Category Archives: Nullam goes … Travels and Hotspots

NM 1260 240 nullam goes-1

Nullam gaat ergens naar toe en kiest er voor jou de leukste plekjes uit. Hotspots zijn modern speak voor daar brandt de lamp! Daar moet je zijn dus.

We kunnen niet alle foto’s in een artikel kwijt, maar wil je nog meer weten, volg dan deze link naar onze Pinterest pagina.

Zomertijd

Zomertijd

De zomertijd begint op de laatste zondag van maart en eindigt op  de laatste zondag van oktober (het begin van de wintertijd). In de nacht van zaterdag op zondag worden de klokken om 2 uur een uur vooruit gezet, dus van 2 naar 3 uur (ezelsbruggetje: in het voorjaar gaat de klok een uur vooruit).

Het astronomisch uurwerk (Pražský Orloj) op het stadhuis in Praag (zie ons verslag van de ideale citytrip) bestaat uit drie delen:
  • Helemaal bovenaan achter twee luiken is er een soort poppenkast uit de 19e eeuw waaruit op elk uur de figuren van de apostelen te voorschijn komen.
  • Onderaan in een cirkelvormige kalender, zie je de taferelen van de maanden en de seizoenen en voor elke dag de heilige.
  • En in het midden, het oudste en meest vernuftige deel, een uurwerk uit 1410.

Het is een van de grootste trekpleisters van Praag (klik hier voor meer foto’s). Het uurwerk geeft vijf soorten tijd aan:

– de plaatselijke tijd van Praag.
– de tijd, gemeten in een verdeling van 12 ‘uren’ tussen zonsopgang en zonsondergang, de zogenoemde ‘ongelijke uren’; zij zijn van dag tot dag langer of korter vermits de periode tussen zonsopgang en zonsondergang elke dag verschilt.
– de tijd, gemeten in een verdeling van 24 uren die aangeeft hoelang de zon verwijderd is van het moment van zonsondergang, die ook wel Boheemse of Italiaanse uren worden genoemd.
– de plaats van de zon in de zodiak of dierenriem.
– en de sterrentijd.

NM.

Cynar Tonic: verborgen parel onder de ‘bitter-cocktails’

0909

Volg de bittertrend met deze verrassende drank op basis van artisjok

Wil je ook de heersende bittertrend leren kennen, maar wel zo eigenzinnig en verrassend mogelijk? Ontdek dan snel de verborgen parel Cynar. In combinatie met een verfrissende tonic zorgt deze kruidige, bitterzoete Italiaanse drank op basis van artisjok immers voor een unieke smaaksensatie.

Cynar werd in Italië gelanceerd in 1952. Ondernemer Angelo Dalle Molle experimenteerde met cynarine, een bittere stof uit de wortels en bladeren van artisjok. Hij verfijnde de smaak met 13 kruiden en planten tot een diepbruine bitterzoete likeur. Cynar was geboren en zag zijn succes snel uitbreiden over de landsgrenzen. Cynar maakt sinds 1995 deel uit van de Campari Group.

Cynar Cooler

Ook in België raken steeds meer barmannen vertrouwd met de vele mogelijkheden van Cynar, als verrassend hoofdingrediënt of als bittere toets in originele cocktails.

De bekende Gentse cocktailbar Jigger’s (zie artikel) maakte er een leuke variatie op: Cynar Cooler, geserveerd in een jampotje.

Mixologist Olivier Jacobs van Jigger’s: “Bittere dranken, de ‘amari’ (zie artikel), zoals kruidenlikeurs uit Italië, Duitsland en Nederland behoren tot ons Europees erfgoed. Hun grote troef zit in hun verrassende smaak. Soms een beetje medicinaal, oké, maar je kan er heerlijke dingen mee doen. Combinaties van bitter, zoet en zuur, zoals bij de Cynar Cooler, zijn heel verfrissend. Echte smaakbommen ook.”

Wat heb je nodig?

5cl Cynar
1,5 citroen
1,5 pompelmoes
1,5 rode bietensiroop
Shaken met basilicum
Aftoppen met soda.

Geen crushed ice maar blokken.

0906

Cynar Tonic

Ook Cynar Tonic – Cynar met tonic en een schijfje pompelmoes – valt in de smaak als aperitief. Wil je zelf aan de slag? Trakteer jezelf of je vrienden op een originele, snel klaar te maken Cynar Tonic.

Wat heb je nodig?

Maak de cocktail direct in een ijsgevuld glas. Giet er de 5 cl Cynar en 15 cl premium tonic over, voeg een partje pompelmoes toe en werk af met enkele blaadjes basilicum.

Zo krijg je de perfecte combinatie van zurige fruittinten met een kruidige toets, afgerond met de zoetbittere smaak van karamel en artisjok. Een heerlijke genieterscocktail voor een geslaagd aperitief.

Eigenzinnige look

Om zijn authentieke en onconventionele karakter in de kijker te zetten, kreeg ook de Cynar-fles een make-over. Het rechthoekige etiket veranderde in een vloeiende diamantvorm en de artisjok kreeg een meer cartoonachtige uitstraling, als knipoog naar het eigenzinnige karakter van de drank.

