Vlees is het spierweefsel van gewervelde dieren. In de brede zin van het woord omvat het alle dierlijke weefsels, inclusief organen zoals lever of nieren. In deze rubriek slaat de term uitsluitend op het spierweefsel van zoogdieren die gekweekt zijn voor consumptie door de mens.
Vandaag staat een Midden-Oosters slaatje op het programma: groene linzen, rode ajuin, koriander, munt en granaatappel. Deze hebben we gekruid met za’atar. Daarbij geven we gegrilde maar sappige lamskoteletten die we in za’atar gewenteld hebben. De notige aardse smaak van za’atar combineert heel goed met lamsvlees. Je lamskoteletten worden nog lekkerder als je ze van tevoren marineert.
Za’atar
Za’atar is de naam voor zowel een plant als voor een mengeling van gedroogde kruiden. De plant was al gekend bij de oude Egyptenaren, er werden zelfs sporen van de teruggevonden in het graf van Toetankhamon. Met de verse za’atar kan je trouwens lekkere pesto maken.
Deze zeer populaire kruidenmix wordt vooral in het Midden-Oosten gebruikt en ieder land in de regio heeft zowat zijn eigen versie en samenstelling. De basisversie bevat de gedroogde za’atar, geroosterde sesamzaadjes en zout, terwijl bijvoorbeeld de Libanese versie er gedroogde sumac aan toevoegt. Andere versie’s bevatten tijm of oregano.
Wat heb je nodig?
4 EL za’atar
grof zout
4 EL olijfolie
8 lamskoteletten
250 gram beetgaar gekookte groene linzen
2 rode ajuinen
sap van 1 citroen
platte peterselie
verse munt
verse koriander
50 gram granaatappelpitten
Hoe maak je het?
Kook de linzen beetgaar en laat afkoelen. Snij de rode ajuin in fijne schijfjes. Snij de verse munt, koriander en platte peterselie fijn. Meng dit alles onder de linzen, samen met de aardappelpitten. kruiden met peper en zout en wat za’atar. Werk af met olijfolie en vers citroensap.
Laat de lamskoteletten marineren in 4 EL za’atar. Laat deze ongeveer 1 uur rusten.
Verwarm de grill en bak de lamskoteletten volgens je voorkeur. Dichtschroeien gedurende 30 sekonden op hoog vuur, vuur verlagen en nog 3 minuten aan elke kant garen.
Amer Picon is een bitterzoete aperitief gemaakt op basis van gedroogde sinaasappelschillen en kruiden en bestaat al sinds 1834. En toch is PICON na al die jaren in de vergeethoek geraakt. Tijd dus om de Picon weer van onder het stof te halen. Eén week lang maken we van alles klaar met PICON. We maakten al een puur aperitief met PICON, de Boswijck Amer Picon (zie receptuur), en een after dinner drankje Fin de Siècle (zie receptuur).
Vandaag koken we met Amer Picon. We gaan varkenswangen braiseren en die serveren met geblancheerde en snel gebakken savooi, een smeuïge puree en een lekkere saus op basis van Amer Picon. Een gerecht om je vingers van af te likken.
Wat heb je nodig?
1 kilogram varkenswangen
2 dl Amer Picon
bouillon
savooiekool
puree
Hoe maak je het?
De varkenswangen
Kruid de varkenswangen met peper en zout en kleur ze aan in wat boter. Blus met een goede scheut Amer Picon en bevochtig de wangetjes met een mengsel van bouillon, bloem, een laurierblaadje en look, tot ze 1/3 onderstaan. Zet ze onder deksel en laat de wangetjes gedurende 30 minuutjes braiseren.
De savooi
Verwijder de harde en beschadigde buitenste bladeren. Snij daarna de stronk aan de onderkant eraf. Nu kan je kiezen hoe je verder gaat, afhankelijk van of je de bladeren in hun geheel wil gebruiken of in reepjes. Wij gaan ze in grove julienne snijden.
