ingrediënten. De citrus- en pepersmaak wordt gecomplementeerd door de zoete sleedoornbes. We laten deze elementen terug komen in de saus door er zeste van appelsien bij te doen en braambessen.

monkey-47-sloe-gin

Wat heb je nodig?

  • eendenborst (of fazant of varkenshaasje)
  • Boter
  • Peper en zout
  • Voor de saus
  • ½ appelsien
  • 2 EL bloem
  • 200 ml kippenbouillon
  • 1 EL rode bessengelei
  • 1 klein stukje gember
  • 1 steranijs
  • 1 snuifje kaneel
  • 1 theelepel suiker
  • 1 theelepel Dijon mosterd of citroenazijn
  • 200 gram braambessen
  • 5 EL Sloe Gin
  • Verse tijmblaadjes

Hoe maak je het ?

Fazant

Leg de fazant in een braadslede en wrijf in met boter. Kruiden met peper en zout. Steek wat van de laurierbladen in de holte en breng de andere aan op de fazant zelf. Bedek de fazant met de sneetjes gerookte spek. Bedek de fazant met aluminiumfolie en leg er wat sjalotjes rond. Zet in de op 180 graden verwarmde oven voor 20 minuten. Overgiet af en toe met de sappen. Haal na 20 de folie er af en zet nog eens 20 minuten in de oven. Haal het spek er af en laat verder garen en goudbruin worden.

Eendenborst

Snij het vel van de eendenborsten kruislings in – voorzichtig en niet te diep (quadriller). Kruiden met peper en zout en leg ze dan op de velkant in een hete pan met zware bodem. We hebben geen boter of olie nodig, want we bakken op de velkant, waaronder een laag vet zit, die onmiddellijk zal smelten. Bak de eendenborsten drie minuten op de velkant en draai ze dan om. Bak ze 30 seconden op de vleeskant. Haal de eendenborsten uit de pan en leg ze in de ovenschaal met de velkant naar boven. Leg op elke eendenborst een klein vierkantje boter. Gaar de eendenborst 4 minuten in de oven voor rosé of 6 minuten als je ze iets meer doorbakken wil, maar zeker niet langer. Haal uit de oven en laat de eendenborst zeker nog 5 minuten rusten onder aluminiumpapier.

6358

Varkenshaasje

Neem een pan met zware bodem en verwarm wat olijfolie en boter. Bak het varkenshaasje snel aan – een paar minuten aan elke zijde – en zet het dan in de oven zodat het kan verder garen. Vouw het smalle gedeelte van het varkenshaasje om voor een gelijke garing. Het varkenshaasje is op zijn best als het rosé gebakken is, dus na 12 tot 15 minuten mag je het uit de oven halen. Laat het vlees (even lang als de gaartijd) rusten onder aluminiumpapier vooraleer je het in dikke stukken snijdt.

De saus

Neem een dunschiller en snij dunne strips zeste van de appelsien. Snij vervolgens de strips zeer fijn in julienne. Pers daarna de appelsien uit.

Neem een sauspan en doe er twee eetlepels bloem in. Giet er langzaam en al roerend het appelsiensap bij, tot je een soort pasta krijgt. Voeg de strips zeste, de kippenbouillon en de konfituur bij. Roer om en doe er de suiker, mosterd, steranijs, kaneel en gember bij. Controleer de smaak en kruid bij met peper en zout.

Breng aan de kook en laat dan verder indikken op een klein tot middelmatig vuurtje tot de saus stroperig is. Voeg er op het laatste – slechts een paar minuutjes –  de sloe gin en de braambessen bij. Je kan de saus eventueel nog wat aanlengen aan lengen door er nog een beetje van de braadjus bij doen.

Lepel wat saus over het vlees, versier met enkele braambessen, wat strips appelsienschil en verse tijm.

NM.

Kotopoulo me Dendrolivano

Winters comfort food

Tijdens de winterperiode gaan we op zoek naar gerechten die onze ziel verwarmen. Dat warme gevoel hebben we nodig om de koude temperaturen aan te kunnen. We noemen het daarom ook comfort food. Voor de verandering gaan we eens buiten de grenzen kijken, op zoek naar een lekker stoofpotje. En zo kwamen we uit bij deze klassieker uit de Griekse keuken,  κοτόπουλο ψητό με λεμόνι και δενδρολίβανο. Kotopoulo is Grieks voor kip en dendrolivano is gewoon rozemarijn. Doe daar nog wat citroen en witte wijn bij en je hebt de typische Griekse smaken. Dit eenvoudig gerecht met respect voor pure ingrediënten, is gemakkelijk te maken en vult je hele huis met lekkere aroma’s. En de saus maakt zich bijna zelf. Goed gekeurd door yiayia, de Griekse grootmoeder.