Maar wist je dat…

…vrouwen in de oudheid geen artisjokken mochten eten? De Grieken en Romeinen zagen deze bloemknoppen als afrodisiacum en verboden vrouwen ze te eten.

…er ooit een avondjurk van artisjokken werd ontworpen? Het duurde ruim zes uur voor de Amerikaanse kostuumontwerpster Ami Goodheart de bladeren aan elkaar kreeg genaaid.

Marilyn Monroe ooit nog ‘Artichoke Queen’ was? (zie artikel) In het Amerikaanse Castroville wordt elk jaar een artisjokfestival gehouden met kookdemonstraties, rondleidingen op plantages en zelfs een artisjokparade.

NM.

Jigger’s the Noble Drugstore

3543

Elk jaar rond deze periode loopt iedere zichzelf respecterende bartender met extra strak gespannen zenuwen rond, want dit is de periode van de bekendmaking van de lijst met de beste bars ter wereld. En wie eindigde op nummer 88? Inderdaad, Jigger’s the Noble Drugstore uit Gent. De jury had er volgende commentaar bij: “a cosy speakeasy in Ghent got our Academy’s vote as the best bar in Belgium. Cocktails have an eye for localism, with syrups homemade and ingredients seasonal”. Dik verdiend als je het mij vraagt, dus een hele dikke proficiat voor Olivier Jacobs en zijn team, bestaande uit Ben Bruyneel, Jesse Den Dulk en Robin Vandelanotte.

Jigger’s komt buiten

Tenzij je de laatste jaren in één of andere grot zonder internet geleefd hebt zal je ongetwijfeld al gehoord hebben van Jigger’s of je bent ze wel al ergens tegen gekomen tijdens één van hun nevenprojecten.  Ze stonden tijdens de jongste Gentse Feesten met een soort pop up in Boutique Economique, waar ze 10 dagen lang vijf speciale Potions Magiques serveerden. En deze maand verlaten ze nogmaals hun hoofdkwartier in Oudburg en vinden een tijdelijk onderkomen in WATT. WATT wordt een jaar lang het speelterrein van iedere design- en cultuurliefhebber. Zo vind je er onder andere een rooftop appartement met vier prachtige kamers, een gallery en onder de naam Pony’s by Jigger’s dus ook een cocktailbar. Bij Watt zal je kunnen proeven van de joie de vivre en bij Pony’s van vakmanschap in een glas. En ondertussen kwam er ook nog Ganzerik bij.

mixologist-1

De kunst van de ambachtelijke cocktail

Je hebt het waarschijnlijk zelf al ondervonden maar we zijn in een soort ‘new age’ periode van het drinken aanbelandt. Vroeger was je een expert als je een pisang ambon in drie laagjes kon maken, terwijl nu ongeveer alle ingrediënten van een cocktail zelf gemaakt of tenminste zelf gepimpt zijn.  Het maken van cocktails is puur vakmanschap geworden.

Ambachtelijke cocktails maak je met een arendsoog voor details, en je ziet dat er nagedacht is over elk aspect van wat er uit de shaker vloeit: de basis alcohol, de verse sappen, de bitters, de zelfgemaakte ingrediënten (zoals de siropen, shrubs of infusies), de techniek, tot zelfs het ijs en de juiste keuze van het glas.

De mannen en vrouwen bartenders of mixologisten, zoals ze nu ook genoemd worden, zijn mensen met een mindset van artisanale kunstenaar en het smaakpatroon chef. Het eindproduct moet een streling voor het oog zijn, een plezier voor het reukorgaan, zijdezacht, een complexe sensatie voor de smaakpapillen en vooral, uniek.

Kortom, de tijd van de superzoete grenadine brouwels met een knalrode kers en kleurig parasolletje erop is voorbij. Het wemelt van de bartender competities, cocktailbars zijn omnipresent op de festivalweides en er is altijd wel ergens een pop up bar die uit de grond wordt gestampt. De gin hype zal er ook wel voor iets tussen zitten, maar het is een feit, mixed drinks en cocktails zijn razend populair bij jong en oud.

3851

Jigger’s, de speakeasy

Jigger’s is een gezellige bar, geïnspireerd op de speakeasy uit de Prohibition periode van de jaren twintig, toen het maken van alcohol, het transport en de verkoop verboden was. Tijdens deze drooglegging ontstonden vele illegale etablissementen waar men toch alcohol ‘onder de toog’ serveerde. Ze werden speakeasy genoemd omdat men publiekelijk niet luidop sprak over het bestaan van deze zaken, uit schrik voor een inval van de politie of om verklikt te worden door je buren. Nu wordt de term speakeasy gebruikt voor bars in retrostijl, want men wil de sfeer  uit de gouden jaren 1920 creëren, een beetje Mad Men meets Boardwalk Empire.