Als je de kool in reepjes wilt bereiden, kun je die het beste eerst snijden. Daarna pas spoel je ze af in een zeef of vergiet. Snijd de kool in de lengterichting in vier of zes stukken. Snijd of schaaf deze stukken in reepjes. Spoel ze dan af. Vergeet niet om de reepjes ook even te droog te deppen met keukenpapier, zeker als je wil roerbakken).
Kook de schoongemaakte stripjes savooikool in weinig water met een snufje zout gaar. De kooktijd is ongeveer 7 tot 12 minuten. De kool moet nog beetgaar zijn.
Savooiekool is ideaal om snel (ook in de wok) te bereiden. Bak de fijn gesneden savooi in op 6 tot 8 minuten gaar in een klont goed boter.
De saus
Haal de varkenswangen uit de pan en laat het braiseervocht verder inkoken. Controleer de smaak en doe er eventueel wat Picon bij of zeste van appelsien. Werk de saus af met klontjes koude boter voor een mooie glans.
Aubergines met gehakt en een pittige looksaus zijn een populair gerecht in de Chinese keuken. Probeer het zeker eens met de kleinere Chinese aubergines, maar met onze aubergines lukt het ook.
De keuken uit de Szechuan provincie in het zuiden van China is heel uitgesproken vanwege het overvloedige gebruik van look, chilipepers en de unieke smaak van Szechuan peper, één van de vijf bestanddelen van het Chinese five spice poeder.
Deze peper is niet echt pikant maar het veroorzaakt wel een leuke tinteling en warmte op de tong en wat vuurwerk in je mond. Harold McGee vergelijkt de tinteling van Szechuan peper met likken aan een batterij: “they produce a strange, tingling, buzzing, numbing sensation that is something like the effect of carbonated drinks or of a mild electrical current (touching the terminals of a nine-volt battery to the tongue)”.
Deze stir fry is dus een pittige gerechtje maar heel smaakvol, want we gebruiken ook nog veel andere aromaten. De basis zijn aubergines, die we in de oven gaan bakken (maar je kan ze ook stomen) en varkensgehakt.
Er bestaat ook een vegetarische versie van dit gerecht, door het gehakt weg te laten.
Wat heb je nodig?
aubergine (600 gram)
400 gram gehakt
3 rode chilipepers
2 theelepels Szechuan peperbollen
2 theelepels maizena
60 ml shaoxing wijn ( of rijstwijn of een droge sherry)
125 ml kippenbouillon
2 EL sojasaus
1 EL Chinese zwarte azijn
1 EL oestersaus
2 theelepels suiker
2 EL plantaardige olie
3 teentjes look, fijn gesnipperd
1/2 theelepel rode chilipeper vlokken
handjevol fijn gesneden lente-uitjes
Hoe maak je het?
Snij de aubergine in lange strips
Rooster de stukken aubergine in de oven to ze mooi goudbruin zijn (ongeveer 15 minuten)
Neem een wok of een grote braadpan en doe er de szchuan peperkorrels in. Na ongeveer 1 minuut zullen ze hun aroma loslaten. Haal dan van het vuur en maal ze fijn in een vijzel tot fijn poeder.
Meng de maizena met de shaoxing wijn in een mengkom. Roer goed om. Doe er dan de kippenbouillon, sojasaus, zwarte azijn, oestersaus en suiker bij. Roer goed los.
Verwarm de olie in de wok of braadpan en doe er de fijn gesneden chilipepers in, samen met de fijn gesneden look. Bak heel kort aan op een hoog vuur. Voeg er het gehakt bij en bak tot het mooi goudbruin is.
Verminder het vuur, en giet er de marinade over. Meng er ook het poeder van szechuan peperbollen onder. Laat nog een paar minuten sudderen, zodat de smaken kunnen mengen. Controleer de kruiding en doe er desnoods nog wat chilipoeder bij.
Leg er de stukken aubergine op en werk af met de lenteuitjes.
