Category Archives: Scandinavië

Scandinavië is een begrip dat mensen snel gebruiken om de landen in het noorden te benoemen. Politiek gezien bestaat Scandinavië uit Zweden, Denemarken en Noorwegen. Strikt genomen vallen Finland en IJsland hier dus niet onder. Veel mensen rekenen Finland bij Scandinavië want een groot deel van het huidige Finland maakte meer dan 6 eeuwen lang ook deel uit van Zweden. Toen Finland in 1917 onafhankelijk werd, werd het dus ook geen deel meer van Scandinavië.

Meatballs For The People – Stockholm

Als we de Zweedse chef-kok van de Muppets moeten geloven, eten de Zweden niets anders dan meatballs. En dat kunnen met liefde handgemaakte exemplaren zijn, gemaakt van het beste vlees, of bevroren exemplaren die op weg naar huis worden gekocht en in de oven worden gegooid voor een snel diner. Het maakt niet uit – zolang er maar genoeg zijn. Stereotypen hebben vaak een kern van waarheid in zich, en die over Zweden als een land dat van gehaktballen houdt, is wel correct. Wij gingen ze proeven in Meatballs for the People in Stockholm.

Turkse of Zweedse gehaktballen?

De Zweedse gehaktballen zijn echter Turkse gehaktballen, en daarvoor moeten we terug naar de 18de eeuw. Koning Karel XII van Zweden probeerde de invloed van Zweden in de regio te vergroten, dus besloot hij maar Rusland binnen te vallen. Een beetje overmoedig en een domme beslissing, met als hoogtepunt een ware afslachting in de slag om Poltava in 1709, waarin hij zowaar 1/3 van zijn troepen verloor. Game over, einde van het Zweedse rijk en Karel XII moest naar Turkije vluchten.

Hij was daar vooral in de ban van een gerecht – kåldolmar – dat erg leek op de moderne Zweedse gehaktballen. Hij genoot er zo van dat hij, toen hij uiteindelijk terugkeerde naar Zweden, vijf jaar na zijn ballingschap, het recept mee terug nam.

Hij was officieel nog steeds de koning en, zoals mensen vaak doen, kopieerden ze de koning. Het gerecht werd een hoofdbestanddeel van de hogere klassen en vond langzaam zijn weg naar de gewone Zweden, vooral na de uitvinding van de vleesmolen en van houtkachels in de 18e eeuw.

Een recept voor kötbullar, of Zweedse gehaktballetjes, verscheen voor het eerst in een boek een paar decennia later. En zo startte de obsessie van Zweden – en de rest van de wereld – met gehaktballen met aardappelpuree, lingonberries – rårörda lingon – en een mooie dikke jus.

Meatballs for the People

Er zijn natuurlijk veel plekken in de Zweedse hoofdstad Stockholm om traditionele Zweedse gehaktballen te proeven. Naast IKEA is er Meatballs for the People, dat experimenteert met verschillende soorten gehaktballen.

Het is de moeite waard om te gaan eten in Meatballs for the People, om de zorg, liefde en passie te ervaren die de Zweden hebben voor één van hun favoriete gerechten. De kötbullar van IKEA vervallen in het niets bij de meatballs van Meatballs for the People. Een ware delicatesse, geserveerd met een grote dosis humor!

Praktische Info

Adres: Nytorgsgatan 30 of Österlånggatan 17, Stockholm, 116 40 , Sweden

http://www.meatball.se/en-se

NM.

#POTD Stockholm – Solna Centrum Metrostation

Solna Centrum

Stockholm is een hele leuke city tripbestemming. Eén van de attracties is de metro, niet omwille van de properheid van de stations en de stiptheid van de metro, maar ommdat het eigenlijk één langgerekte kunstgalerij is. De Tunnelbana, of T-Bana werd in 1950 operationeel en bestaat uit een rode, groene en blauwe lijn die kruisen in station T-Centralen.

We hebben de metrostations ongeveer allemaal bezocht en ik heb er één lukraak uitgekozen, namelijk Solna Centrum, op de blauwe lijn. Dit station opende in 1975 en is gekenmerkt door een helder groen en rood landschap – het groen is het bos en het rood een avondzon die achter de boomtoppen ondergaat. Heel tijdloos.