Dat Jigger’s geïnspireerd is door de speakeasy wordt ook duidelijk bij de ontvangst. Eerst en vooral kan je niet binnenkijken en ten tweede kan je ook niet zomaar binnenlopen. Je moet aanbellen en vervolgens wordt je opgehaald aan de ingang. Deze bewuste keuze maakt volgens Olivier deel uit van de gepersonaliseerde ontvangst door het team van Jigger’s. Ook het interieur van Jigger’s – gezellig en donker – draagt bij tot die gezellige speakeasy sfeer van genieten van een supercocktail bij een goed gesprek.

3505

Het boekje van Jigger’s

Tijdens de gouden dagen van de bartenders en het ontstaan van de meeste klassieke cocktails, maakten de toenmalige bartenders de meeste van hun ingrediënten zelf. Terwijl dat toen – ronde de jaren 1920 – eerder uit noodzaak was (want er was geen andere optie), heeft het nu met vakmanschap en trots te maken.

Een sour mix wordt met kennis van zaken zelfgemaakt en komt niet meer uit een fles of een zakje, net zoals Sergio Herman ook geen kaas uit een spuitbus gebruikt voor zijn gerechten.  De moderne cocktails gaan dus meer en meer in de richting van de prohibitietijd: ze worden met de beste ingrediënten gemaakt, met oog voor detail en nieuwe technieken en elk ingrediënt is evenwichtig aanwezig en draagt bij tot het versterken van de smaak van de gebruikte basisalcohol.

Olivier Jacobs beheerst dit vakmanschap tot in de puntjes. Zijn cocktails zijn soms echte verfijnde kunstwerken waarbij de smaakpatronen met mooi afgewerkte maar verrassende symfonieën kunnen vergeleken worden. Olivier creëert per week 5 nieuwe libaties, naast de vaste klassiekers die op het menu staan (het befaamde boekje op de toog).  U kan er bijvoorbeeld aan een Dill Rosita (zie artikel), Rudolfo y so Sengre of een Chrysantenum sippen. Olivier schrijft er dan ook al tijd een woordje uitleg bij: a vermouth based classic cocktail with Bénédictine, spiced with a dash of absinth and some wild picked mugwort: a sweet and herbal sipper. U ziet het, er is over nagedacht en er is onderzoek gedaan en getest tot het gewenste resultaat bereikt was. Deze cocktail wordt dan in een passend mooi (en meestal) retroglas geserveerd.  De volledige visuele identiteit van Jigger’s is trouwens heel leuk en verzorgd.

3500

Jigger’s, de proeftuin

We hadden het al over het gebruik van siropen, infusies, shrubs, etcetera maar een moderne mixologist zoals Olivier heeft een doorgedreven kennis van planten en kruiden. Hijzelf spendeert gemakkelijk enkele uren per week in bossen en velden op zoek naar de juiste planten en kruiden. In de Chrysantenum cocktail van hierboven zat bijvoorbeeld een extract van mugwort (ook wormwood genoemd). Maar ook Robertskruid (een plant uit de ooievaarsbekfamilie – Geranium robertianum) of Japanse duizendknoop (Japanese knotweed – Fallopia japonica) kan je terugvinden in zijn signature cocktails. Er kruipen dus ettelijke uren research in het mixologist zijn, maar ook in het experimenteren en brouwen  van kruidendrankjes. Het heeft natuurlijk een hoog Panoramix of Merlijn de Tovenaargehalte, maar het resultaat mag er zijn. Ook glass aging en barrel aging is terug van weggeweest. Ze – Jigger’s – noemen zichzelf trouwens de nerds uit de cocktailwereld. Zo gaan ze experimenteren met niet zo voor de hand liggende thee of met kvass van bijvoorbeeld rode bieten. Bij ons is kvass minder gekend maar in Rusland en zijn vroegere satellietstaten is dit gefermenteerde drankje (broodzuur) heel populair. En geen enkele Rus zal kvass ooit met cocktails geassocieerd hebben.

Jigger’s, wereldklasse

Je ziet onmiddellijk wanneer er een ambachtelijke cocktail gemaakt door een vakman voor je neus gezet wordt: je bent bijna moreel verplicht om uit respect voor de vakman eventjes te pauseren en eerst het kunstwerk te bewonderen. En vooraleer die eerste sip te nemen, laat je de zintuigen hun werk doen.

De tijd is rijp voor het type bars zoals Jigger’s want de retrostijl speakeasy bar is totaal hip momenteel. En ook de klanten zijn klaar voor hun gesofisticeerde cocktails. Nooit eerder waren zovele verse en interessante ingrediënten voor handen waarmee kan gewerkt worden. Combineer dit met het vakmanschap van Olivier Jacobs en zijn team en je hebt een winnend concept, dat ook tot ver buiten onze landsgrenzen gekend is. Je krijgt er ook regelmatig de kans om nationale en internationale topmixologisten aan het werk te zien.

Ik heb Jigger’s ontdekt door een event wat daar georganiseerd was, en was enorm gecharmeerd door het globale concept. En alhoewel Jigger’s voor mij helemaal niet in de buurt is, is het toch uitgegroeid tot één van mijn favoriete hot spots. De 88ste plaats in de wereld is niet gestolen, maar dik verdiend. Proficiat!