De moeder van alle éénpansgerechten is deze pollo alla cacciatore, kip op jagerswijze. Hieronder volgt het recept zoals ik pollo alla cacciatore heb leren klaarmaken in Italië, maar ik zeg er al onmiddellijk bij dat elke la mamma haar eigen recept heeft. In ieder geval, hier is het basisrecept, pas het aan waar je maar wil. Het voordeel van deze eenvoudige traditionele recepten, is dat iedere kok er zijn ziel kan inleggen.
Deze pollo alla cacciatora serveer ik met verse pasta en rucola, en durft nogal eens op zondag op het menu staan, voor de familielunch.
La cacciatora
Het gerecht is niet genoemd naar de jager (cacciatore), maar wel naar de jagersvrouw, la cacciatora. De mannen gingen ‘s morgens gaan jagen en kwamen dikwijls met lege handen naar huis, vandaar dat de jagersvrouw meestal een plan B had, en een kip of konijn in huis had.
Wat heb je nodig?
1 grote kip, in 8 stukken gesneden
2 teentjes look, fijn gesneden
2 ajuinen, gijn gesnipperd
250 ml droge witte wijn
250 ml kippenbouillon
6 rijpe tomaten, zaadjes verwijderd en in stukken gesneden
1 laurierblad
1 theelepel oreganoblaadjes (of marjolein)
peper en zout
olijfolie
Hoe maak je het?
Verwarm twee EL olijfolie in een grote pan met zware bodem. Bek de stukken kip goudbruin aan alle kanten (ongeveer 10 minuten). Haal uit de pan en zet even weg.
Verminder het vuur tot medium en doe de ajuin en de look in de pan. Laat deze gedurende een goede vijf minuten garen, tot de ajuin zacht is. Je kan bijvoorbeeld ook wat gesneden champignons bij dit stoofpotje doen.
Deglaceer de pan met de witte wijn en maak alle bruine stukjes van de bodem van de pan los. De stukken kip mogen terug in de pan. voeg er de stukken tomaat (en hun sap) bij, het laurierblad, de marjolien of oregano, en kruid met peper en zout.
Verminder het vuur tot het minimum, zet het deksel op de pan en laat rustig verder sudderen. Het sap van de tomaten zal reduceren, dus moeten we vocht toevoegen, namelijk de kippenbouillon. Dus controleer de garing van de kip, voeg bouillon bij wanneer nodig en draai de stukken kip eens om. Net voor het opdienen proef je heel even de saus om indien nodig de kruiding aan te passen.
Ik hou van de zondagse lunch traditie met familie of vrienden. Allemaal gezellig rond de tafel genieten van een familiegerecht. Mijn familie weet na al die jaren dat dit een hinderlaag is, omdat ik ze dan al op zaterdag lastig val met de vraag wat ze op het menu willen. Deze heel onschuldige vraag kan de rust van een zaterdagmorgen volledig verstoren, net zoals een totaal onverwachte donderslag bij heldere hemel. De gelukkigen weten op tijd weg te lopen en zich te verstoppen. De ongelukkige overblijvers lees slachtoffers weten niet waar gekropen, om toch maar niet te moeten antwoorden. Niet dat ze die zondagse lunch niet graag hebben, integendeel, maar niemand wil de verantwoordelijkheid nemen om het menu te kiezen.
Ja maar we zijn maar met zeven
Goed, ik weet dat ik het nogal moeilijk heb met porties en dat ik mij in zulke omstandigheden nog al eens laat gaan. “Ja maar we zijn maar met zeven”, terwijl er genoeg eten voor een half dorp is. Ik ben daarin gelukkig “veel” verbeterd, alhoewel ik vermoed dat niet iedereen het hiermee eens zal zijn. Het gebeurde dan ook wel eens dat ik teveel eten voorzag en daarom maar wat extra mensen uitnodig. Logisch toch?