 

Wat heb je nodig? Voor  4 personen

  • 1 kip, in 8 stukken verdeeld
  • 4 takjes verse rozemarijn
  • Bloem
  • Peper en zout
  • 250 ml witte wijn
  • 250 ml kippenbouillon
  • 2 laurierbladen
  • Sap van 1 citroen
  • 1 teentje look (optioneel)

Hoe maak je het?

Verwarm de oven voor op 200 graden. Verdeel de kip vakkundig in acht stukken en kruid met peper en zout. Bestrooi met wat bloem. We hebben de bloem nodig om de kip mooi bruin te bakken en om de saus te laten indikken.

We bakken de eerst de kip aan en dan gaat de pan in de oven, dus gebruik onmiddellijk een pan met zware bodem.

Bak de stukken kip in een pan tot ze mooi goudbruin zijn (ongeveer 10 minuten). Je kan er ook een fijn gesnipperd teentje look bij doen. Wanneer de kip klaar is mogen de wijn, de rozemarijn en de laurierblaadjes erbij. Laat dit gedurende twee tot drie minuten reduceren (indikken, vandaar de bloem). Giet er de kippenbouillon bij, zet er een deksel en zet de pan in de oven.

Afhankelijk van je oven zal de kip gaar zijn tussen de 30 en 45 minuten, maar haal er de laatste vijf minuten het deksel af, zodat je kip een krokant korstje krijgt. Doe er op dat ogenblik ook het citroensap bij. Controleer de smaak en kruid bij of voeg er nog wat citroensap bij.

Serveer dit met oven geroosterde krielaardappelen.

NM.

Lamsbout in de oven op Chinese wijze

Chinees Nieuwjaar: jaar van de haan

Vandaag 28 januari begint het Chinees Nieuwjaar, ook bekend als het Lentefestival of lentefeest. Het is de belangrijkste van de Chinese feestdagen. Chinees Nieuwjaar wordt gevierd op de eerste tot en met de vijftiende dag van de eerste maand van de Chinese kalender. Het Chinese jaar begint op de tweede nieuwe maan na de zonnewende van 21 december. Dit kan niet voor 21 januari en niet na 20 februari gebeuren.

Dit jaar 2017 is het Chinese jaar van de Haan  (雞), het tiende teken in de Chinese astrologie en dus het tiende dier in de twaalfjaarlijkse cyclus. Hanen hebben een sterke natuurlijke neiging om elkaar te bevechten. Dit komt door hun territoriumgedrag, de zogenaamde pikorde. Een haan bakent zijn territorium af door te kraaien.

We maken echter geen haan klaar, maar een lamsbout in de oven op Chinese wijze. Best is de lambsbout de dag ervoor te marineren, zodat de citrus in de marinade zijn werk kan doen, met andere woorden, het vlees malser maken en de smaken in het vlees te laten penetreren.

Wat heb je nodig?

  • 1 lamsbout (ongeveer 1.75 kilo)
  • 1 appelsien
  • 1 citroen
  • 1 EL szechuan peperbollen
  • 2 kaneelstokken
  • 190 ml rijstwijn
  • 180 ml sojasaus
  • 2 EL ciderazijn
  • 50 gram bruine suiker
  • 3 stukken steranijs
  • 8 kruidnagels
  • 1 theelepel venkelzaad
  • 1 teentje look
  • 500 ml water

Hoe maak je het?

Plaats de lamsbout in een grote zware ovenschotel. We beginnen met de marinade. Snij de zeste van de appelsien en de citroen in strips van ongeveer 3 centimeter. Pers beide uit. Neem een kleine kom en meng het sap van de appelsien en de citroen met de zeste, de rijstwijn, ciderazijn, bruine suiker, szechuanpeper, kaneelstokken, kruidnagel, venkelzaadjes, steranijs en het in twee gesneden teentje look. Roer om tot de suiker opgelost is. Giet over de lamsbout en zet deze ongeveer 8 uur in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 160 graden. Giet het water bij de lamsbout en zet op een middelmatig vuur tot het water opborrelt. Zet de schotel in de oven, dek af met een deksel en rooster de lamsbout tot deze gaar is. Dit zal afhankelijk van de grootte ongeveer twee uur duren. Overgiet regelmatig met de vloeistof om uitdrogen te voorkomen. Verwijder het deksel en laat nog ongeveer een uur verder garen. Laat het vlees wat rusten onder aluminium vooraleer je gaat snijden. Verwijder het vet en laat de saus ondertussen wat indikken.

Serveer met pureeaardappelen en Chinese gesauteerde groenten zoals bok choy (paksoi).

NM.