NM.

Bridges of love & Love Locks

Prague dhb

COLLECTIEVE LIEFDESUITSPATTINGEN

Meer en meer bruggen staan op bezwijken door het gewicht van collectieve liefdesuitspattingen. Regelmatig moeten de duizenden hangsloten – de love locks – verwijderd worden, zodat de brug in kwestie geen gevaar voor de al dan niet romantische voorbijganger oplevert. We denken natuurlijk onmiddellijk aan de cadenas d’amour op de Parijse Pont des Arts, een voetgangersbrug die het Louvre met Saint-Germain des Prés verbindt. Maar ook andere steden worstelen met dit ritueel zonder einde, denk maar aan Keulen (Hohenzollernbrücke), Moskou (Luzhkovbrug), Litouwen (Užupis in Vilnius), Riga (Letland) en ga zo maar door. Ook de voetgangersbrug in het Malá Strana district in Praag ziet af door het gewicht van deze bonte mozaïek van liefdesbezegelingen (eigen foto). En daarenboven worden de sleutels zomaar in de rivier gegooid.

Ik vraag me zelfs af of de wedding planners dit ritueel automatisch voorzien in de aangeboden huwelijkspakketten (Het basispakket Trouwen voor Beginners bevat enkel 2 kilo droge rijst – om te gooien. Voor een hangslot – met city trip naar keuze, moet U de upgrade versie bestellen, dit voor een kleine meerprijs). Want dit is duidelijk een internationale trend geworden, waarvan de oorsprong helemaal niet Parijs is, maar wel Vrnjačka Banja in Servië, namelijk de enige echte ‘Bridge of Love’ (Most Ljubavi).

NM.

Nog meer collectieve liefsdesuitspattingen

Afternoon Tea

5224

Earl Grey Tea

Charles, de 2nd Earl Grey werd op 13 maart 1764 geboren in Howick Hall in Northumberland. Hij was de man wiens naam onlosmakelijk verbonden is met Earl Grey Tea, en dit al 252 jaar lang. De thee werd speciaal gemaakt om de slechte smaak van het water op het familiedomein te verdoezelen. Het water had namelijk een doortastende kalksteensmaak. Een Chinese mandarijn maakte hiervoor een speciale mengeling van zwarte thee en bergamot. Deze thee werd heel populair in de Londense salons, doordat Lady Grey deze aan haar gasten serveerde. En de Earl Grey Tea was geboren. Thee en ook afternoon tea zijn eeuwen later nog steeds heel populair, maar het moet wel allemaal volgens de regels van de kunst gebeuren. Zowel voor het thee drinken als voor de afternoon tea bestaan een hoop regels en er zijn ontelbare boeken over thee etiquette geschreven. We probeerden een overzicht te maken.

Weg met de keramieken theepot.

Een paar maanden geleden stonden alle kranten in het VK vol met een revolutionaire doorbraak in het theegebeuren, namelijk een wetenschappelijk en technologisch onderzoek naar een theepot die niet lekt. En dat onderzoek werd dan nog door de Fransen gedaan, namelijk de Universiteit van Lyon. De experten vloeistof dynamica kwamen tot het besluit dat het lekken van een theepot veroorzaakt wordt door hydro-capillair effect. En dat een deel van de oplossing erin bestaat om de lip van snuit van een theepot zo dun mogelijk te houden.

Gans Engeland stond direct op zijn achterste poten, met al meteen een reactie van de Britse zilversmeden, die stelden dat zij al sedert 1600 de perfecte theepot maken. Zilver is een perfecte warmtegeleider dus de pot moet niet zoveel opgewarmd worden. Zilver is een edelmetaal en is veel dunner en minder poreus dan keramiek. Volgens de zilversmeden zijn het dus de keramieken theepotten die lekken en dus zorgen voor theevlekken op de tafellakens. Ze raden dus iedereen aan om geen keramieken theepotten meer te kopen en dus te investeren in een goede zilveren pot.

1527

Afternoon Tea

Afternoon tea is meer dan een vieruurtje, want er komt heel wat bij kijken. Het is bijna een rituele maaltijd, want niet alleen het tijdstip is belangrijk maar je zet ook niet zomaar om het even wat op tafel.

We gingen even kijken en proeven aan de andere kant van het kanaal en vroegen het aan de specialisten.  Badgers Tea House kan je vinden in Alfriston, een minuscuul maar zeer gezellig dorpje in East Sussex is één van de beste etablissementen voor thee. Badgers Tea House, gevestigd in een 500 jaar oude bakkerij, is al verschillende keren verkozen tot één van de beste in het VK.  De thee wordt inderdaad volgens de regels van de kunst geserveerd in een zilveren theepot en voor de versnaperingen is er een enorme selectie uit alle soorten gebak. Alle cakes en scones zijn dagelijks vers gebakken door de uitbaters Michael Luttig en Lynn Attfield. En die worden op het beste servies van ‘Royal Albert bone China‘ geserveerd.  En we gingen onder andere ook proeven in het statige Herstmonceux Castle, ook in East Sussex.