Goed, een lange uitleg om tot de kern van de zaak te komen, namelijk het menu van de zondagse lunch zal een al dan niet eenvoudig familiegerecht zijn, zoals bijvoorbeeld een Sunday Roast of carvery, of iets Italiaans met bijvoorbeeld pasta of ovengeroosterde aardappelen.
Kip alla scampi diabolique
We kozen deze keer voor een ideaal familiegerecht, dat gemakklijk voor een grote groep te maken is. Ik heb dat ooit eens gegeten in de Verenigde Staten in een Italiaans restaurant. Maar heb het nog nooit op een menukaart in Italië gezien. Dus vermoedelijk is het een gerecht dat daar ‘uitgevonden’ is door de Italiaanse migranten.
Het zijn dunne stukjes kipfilet die we echter gaan klaarmaken zoals scampi, een beetje in de stijl van onze scampi diabolique (fra diavolo) – zie recept. Het resultaat is malse stukjes kip, met een looksaus met stukjes rode paprika. Heel lekker met pasta.
Wat heb je nodig?
4 kippenfilets
2 eieren
bloem
olijfolie
2 rode paprika’s
4 teentjes look
500 ml kippenbouillon
250 droge witte wijn
4 EL boter
platte peterselie
Hoe maak je het?
Snij de kippenfilets in dunne strips. Kruiden met peper en zout. Neem twee kommen waarvan je er een vult met de licht opgeklopte eieren en een snuifje zout. In de andere kom gaat de bloem. Haal de stukjes kip door het eimengselen vervolgens door de bloem. Leg op een serveerschaal.
Verwarm wat olijfolie in een grote braadpan en bak de stukjes kip tot ze mooi goudbruin zijn (desnoods in verschillende beurten). Haal uit de pan en laat onder alumiumfolie rusten.
Verwijder het overtollige vet uit de pan en eventuele aanbaksel. Verwarm terug een lepel olijfolie en bak nu de in fijne strips gesneden rode paprika op een middelmatig vuur. Na een vijftal minuutjes mogen de fijn gesnipperde teentjes look erbij. Blijf goed roeren en kook tot alles gaar is.
Je mag er nu nog een lepel bloem overstrooien, dit om de saus te binden. Meng goed onder de stukjes paprika en look. Blus met de witte wijn en maak de aanbaksels lost. Doe er nu ook de bouillon bij en verhoog het vuur zodat de saus kan indikken.
Afhankelijk van je vuur duurt dit een goede 5 minuten. Dus je kan ondertussen de pasta koken.
Wanneer de saus is ingedikt mogen de stukjes koude boter erbij. Zo krijg je een mooi glanzende saus. En mogen de stukjes kip er terug bij. Laat alles nog eens goed doorwarmen. Controleer de kruiding. Strooi er de fijn gesnipperde platte peterselie over. En serveer met de warme pasta.
De combinatie van een proteine met een fruit is iets dat we hebben overgenomen uit de Noord-Afrikaanse keuken. Er zijn ontelbare gerechten in de Marokkaanse keuken van tagine waarbij men bijvoorbeeld lam gaat combineren met fruit. Ook in de Szechuan Chinese keuken kan je de combinatie eend en abrikozen al eeuwen vinden. Ook in de traditionele Persische keuken had je khoresh, een stoofpotje van kip en abrikoos.
Deze kip met abrikozen is ook zo een voorbeeld van een perfecte foodpairing. Dit was een gerecht dat bij ons heel populair was in de jaren 70 en zowat in elk kookboek vermeld stond. Wel, voor onze eerste aflevering van De Zomer Van Nullam brengen we deze oude klassieker terug in een modern kleedje.
Wat heb je nodig?
1 kip, in 8 stukken gesneden
500 gram verse abrikozen (of 250 gram gedroogde)
1 bol look
200 gram groene olijven
125 ml rode wijnazijn
75 ml olijfolie
8 takjes verse tijm
4 stukjes appelsienschil
2 laurierblaadjes
2 takjes verse oregano (of gedroogde)
250 ml witte wijn
2 EL bruine suiker
2 EL kappers
platte peterselie
Couscous
Hoe maak je het?