Poularde cuite en baeckeofe

9316

Sir Francis Bacon

Op 9 april 1626 overleed Sir Francis Bacon, Brits staatsman en filosoof. Dat filosofen raar uit de hoek kunnen komen is algemeen geweten. Zijn dood is namelijk veroorzaakt door een kip. Inderdaad, ook ik fronste mijn wenkbrauwen bij het lezen. Bacon was vooral bezig met experimenteel wetenschappelijk onderzoek, en één van zijn laatste proeven was het onderzoek naar de bewarende kwaliteiten van sneeuw. Hij bedolf een kip onder de sneeuw om te onderzoeken hoelang het vlees zou bewaren in extreme koude. Hij deed daarbij een longontsteking op en overleed kort daarna op de leeftijd van 65 jaar. Einde ook van het onderzoek en we zijn dientengevolge onmiddellijk overgeschakeld naar de koelkast, wegens kleiner risico op longontsteking.

Le bon roi Henri

In diezelfde periode aan de andere kant van het kanaal, in Frankrijk dus, was ene Hendrik IV (1553-1610) de toenmalige koning. Die had in het begin geen tijd om zich met kippen bezig te houden, want hij was te druk bezig met een land dat geteisterd werd door oorlogen tussen de katholieken en de prostestanten (de Hugenotenoorlogen) en de Drie-Hendriken-Oorlog, een oorlog zoals het woord het zegt en ik vind dit niet uit, tussen 3 Hendriken.

Hendrik IV of “le bon roi Henri” was een goede koning voor het volk, want hij bestreed de corruptie, legde wegen aan en hervormde de belastingen. Hij veranderde maar liefst zes (6) keer van geloof, had zes (6) kinderen uit twee huwelijken en nog eens elf (11) buitenechtelijke kinderen uit een resem verhoudingen. En dat in volle oorlogsperiode. Hij deed er echt alles aan om de welvaart ter verhogen want het welzijn van het volk lag hem nauw aan het hart. Zijn grote wens was dat hij de welvaart zo zou verbeteren dat iedere familie elke zondag een kip in de pot kon hebben (la poule au pot du dimanche). Het hoeft niet te verbazen maar Hendrik IV was zeer populair (en niet enkel bij de vrouwen dus). En kip is lange tijd een typisch zondags familegerecht geweest.

De oven van de bakkerin

Voor ons is dit de gelegenheid om iets met kip te doen. We kozen deze keer voor een Poularde cuite en baeckeofe, een traditioneel gerecht uit de Elzas. Baeckeoffe of Baeckeofe verwijst naar de oven van de bakkerin (bakoven), net als de arni giouvetsi (zie recept), de pommes (à la) boulangère (zie recept). Dit is een typisch zondagsgerecht dat op voorhand werd klaargemaakt en dan in de bakkerij afgegeven. In vroeger tijden nam men ongeveer 24 uur om dit gerecht klaar te maken. De vrouw des huizes kocht de kip op zaterdag en liet alles goed marineren. De eerste versies waren met kip omdat vlees toen nog te duur was voor de gewone man. Vooraleer men naar de mis ging, zette men de aardewerken schotel af bij de bakker, die ze pas in de oven stak, na het bakken van de broden, in een langzaam uitdovende oven. Na de mis, die toen gemakkelijk een paar uur duurde, werd de schotel opgehaald en werd er gegeten.

Elke godsdienst zijn proteïne

Maar andere bronnen noemen de baeckeofe eerder een maandaggerecht, blijkbaar de vaste wasdag in de Elzas en sluitingsdag van de bakkers. Er bestaan verschillende versies van de baeckeofe – en die zijn elk aan een godsdienst gelinkt. Naast kip werd bestond er ook een versie met rundsvlees (voor de katholieken), met varkensvlees (voor de protestanten) en met lamsvlees (voor de Joodse gemeenschap).

9308

Wat heb je nodig ?

  • Een kip van goede kwaliteit (poularde)
  • 600 gram vastkokende aardappelen
  • 20 cl Riesling uit de Elzas
  • 20 zilveruitjes
  • 25 cl kippenbouillon
  • 3 teentjes look
  • 4 tomaten
  • 3 takjes verse tijm
  • 1 takje verse rozemarijn
  • Vers gemalen zwarter peper en zout

Hoe maak je het?

Schil de aardappelen. Blancheer zeer kort  de zilveruitjes.en pel ze. Vervolgens de tomaten emonderen, de zaadjes verwijderen en in 4 snijden. Verwarm de oven voor op 200 graden.

Verwarm wat olijfolie in een pan met zware bodem en bak de aardappelen samen met de zilveruitjes en de (ongepelde) teentjes look.

Doe alles in een aardewerken pot. Verdeel de stukken tomaat over de pot en de takjes verse tijm en rozemarijn. Overgiet met de kippenbouillon en de Riesling, kruid met peper en zout.

Zet het deksel op de aardewerken pot en sluit eventueel af (le lutage) met een strip deeg (un boudin), zodat het vocht binnenin blijft. Of zet gewoon in de oven met deksel en haal het deksel er de laatste 15 minuten af.

De kip mag nu gedurende een klein uurtje in de baeckeofe. Controleer de gaarheid en haal uit de oven. Verdeel de kip in stukken en de groenten over de borden en serveer warm.

NM.