Afternoon Tea Etiquette

De traditionele tijd van de dag voor afternoon tea is 16 uur. De meeste tearooms en hotels serveren echter afternoon tea van 15 tot 17 uur. Bij afternoon tea hoort vanzelfsprekend een grote keuze aan thee, en dan drie specifieke “couverts” gangen: kleine sandwiches (of savones), scones en gebak. Afternoon tea werd soms “low tea” genoemd omdat het op lage tafeltjes naast zetels werd geserveerd.

Afternoon tea was eigenlijk een social event voor de upper class, dit om de periode tussen de lunch en het avondmaal – dat rond 20.00 uur werd geserveerd – te overbruggen. Het is eigenlijk een mini maaltijd. High Tea was de echte avondmaaltijd voor de werkende klasse die om 18.00 uur gedaan had met werken.

Herstmonceux Castle 1

Wat heb je nodig?

Bij een formele afternoon tea mag je het zilverwerk bovenhalen en een tea service voorzien. Komt Hyacinth Bucquet niet op bezoek mag het allemaal wat minder formeel. Aan het einde van de tafel zet je de theepot, melk en suiker op een (zilveren) serveerschaal. Rechts komen de theekopjes en bordjes (saucers) en de theelepels. Links komen de borden, messen en vorken en de servetten. Dan komen de borden met de versnaperingen.

Het bestek

Volgens de regels van de kunst moeten er voldoende borden en bestek zijn, zeker indien er volledige cakes of taarten worden geserveerd, die zacht of plakkerig zijn, of  die gevuld zijn met room of crème. Zeker indien er boter, marmelade of lemon curd wordt geserveerd bij de scones, moeten er botermessen en dergelijke voorhanden zijn. Absoluut te vermijden is je eigen vork of mes gebruiken in de boter of de confituur.

De regels hierboven gelden wanneer het om een afternoon tea in buffetvorm gaat. Indien het een formele gezeten afternoon tea is moet je deze bestekken voorzien voor elke gast.

Hoe hou je een theekopje vast?

Overtredingen tegen de volgende regels worden zwaar bestraft, want een theekopje neem je niet gelijk hoe vast. Het bordje moet in de palm van de linkerhand vastgenomen worden, de vingers van de linkerhand lichtjes gespreid, zodat het bordje en kopje eigenlijk op de vier vingers rusten. De duim dient om het kopje in evenwicht te houden.  Bij het drinken gaat de wijsvinger door het oor van het kopje, de duim evenals de tweede vinger er net boven voor steun. De twee overblijvende vingers volgen de natuurlijke vorm van het theekopje. De pink naar omhoog bij het drinken is toegelaten.

Absoluut uit den boze is het oor NIET gebruiken, of de inhoud van je theekopje laten ronddraaien, zoals bijvoorbeeld bij wijn.

Hoe roer je in een theekopje?

Roeren in een theekopje gebeurt zachtjes en zonder geluid, met kleine cirkelvormige bewegingen, ZONDER de randen van je theekopje te raken. Het lepeltje gaat na het roeren terug op het bordje met het handvat van de lepel in de zelfde richting als het oor van het kopje. Denk aan een uurwerk en plaats zowel het lepeltje  als het oor op 4 uur.

Absoluut te vermijden is het lepeltje in het kopje thee laten staan, het lepeltje voor het kopje leggen, geluid maken bij het roeren of het lepeltje met geluid op het bordje laten vallen. So not done!

Morsen

Het is soms niet te vermijden maar wat als je thee hebt gemorst op je theebordje? Je kan natuurlijk altijd een nieuw bordje vragen of je kan een papieren servet tussen het theekopje en het bordje leggen om het vocht op te nemen. Leg de doornatte servet vervolgens op een vrij bord.

Om deze vervelende situatie te vermijden vul je je theekopje best maar tot drie vierde vol.

Tafellinnen en servetten

Het Engelse woord voor servet is napkin en dat komt van het Franse naperon en betekent zoveel als klein tafelkleed. Vroeger waren de servetten zo groot als een badhanddoek om dat het volledige maal met de vingers werd gegeten.  De moderne etiquette vraagt dat je de servet altijd op de knie legt en niet op tafel. De grote servetten voor avond eten mogen opengevouwen worden, maar de vouw ligt richting lichaam, terwijl voor de kleinere dessert of afternoon tea servetten volledig mogen  worden opengevouwen. Wanneer je om de een of andere reden je plaats moet verlaten, leg je de servet op je stoel en niet op tafel. Je stoel gaat ondertussen terug onder de tafel.

In een formele setting zal het einde van de afternoon tea eindigen wanneer de gastheer of gastvrouw zijn of haar servet op tafel legt. De servet wordt niet terug opgevouwen maar in het midden vastgenomen en losjes aan de linkerkant van het bord gelegd.

Een absoluut te vermijden faux pas is je gebruikte servet voor het einde van de maaltijd op tafel leggen.

Hoe schenk je thee?

Thee wordt altijd door de gastheer of -vrouw geschonken, nooit door bedienden. Je schenkt één kopje tegelijk en vraagt telkens aan je gast of de thee sterk of minder sterk moet zijn. Ter vermijden is het kopje te vol doen (zie volgend punt).