Na het voltooien van de muren vonden kunstenaars Karl-Olov Björk en Anders Åberg dat ze iets misten. Dus bleven ze verschillende details en scènes aan het bos toevoegen. Dit resulteerde in scènes die enkele van de meest besproken maatschappelijke problemen in het Zweden van de jaren 70 illustreerden; het milieu, ontbossing en de ontvolking van plattelandsgebieden.

NM.

Gunilla klokkentoren in Uppsala

Gunillaklockan

Uppsala, de hoofdstad van de provincie Uppsala län is de derde grootste stad van Zweden. Het is een universiteitsstad. Eén van de bezienswaardigheden in Uppsala is het nogal roze gekleurd kasteel van Uppsala. Het werd in 1549 gebouwd door Koning Gustav Vasa. Net zoals vele andere Middeleeuwse kastelen is ook dit kasteel de plek bij uitstek geweest van vele politieke intriges, afrekeningen en moorden. Je kan er niet naast kijken, want het kasteel ligt op een heuvel en van daaruit heb je een prachtig zich over Uppsala en zijn vele monumenten. Naast het kasteel op het Styrbiskop Bastion kan je er ook de Gunillaklockan zien. De bel van de houten klokkentoren van Gunilla werd in 1588 door Koningin Gunilla geschonken aan de kapel van het kasteel.

NM.

 

 

Nullam goes Kopenhagen

3830

Kopenhagen ligt op slechts een paar uur vliegafstand en is een zeer interessante citytrip. Het is de grootste stad van Denemarken en trekt toeristen aan die op zoek zijn naar charme en culturele identiteit. Het is tevens één van de oudste hoofdsteden van Europa met een koninklijk tintje, want de Deense monarchie is één van de oudste in de wereld. Kopenhagen is de centrale toegangspoort tot de Baltische Zee en de verbinding tussen Europa en Scandinavië. De stad geeft je een warm gevoel vanwege de sfeer, de aandacht voor fietspaden, top klasse design, de geur van lekkere maar dure koffie en de vele modewinkels, bars en restaurants. Het is dus eigenlijk niet verwonderlijk dat Denen bekend staan als de gelukkigste mensen op deze planeet.

Een wandeling door Kopenhagen

Deze dynamische stad heeft veel te bieden: leuke musea (zoals de Ny Carlsberg Glyptotek), ontspanning in de tuinen van Tivoli, veel kanalen en water en een interessante architectuur met een smaakvolle mix van modern en oud. Het centrum van de stad is compact en kan gemakkelijk te voet worden gedaan. Elke reisgids bied je vele mogelijkheden tot wandelen. Je kan je wandeling bijvoorbeeld beginnen aan de Rådhuspladsen, dat het nieuwere deel van Kopenhagen verbindt met het oudere voetgangersgedeelte. Een wandeling via de bekende winkelstraat Strøget brengt je aan de Rundetårn of ronde toren, de oudste en nog werkende sterrenwacht van Europa, een zeer populaire attractie met een magnifiek zicht op de stad. Vandaar wandel je door naar het kleurrijke en altijd drukke Nyhavn – nieuwe haven of kanaaldistrict – bekend van alle postkaarten. Nyhavn is heel duidelijk the place to be: een 300 meter lang kanaal in 1673 gegraven om schepen de mogelijkheid te geven hun goederen in de stad te lossen. Nu vooral een pleisterplaats voor koppeltjes genietend van een dure koffie, toeristen die de mooie oude gevels proberen te fotograferen en bezoekers van de vele cafés, bars en restaurants.

3571

Als je de juiste brug over het water neemt kom je terecht in het idyllische Christianshavn. Het was vroeger een arbeiderswijk maar is nu de trendy place to be geworden, met zijn kanalen, oude gebouwen en geplaveide straten. Eén daarvan is de Strandgade waar je aan nummer 93 restaurant Noma zal vinden. Noma is de samentrekking van de nieuwe nordisk mad – Noords eten – en is gelegen in een oud warenhuis. René Redzepi staat er achter het fornuis en dankzij zijn creaties is Noma in 2010 en 2011 verkozen tot beste restaurant van de wereld.