Neem een bol look en snij er het bovenste deel af, zodat de teentjes ontbloot zijn.
Doe de stukken kip en de bol look in een grote plastiekzak, samen met de in twee gesneden abrikozen, de azijn, olie, tijm, de zeste van appelsien, laurierblaadjes en oregano. Sluit de zak af en zet deze een paar uur weg in de koelkast, zodat de kip kan marineren.
Neem een grote ovenschotel of braadslede en giet de kip en de andere ingrediënten in de ovenschotel. Persoonlijk doe ik er de abrikozen nu nog niet bij. Ik doe ze er pas later bij, zodat ze nog wat beet hebben.
Kip met abrikoos is een stoofpotje dat we langzaam laten garen – braiseren – in de oven, net zoals een tagine. We hebben dus een braiseer vloeistof nodig. Sprenkel de witte wijn over de kip en bestrooi met wat bruine suiker. De bruine suiker helpt bij het karameliseren en zorgt voor een zoete stroperige saus.
Zet de ongeveer 1 uur weg in de oven, op 160 graden. Doe er de laatste 20 minuten de abrikozen bij. Bak de kappers krokant in gloeiend hete olijfolie en laat deze uitlekken op keukenpapier.
Haal de kip uit de oven en werk af met de krokante kappers, wat extra tijm of oregano en platte peterselie. Dien op met couscous.
Traditioneel op Pasen maken we bij Nullam lam klaar maar deze keer kozen we voor een iets andere bereiding. Deze keer ook geen lamsbout maar een lamschouder. Voor de bereiding gingen we even in Spanje kijken en vonden er een heel leuk familiegerecht met onder andere chorizo en pimentón de la vera als smaakmakers.
Pasen is familiedag, vandaar dat we voor een ovengerecht gaan. kozen. De voorbereidingen zijn beperkt, en alles gaat een aantal uren in een grote ovenschotel of braadslede de oven in. Het enige wat je nog moet doen is berekenen wanneer je lamshouder zal gaar zijn.
Wat heb je nodig?
1 lamschouder (ongeveer 1.5 kilo)
250 gram zachte chorizo
300 gram gedroogde witte bonen (bvb cannellini)
4 EL olijfolie
2 medium ajuinen
6 teentjes look
¼ theelepel rode chilipepervlokken
4 laurierblaadjes
12 sjalotten (minstens)
2 takjes rozemarijn
1½ theelepel zoete gerookte paprika (pimentón de la vera)
Begin met de dag ervoor de bonen te laten weken in voldoende koud water. Giet het water af.
Verwarm een pan met zware bodem en warm 2 EL olijfolie. Doe er een halve fijn gesnipperde ajuin bij, twee geplette teentjes look, rode chilipeper vlokken en de laurieblaadjes (ik doe er hier ook al een EL paprikapoeder bij). Laat dit ongeveer 10 minuten garen tot de ajuin een kleurtje heeft gekregen. Doe er nu de bonen bij en giet er water bij tot de bonen net onder staan. Breng aan de kook, zet een deksel op de pan, verminder het vuur en laat sudderen tot de bonen bijna gaar zijn.
Neem ondertussen een andere pan. Verwarm 2 EL olijfolie en bak de lamschouder aan alle kanten bruin. Haal de lamschouder eruit en bak de in stukken gesneden chorizo. Haal er uit en bak de sjalotten gedurende 5 minuten. Maak met een mes gaten in de lamschouder en steek er stukjes look in, afgewisseld met takjes rozemarijn. Kruiden met peper en zout. Bak ondertussen de resterende gesnipperde ajuin en de teentjes look samen met de gerookte paprika en het komijnpoeder. Doe er de tomaten bij en de tijm en laat verder sudderen. Giet dit bij de bonen en leg er de lamschouder op. Dek af met aluminiumfolie en of een deksel.