Thee met melk, suiker en citroen

Volgens de brieven van Madame de Sévigné was Madame de la Sablière, een echte salonnière uit de 17e eeuw, de eerste persoon die ooit melk in haar thee deed. De serviezen waren zo fijn in die tijd dat ze er eerst een scheutje koude melk in goot , zodat haar fijn servies in porselein door de hete thee niet zou kraken. Het had dus niets met smaak te maken. Tegenwoordig met de theebuideltjes of losse theeblaadjes laat je die eerst een paar minuten trekken zodat de temperatuur al gedaald is en hebben we het probleem van het tere porselein niet meer.

Melk complementeert de smaak van sommige thee – zoals bijvoorbeeld Ceylon en volle Indiase thee. Maar de melk eerst in je kop gieten en pas dan de thee is  de grootste faux pas die je kan maken. Onvergeeflijk. Door de melk kan je de sterkte van de thee helemaal niet meer beoordelen, want daar heb je de kleur voor nodig.

Je kan suiker bij de thee gebruiken maar enkel klontjes. Losse suiker is niet zo proper want het morst gemakkelijk.

Ook citroen bij de thee kan, sommige thee vraagt gewoon om wat citroen. De citroen snij je in hele dunne schijfjes en worden op een bord bij de melk en suiker geplaatst. Liefst met een speciale citroenvork. De citroen blijft in de thee en wordt pas verwijderd indien je een verse kop thee neemt.

Ook met citroen bij de thee kan je helemaal de mist ingaan. Eerst de thee en dan pas de citroen. Absoluut te vermijden is het schijfje citroen uit je thee halen en op je onderbord leggen, de pitten uit je citroen halen (ze moeten erin blijven voor de smaak) of de citroen uitpersen met een lepel.

NM.

Restaurant Waterschoot

Restaurant Waterschoot in Rijkevorsel … voor U getest

9588

In oktober 2014 namen Philip De Dycker en Kristin Aerts restaurant Waterschoot over in Rijkevorsel, een gerenommeerd restaurant dat steeds goede scores behaalde in de Gault&Millau. Philip deed ervaring op in Spanje en werkte ook onder andere in het Kasteel van Brasschaet en de Statie in Brecht. Het restaurant werd smaakvol heringericht en er kwam een nieuw menu: meer gerechten à la carte, maar ook seizoensgebonden menu’s met verschillende gangen. Philip is ambitieus en na een overname en nieuwe start is het altijd een beetje bang afwachten hoe de klanten maar ook de restaurantgidsen zullen reageren.

Gelukkige kwam die bevestiging er al één jaar na de start, want 9608-2 dhbRestaurant Waterschoot behield zijn twee Michelinvorkjes na overname. De vele inspanningen en het harde werk werden beloond, wat niet evident is in deze tijden. Ondertussen werd een trouwe klantenkring opgebouwd, die ze aan een betaalbare prijs culinair kunnen laten genieten.

Nullam ging proeven…

En wij gingen restaurant Waterschoot voor jullie testen. Rijkevorsel, is een kleine gemeente in de Antwerpse Kempen en ligt op een kleine 30 minuten rijden van Antwerpen.

Het restaurant is ondergebracht in een mooi stijlvol herenhuis. Ook binnenin is alles klassevol ingericht. Ik ben helemaal weg van hun keramieken borden, discreet voorzien van hun stijlvol logo, die mooi passen bij het tafellinnen. Dit is een restaurant met een stijlvol kader waarin ik me thuisvoel.

Het Menu

Ik nam een heerlijke witte porto als aperitief en daarbij kwamen enkel hapjes, zoals een gefrituurde kabeljauw met huisgemaakte tartare en limoen gravlax met een zalfje van rode biet.

Het voorgerecht was al onmiddellijk een schot in de roos met een gedurfde maar perfect uitgevoerde carpaccio van hert, met een dressing van platte peterselie en shisu bladeren. De bijpassende witte wijn was een Carlo Boffa Roero Arneis DOCG uit Piemonte (Italïe), waarbij de friszure citrussmaak heel complementair was met de carpaccio. Wat een binnenkomer!

9587

Bij het hoofdgerecht komt een witte Côtes du Rhône « La Fleur Solitaire » van Boutinot (Assemblage van Grenache Blanc, Clairette, Viognier en Roussanne). Een frisse wijn met een perfecte balans, verfrissend en met een subtiele smaak van rijping op hout. Ideaal bij het hoofdgerecht: rode poon, geserveerd met een puree van zoete aardappelen en een hele lekkere crème van gebrande bloemkool. Mijn tafelgenoot nam – het was nog wildseizoen – de fazant met seizoensgebonden  groenten: aardpeer, witloof, spruitjes, boschampignons en veenbessen.

