De Vasten
In de middeleeuwen was de winterperiode traditioneel de tijd van grote feesten. In het begin van de lente zat men stilaan door de vleesvoorraden heen en moest er afgeremd worden. De katholieke kerk zorgde dus voor afremming door talrijke vastendagen te organiseren, zoals de vrijdag en de veertigdaagse vasten in de aanloop naar Pasen. Er mocht op die dagen geen vlees gegeten worden, wel vis, groenten en kaas. De rijken in die tijd aten meer exotische zaken die uit Turkije werden aangevoerd, zoals rozijnen, dadels, gedroogd fruit en ook vijgen. Als de vijgen te laat aankwamen uit het verre Turkije – dus na de vasten – sprak men van vijgen na Pasen. Ze waren dus overbodig geworden, want na de vasten mocht men terug vlees gaan eten. Vandaar de oorsprong van het gezegde ‘vijgen na Pasen’. Palmzondag had toen trouwens in die tijd de bijnaam ‘vijgenzondag’ omdat op die dag enkel vijgen werden gegeten.
Dit volledig terzijde want het recept van vandaag heeft niets met vijgen te maken, maar ik heb gehoopt dit vroeger al te publiceren gekoppeld aan een ander evenement, maar heb toen andere keuzes moeten maken. In die zin is het dus wel vijgen na Pasen. Boerenkool (of kale) is heel gezond maar wordt door weinig mensen klaargemaakt, ook al omdat men soms niet goed weet hoe.
Er staan al heel wat gerechten op Nullam met boerenkool en ik koos deze keer voor een heel gezond slaatje in combinatie met in de oven geroosterde rode biet en groene linzen. U kan deze laatste ook vervangen door quinoa of een andere graantype. Dit 100% vegetarisch slaatje is net als een Duitse auto: dit is de basisversie maar je kan er ontelbare opties bijnemen. Heb je nog wat restjes prei, laat deze dan mee garen met de look en de boerenkool. Of voeg er broccoli bij, heel gezond, snel klaar en makkelijk te verwerken. Of als je dit recept onmiddellijk op individuele borden wil serveren, kan je bijvoorbeeld speerbroccoli of aspergebroccoli (of broccoloni, een kruising tussen broccoli en kailan, de chinese broccoli) gebruiken. Deze ogen mooi en geven een 3D effect aan je bord. De vinaigrette met za’atar en oosterse ingrediënten is de smaakmaker van dienst.
Wat heb je nodig? (voor 4 personen)
- 3 rode bieten
- 3 EL plantaardige olie
- 200 gram groene linzen
- 2 teentjes look
- 75 ml water
- Sap van 1 ½ citroen
- boerenkool (kale)
- grof zeezout
Voor de vinaigrette
- ¼ EL za’atar
- ½ EL mirin
- 1 EL sesamzaadolie
- 1 EL rijstazijn
Hoe maak je het?
Verwarm de oven voor op 180 graden. Schil de rode bieten en snij ze in halve maantjes. Schik ze in een braadslede, besprenkel met een eetlepel olie en rooster in de oven gedurende ongeveer 45 minuten (of tot ze beetgaar zijn). Haal uit de oven en laat afkoelen.
Kook de groene linzen in ongeveer een liter water tot ze beetgaar zijn. Breng eerst het water aan de kook, voeg de linzen toe en verminder dan het vuur tot licht sudderen. Zet het deksel op de pan. Na ongeveer 30 minuten zijn de linzen klaar en mag je ze afgieten.
Verwarm de resterende olie in een grote pan en doe er de fijn gesnipperde teentjes look en de stukken boerenkool bij. Sauteer ongeveer 1 minuut op een middelmatig vuur. Giet er het water en het sap van 1 citroen bij en laat de boerenkool het vocht absorberen. Laat nog een twee tot drietal minuten verder garen tot de boerenkool zacht en gaar is. Controleer de smaak en kruid met zout en eventueel nog wat citroensap. Haal van het vuur.
Neem een grote slakom en meng de gekookte linzen, de stukken rode biet en de boerenkool door elkaar. Werk af met wat zeste van citroen.
Meng alle ingrediënten voor de vinaigrette en giet deze over je slaatje.
NM.