Verwarm de oven op 170 graden. Zet de lamschouder in de oven en laat ongeveer een 90 minuten garen. Haal er de laatste 15 minuten het deksel af en doe er de olijven bij. Je lamschouder zou nog mooi rosé moeten zijn. Wil je iets meer gekookt, doe er dan nog 20 minuten bij.
Haal het lam uit de pan of braadslede en dek af met aluminiumpapier en laat het een tiental minuten rusten vooraleer je gaat versnijden.
Controleer het vocht van de bonen. Indien er nog teveel vocht is laat nog even reduceren. Verwijder de laurierblaadjes. Controleer de kruiding.
Als je in het hoofdmenu van onze website kijkt vind je in het menu ‘VLEES’ een tab ‘MEATBALLMANIA‘. In dez rubriek posten we regelmatig een receptje van een internationaal gerecht met meatballs. Want elk land heeft wel zijn versie van ‘balletjes in de tomatensaus’ maar met zijn eigen ingrediënten vanzelfsprekend.
Dit keer gaan we op bezoek in Thailand voor een portie balletjes kippengehakt in een lekkere en pittige kokosnoot en currysaus en veel verse kruiden. Serveer met witte rijst of noedels. Met dit recept heb je genoeg voor twee tot vier porties.
Wat heb je nodig?
1/2 kilo kippengehakt
4 lente-uitjes
4 teentjes look
2 EL verse geraspte gember
3 EL Thai curry pasta
een handjevol (panko) broodkruimels
verse korianderblaadjes
verse basilicum
2 limoenen (zeste en sap)
2 limes, zested and juiced
400 ml kokosmelk
250 ml kippenbouillon
baby bok choy (paksoi) (optioneel)
Hoe maak je het?
We beginnen met het kippengehakt te pimpen. Neem een gronte mengkom en doe er het kippengehakt in, het witte gedeelte van de lente-uitjes (uiteraard fijn gesnipperd), 2 teentjes look (geplet), 1 EL geraspte gember, 1 EL currypasta, broodkruimels, een beetje verse koriander en basilicum. Eventueel bijkruiden met peper en zout. Gewoon de ingrediënten mengen.
Vorm kleine gehaktballen van ongeveer 2 1/2 cm diameter en leg deze op een braadslede of serveerschaal. Je kan de meatballs in de oven afbakken of als je het gerecht eenvoudig wil houden – éénpan – lees dan verder.
We maken nu de saus met de aromaten. Verwarm een lepel olie in een grote pan met zware bodem op een middelmatig vuur. We beginnen met de look en de gember. Na 30 seconden voeg je daar de curry pasta bij. Blijven roeren. Na 30 seconden blussen we met de kokosmelk, de kippenbouillon en de zeste van limoen. Laat de saus verder sudderen. Indien je de meatballs in de saus wil laten garen, dan mogen deze er nu bij. Na 30 minuten sudderen in je saus, zijn ze zeker gaar.
Om het gerecht af te werken kan je hier wat bok choy of jonge spinazie onder mengen (max 2 tot 3 minuten). Werk de saus af met het limoensap. Serveer over warme rijstnoedels of rijst.
Het seizoen van bloedappelsienen is kort, dus profiteer van die unieke citrussmaak zolang je kan. Combineer het sap van bloedappelsienen in een pittige marinade voor je kip, pastinaak en sjalotten, zodat de citrussmaak nog meer naar voor komt in deze lekkere ovenschotel. Je krijgt een lekkere zoetzure saus en een mooie mix van smaken van de geroosterde groenten. Dit éénpansgerecht is uitermate geschikt voor een zondags no stress familiegerecht.
Wat heb je nodig?
3 bloedappelsien
2 EL esdoornsiroop
2 EL sherry azijn
1 EL mosterd
2 pastinaken
10 sjalotten
Verse tijm
1 kip, in 8 stukken
Hoe maak je het?