Alle wijnen werden trouwens aangeraden door de vakkundige gastvrouw. Zij serveerde verder ook nog een Seriously Cool Cinsault 2014 van Waterkloof uit de Helderberg regio van Zuid-Afrika, een kruidige, elegante rode wijn die bij voorkeur licht gekoeld (rond 14 graden) wordt gedronken en één van mijn favorieten;  en een 2013 Morandé Reserva Chardonnay, een cool climate wijn uit Casablanca Valley in Chili, die de ene prijs na de andere binnenhaalt. Top !

De recepten waren heerlijk gepresenteerd, zie de foto van het afsluitend dessert : een lekkere biscuit van amandelen en appelsien, chocolademousse met een coulis van kumquat afgewerkt met physalis en azteekblaadjes.

9599

Onze Mening

Restaurant Waterschoot is een aanrader en het halfuurtje rijden naar de stille Kempen meer dan waard. Het stijlvolle kader en de mooie, eerlijke gerechten met topproducten vervolmaken het plaatje. Het is door deze inspanningen dat ze hun twee Michelinvorkjes konden behouden. Proficiat!

De Paaslunch van Waterschoot

Op zondag 27 maart verwelkomen Philip & Kristin u graag voor een heerlijke Paaslunch in een luchtige atmosfeer. Ze ontvangen u om 12u30 voor het aperitief, en om 13u kan U het verfijnde
voorgerechtenbuffet openen. Hoofd- en nagerecht wordt aan tafel geserveerd.

Menu Paaslunch:

  • Verrassend Voorgerechtenbuffet met verfijnde vlees-, vis- en groentencreaties en aspergeroomsoep
  • Saltimbocca van Lamsbout, groene asperges – ratatouille – gratinaardappelen – tijm
    OF
  • Zeewolffilet met asperges – courgette – sausje van grijze garnalen
  • Paasdessert

Prijs menu 39,5 euro/pp
Aangepaste wijnen 18 euro/pp

Reserveren kan online, telefonisch of per mail.

Praktische Informatie

Restaurant Waterschoot
Bochtenstraat 11
2310 Rijkevorsel

 

Islay Single Malt

9893

De drie B’s: Bowmore, Bruichladdich en Bunnahabhain

Alle goede dingen bestaan uit drie, zegt het spreekwoord. Islay, the Queen of the Hebrides, is in alle opzichten een prachtig eiland met aan zeer mooi aanbod aan Single Malt whisky’s. Voor de derde en laatste tasting doen we de drie overblijvende distilleerderijen op Islay, beginnend met de letter B, namelijk Bowmore, Bruichladdich en Bunnahabhain. We stoppen onderweg ook even bij een excentrieke Schot met een zeer oud weefgetouw.

Ter herinnering, de eerste tasting ging door aan de Kildalton kust van het eiland, want onze haven van aankomst was Port Ellen. Op een boogscheut van de haven en bijna naast elkaar gelegen vinden we achtereenvolgens Laphroaig, Lagavulin en Ardbeg, drie schitterende en typische Single Malts. Klik op deze link voor het volledige artikel: Single Malt Whisky: de heilige drievuldigheid

De tweede tasting was aan de noordwestkant van het eiland, na een korte rit van Port Ellen via Bowmore, en zo rond het supermooie Loch Indaal. Een paar mijlen voorbij Bridgend sla je rechtsaf op de B8018, richting Rockside Farm. Na een korte tocht door de heuvels met ruige landschappen kom je aan de Rockside Farm in Kilchoman. En daar in het dorpje met dezelfde naam is de Kilchoman Distillery gelegen. Klik op deze link voor het volledige artikel: Van gerst tot fles: Kilchoman

9895

Bruichladdich

We beginnen in Port Charlotte bij de Bruichladdich Distillery. Ze noemen zich met enige trots de non-conformistische, progressieve Hebridean distillers. Ze vinden dat de whisky industrie teveel lijdt aan industrialisatie, eigenbelang en winstbejag. Daarom moeten de Bruichladdich producten karakter hebben, organisch zijn en verbonden met het terroir. Ze zijn er trouwens fier op dat er geen enkele computer gebruikt wordt in het productieproces.

De gebouwen werden gebouwd in 1881, specifiek als distilleerderij. Het is dus geen omgebouwde boerderij. De distilleerderij die er voordien gehuisvest was ging op de fles en was ook lange tijd gesloten tot ze in 2000 door een groep privé-investeerders gekocht werd. Het Victoriaanse decor werd behouden maar verder werd alles uit elkaar gehaald en volledig gerenoveerd en hersteld. In 2013 lagen ze ook weer even stil omdat de stills en ovens uit 1881 volledig werden nagekeken, vooraleer de productie op te drijven naar 1.5 miljoen liter per jaar. De eerste jaren waren moeilijk maar het harde labeur werd beloond, want in 2012 werd Bruichladdich gekocht door Remy-Cointreau, voor méér dan 10 keer de prijs die de privé-investeerders oorspronkelijk betaalden.