De Deense keuken

Dansk Kokken of de Deense keuken heeft een grote evolutie doorgemaakt, van simpele boerenkeuken met enkel maar maar wat smørrebrød naar verfijnde keuken, onder invloed van onder andere de Franse keuken. Niet alleen in Kopenhagen, maar ook in de andere provincies zijn tal van sterrenrestaurants te vinden. De Denen zeggen dat ze de beste keuken van Scandinavië hebben, en ik ben geneigd om ze gelijk te geven. Het is in ieder geval de meest open en verfijnde keuken van alle Scandinavische landen.

Een Deens ontbijt is een perfecte start voor een dagje wandelen. Veel zelfgemaakt lekker brood met een assortiment Deense kazen, salami, ei en gerookte vis. Maar ook de zoetebekken komen aan hun trekken met Deens wienerbrød, zijnde alle mogelijke soorten zoete heerlijke ontbijtkoeken. Deze ontbijtkoeken – in het Engels Danish pastry en in het Frans Viennoiserie genoemd – komen eigenlijk uit Wenen (en zijn dus Turks van oorsprong). In 1870 was er een grote staking van de Kopenhaagse bakkers en daarom werden er toen massaal Weense bakkers ingevoerd om dit probleem te verhelpen. Vandaar dat Wienerbrød de specialiteit van Denemarken is. Deze broodjes trouwens ook Danish pastry genoemd in de rest van Scandinavië.

3745

Smørrebrød

De favoriete lunch is terug een Deense specialiteit, namelijk smørrebrød. Je kunt er gewoon niet naast kijken want ze zijn alom tegenwoordig, van de gewone cantine tot in de luxe restaurants. Een beboterd sneetje roggebrood – rugbrød of rye bread – belegd met vlees, vis of kaas en wat groenten, zoals komkommer. Teveel om op te noemen eigenlijk, want werkelijk alles is mogelijk, van de basisversie met een soort smeerkaas tot de luxeversie met kaviaar. Visueel is een mooi gepresenteerd assortiment smørrebrød zeer leuk om naar te kijken, maar ook heel lekker en de perfecte lunch.

Persoonlijk vond ik smørrebrød met pakjes koude roastbeef, overgoten met remoulade, wat geraspte verse mierikswortel en krokant gefrituurde ajuin een aanrader.

Het avondeten begint vroeg want rond 18.30 uur zitten de restaurants al goed vol. Naast de obligate haringschotel kan je er genieten van lokale specialiteiten zoals onder andere Deense gehaktballen (frikadeller), geroosterd lam (lammesteg), geroosterd varkensvlees met rode kool (flaeskesteg med rødkål), rundsvlees (bøf) en lever met gebakken ajuin (lever med løg) maar ook veel vis natuurlijk: rejer (kleine garnaaltjes), laks (zalm), makrel (makreel) en rødspaette (pladijs).

Remouladesaus

De Deense keuken is duidelijk geïnspireerd door de Franse keuken want remouladesaus is er zeer populair (net zoals in Duitsland en Zweden) en wordt zowat bij alles geserveerd, ook bij hotdogs en frieten. Remouladesaus wordt gemaakt op basis van mayonaise, waaraan extra mosterd, gehakte kappertjes, gehakte peterselie, gehakte augurken, gehakte kervel en gehakte dragon wordt toegevoegd, en eventueel wat kurkuma of een hard gekookte eierdooier voor de gele kleur.

Je kan dit alles doorspoelen met een lokaal biertje, Carlsberg of Tuborg, of met aquavit, die andere nationale trots uit Aalborg. Ik kom in een volgend artikel zeker terug op mijn bezoek aan Murdoch’s Books & Ale. Kortom, Kopenhagen, zeker aan te raden als city trip.

NM.

Nullam goes Kopenhagen: crèpes Suzette

3874

Vandaag – 6 mei – is jaren geleden uitgeroepen tot de internationale dag van de crèpes Suzette. Een crèpe Suzette is een vers gebakken dunne pannekoek die wordt overgoten met vers appelsiensap en likeur en dan geflambeerd. Het resulaat is een dikke, stroperige gecarameliseerde saus. Crèpes Suzette zijn niet alleen zeer lekker maar werden vroeger altijd klaargemaakt aan tafel, waarbij het flamberen zorgde voor het wow-effect. Ze waren in die tijd het toppunt van gesofistikeerdheid. Een stijfdeftig geklede ober rolde een karretje tot aan je tafel en maakte de crèpes suzette klaar voor de neus van de tafelgenoten. Het was puur entertainment maar een ober of maître d’hôtel die wist wat hij deed en het ook nog goed kon uitleggen kreeg gemakkelijk de zaal mee en na het moment sûprème van de voorstelling, het flamberen, toverde hij die lekkere crèpes Suzette op je bord.