Verwarm de
oven voor op 180 graden. Verdeel de kip in 8 stukken. Pers 1 bloedappelsien en
meng het sap met 2 EL olijfolie, de esdoornsiroop, de azijn en de mosterd.
Schil de pastinaak en snij deze in de lengte in stukken. Pel de sjalotten.
Verdeel de
kip, de pastinaak en de sjalotten over een braadslede. Kruiden met peper en
zout. Giet de helft van de marinade over de inhoud van de braadslede en zet
gedurende een half uur in de oven.
Haal de braadslede uit de oven. Snij de overblijvende bloedappelsienen in stukken en verdeel deze over de braadslede. Giet er de rest van de marinade over en leg er wat takjes verse tijm bij. Zet gedurende 15 minuten onder de grill, tot de kip gaar is en je een stroperige saus hebt. Serveer op een bedje van jonge spinazie en gekookte rijst of couscous.
Na de zware feestdagen mag het iets gezonder en lichter. Groene linzen staan bij Nullam regelmatig op het menu, omdat ik ze gewoon graag eet. Vooral de linzen van du Puy vind ik heerlijk, samen met die klein zwarte linzen, die zo goed op beluga kaviaar lijken. Ze houden zeer goed hun vorm bij het koken en dat vind ik een voordeel want ik eet ze beetgaar.
Vandaag staat een pittige Indische Dahl op het programma (dal, daal of dhal). Het is een gerecht uit de gemaakt van peulvruchten (gedroogde linzen, erwten of bonen). De peulvruchten worden met kruiden en specerijen tot een ‘soep’ gekookt, die dahl genoemd wordt. We maken een een dahl met linzen, een masoor dahl.
Peulvruchten zijn heel eiwitrijk en zijn daarom een ideale bron van proteïnes voor vegetariërs. Het woord dahl komt van het Sanskriet en betekent ‘splitsen, breken of openen, dus “gebroken peulvrucht”.
Je kan dit gewoon als vegetarisch gerecht klaarmaken, maar wij serveren dit met een piepkuiken.
Wat heb je nodig?
4 piepkuikens of poussins
1 EL komijnzaad
1 EL korianderbollen
2 EL plantaardige olie
1 ajuin
curryblaadjes
2 teentjes look
1 stuk gember van 2 cm
1 rode chilipeper
2 EL kurkuma
300 gram linzen
100 gram passata
800 ml kippenbouillon
150 gram yoghurt
2 EL verse koriander
alfalfascheuten
Hoe maak je het?
Verwarm de oven op 200 graden. We vlinderen de piepkuiken, dat betekent dat we ze opensnijden. In het Engels noemt dit to spatchcock. Leg ze opengesneden op een ovenschaal en kruid ze met peper en zout. Ze mogen afhakelijk van je oven ongeveer 30 minuten garen.
Ondertussen maken we de dahl. De dahl moet pittig zijn, dus gaan we eerst de komijn- en korianderzaadjes roosteren in een droge pan, zodat ze hun aroma loslaten. Dat duurt ongeveer 30 seconden. Laat afkoelen en maal ze dan fijn in een vijzel.
Verwarm een lepel olie in een zware pan en fruit de ajuin tot hij zacht is. Voeg er de look, gember en chilipeper bij, en de curryblaadjes. Laat een minuutje meestoven maar roer regelmatig om. Voeg er nu ook de kurkuma en gemalen koriander- en komijnzaadjes bij. Deze aromaten zijn de basis voor een kruidige dahl.
Nu mag je er ook de linzen, de passata en de kippenbouillon bij doen. Verhoog het vuur en breng aan de kook. Verlaag dan je vuur en laat garen op een zacht vuurtje, eventueel onder deksel.
Wanneer je piepkuikens klaar zijn en je dahl is ook gaar, kan je serveren. Werk de dahl af met de yoghurt.
Serveer de dahl op een bord, leg er een piepkuiken bovenop en werk af met de verse koriander blaadjes en wat alfalfascheuten.