Vroeger werden trouwens trouwens veel gerechten bereid, of afgewerkt, of versneden aan tafel. Niet alleen gerechten met flamberen maar ook bijvoorbeeld de Caesar salad werd ‘à la minute’ aan tafel gemaakt. Spijtig genoeg is dit allemaal verdwenen, omdat de huidige obers het niet meer kunnen, wegens plaatsgebrek, omdat het nogal arbeidsintensief is, omwille van de brandverzekering, enzoverder.

3873

Crèpes Suzette: een culinair accident?

Crèpes Suzette bestaan al van het einde van de 19e eeuw en er zijn ook hier weer verschillende versies over het ontstaan. Henri Charpentier, 14 jarige ober in de Café de Paris in Monte Carlo zou de uitvinder zijn. Edward VII, Prince of Wales had als dessert pannenkoeken gevraagd en Henri had de bereiding verknoeid, maar had de pannenkoeken toch geserveerd. Door het laten verbranden had hij een gecarameliseerde saus gekregen die in de smaak van de Prins en zijn entourage was gevallen. De toenmalige vriendin van de Prins van Wales noemde Suzette en de rest kent U.  Het lijkt natuurlijk een beetje onwaarschijnlijk dat een 14-jarige een Prins zou bediend hebben in plaats van de hoofdober. Vandaar nog een paar andere versies.  In 1896 verscheen een kookboek van Oscar Tschirky van het Waldorf Astoria Hotel in New York, met daarin een gelijkaardig recept. Hij noemde de pannenkoeken echter ‘Casino style’. Een andere versie is dat een zekere chef Joseph de crèpes Suzette heeft gemaakt voor een Franse actrice Suzanne ‘Suzette’ Reichenberg. Ook hier heeft de chef de saus per ongeluk laten verbranden.

nullam goes

Zoals gezegd, het aan tafel koken is verdwenen. En toch heb ik een plaats gevonden waar men de authentieke crèpes Suzette nog volledig aan tafel bereidt, flamberen inclusief. Mocht je ooit op citytrip in Kopenhagen (Denemarken) zijn, stap dan ZEKER eens binnen bij Murdoch’s Books & Ale, gelegen op korte wandelafstand van het populaire Nyhavn (Murdoch’s Books & Ale, Bredgade 37 DK-1260 Copenhagen). Murdoch’s Books & Ale is een gezellige brasserie waar je rustig de krant kan lezen of een goed boek, maar ook genieten van lekker eten. Het is ingericht als een stijlvolle Engelse pub met veel leder en grote boekenkasten. En ze hebben er hele lekkere crèpes Suzette, voor je neus aan tafel gemaakt, volgens de regels van de kunst. Nullam heeft het voor u getest, het is een aanrader!

Hoe maak je het?

Bak eerst dunne pannenkoeken volgens je favoriete gerecht en vouw ze in 4 op.

Doe wat boter in een goede steelpan en leg er de opgevouwde pannenkoeken in. Neem wat suikerklontjes en wrijf er mee over de schil van de appelsienen. Gooi de klontjes daarna bij de pannenkoeken. Laat rustig smelten over een laag vuurtje, zodat de suiker kan carameliseren. Draai de crèpes om.

Neem de appelsien en pers het sap uit boven de pan. Voeg nog wat boter bij en laat rustig reduceren. Wanneer je ziet dat je saus dik is geworden, verhoog je het vuur en laat borrelen. Voeg nog een goede eetlepel boter bij je mooie glanzende saus. Doe er een goede scheut Cognac bij.

Nu komt het wow-gedeelte. Begin er niet aan als je dit niet gewoon bent of als je niet goed voorbereid bent. Doe dit ook niet in de nabijheid van gordijnen en zet zeker je dampkap af. Giet een goede scheut Triple Sec in de pan en flambeer. Laat de vlammen uitdoven door wat aan je pan te schudden zodat de smaken goed mengen en blus verder met vers appelsiensap.

Doof de vlammen, leg de crèpes of een bord, lepel wat saus errond en werk af met een bol ijs en wat amandelschilfers.

NM.