In tegenstelling tot de klassieke Islay single malts zijn de whisky’s van Bruichladdich slechts licht geturfd van smaak. Bruichladdich en Kilchoman zijn trouwens de enige twee die nog on site bottelen. Bruichladdich onderscheidt zich van de andere Islay whisky’s door zijn zeer hippe visuele identiteit, niet alleen van de labels, flessen en verpakkingen, maar ook de andere coole merchandising, te vinden in de zeer hippe shop. Ga gelijk welke whiskywinkel binnen en de Bruichladdich flessen haal je er zo uit. Ze zijn ook zeer actief op de sociale media en hebben overal webcams hangen. Het is een beetje een museum dat eigenlijk nog in volle bedrijvigheid is.

6209

Het devies van Bruichladdich is ‘Variety – Our Spice of Life’. Ze verdelen hun grote variëteit whiskies in 4 categoriën met elk hun specifiek smaakprofiel: Mood Malts, Multi Vintage, Single Vintage en de Specials.

Naast de Bruichladdich whiskies maken ze ook de zeer populaire en superlekkere The Botanist Gin, waarover we al heel veel hebben geschreven.

9883

Bowmore

In het midden van het eiland ligt Bowmore, de hoofdstad. De Bowmore distilleerderij is gelegen in de hoofdstraat op een boogscheut van Loch Indaal en de Laggan Bay. Bowmore is de oudste van Islay, actief sinds 1779. De pristijn witte stenen gebouwen hebben een abdijachtige charme. De unieke gewelfde opslagplaats voor de vaten whisky van Bowmore – de nr. 1. Vaults – ligt gedeeltelijk onder zeeniveau en wordt bij hoogtij regelmatig overspoeld. Ze worden door de kenners omschreven als de beste rijpingsplaats ter wereld. Bowmore heeft een heel mooi Visitor Centre en ook de tour is heel goed en leerrijk, vooral de indrukwekkende gewelven bleven me bij. Bowmore whisky heeft minder turfsmaak dan Ardbeg, Laphroaig en Lagavullin maar een meer uitgesproken iodiumsmaak. Bowmore gebruikt Amerikaanse bourbonvaten en Spaanse Oloroso sherryvaten voor de rijping en dat proef je. Mijn voorkeur gaat uit naar de ‘gewone’ Bowmore  12 jaar en de 18 jaar oude, beide zeer warm en rokerig. Ook Bowmore is in buitenlandse handen, namelijk het Japanse consortium Suntory.

Vooraleer de rit verder te zetten, stoppen we even in de The Harbour Inn (op wandelafstand én met zeezicht) om de innerlijke mens te versterken. Aan lokale zeevruchten geen gebrek, ook omdat Bowmore zijn eigen vissershaventje heeft. We kozen voor haggis, hairy tatties en een hebridean coffee om te eindigen.

2169

Islay Woollen Mill

Islay is meer dan een eiland met alleen maar whiskydistilleerderijen. Het is eiland is een paradijs voor liefhebbers van fauna en flora. En op de weg tussen Bowmore en Port Askaig ligt de Islay Woollen Mill, waar de liefhebbers van Schotse tweed, cashmere en tartan hun hartje kunnen ophalen. Gelegen aan het einde van een smalle bijna niet te vinden landweg, in een prachtig kader van een bruisend riviertje, bomen en wildgroei ligt de oude molen. Na het openen van de voordeur voel je je onmiddellijk in een schatkamer. De molen werd gebouwd in 1883 en binnen staat één van de eerste weefgetouwen ooit. Na jaren niet meer gebruikt te zijn werd deze eigenhandig opgeknapt door de excentrieke eigenaar Gordon Covell.  Een werkelijk schitterende man en een wandelend geschiedenisboek, die nog zelf het weefgetouw bedient en er prachtige tweeds mee weeft. In het winkeltje – waar de tijd is blijven stilstaan – kan je een ongelofelijk aanbod van handgemaakte en unieke stukken van superkwaliteit vinden. Hij levert ook aan het prestigieuze Savile Row in Londen. Een tussenstop meer dan waard.

9927

De overblijvende twee distilleries op Islay zijn Bunnahabhain en Caol Ila, en dat betekent ook dat we al richting ferry in Port Askaig rijden.

Bunnahabhain

De distillery van Bunnahabhain ligt een beetje verder dan Port Askaig, aan de Sound of Islay, bijna recht tegenover het eiland Jura met zijn imposante bergen, de Paps of Jura.  Bunnahabhain, the Gentle Giant of Islay, is een milde whisky en niet of weinig gerookt : “it’s the sea air and pure spring water that some say fortifies our spirit.” Bunnahabhain is één van de meest onderschatte single malts van Islay maar is een bezoekje meer dan waard en niet alleen omwille van het prachtige uitzicht op de Paps en hun strand.

Caol Ila

Een paar boogscheuten verwijderd van Bunnahabhain ligt de achtste distillery, namelijk Caol Ila. Caol Ila is veruit de grootste distillery: ze produceren natuurlijk single malt, maar het grootste gedeelte van de productie is voor blends van Johnnie Walker. En alhoewel Caol Ila dezelfde peated barley gebruikt als zijn zuster Lagavulin zijn de whiskies heel verschillend. Het is de minst aantrekkelijke van alle distillerijen, maar het schitterende uitzicht vanuit de stillroom en de Caol Ila 1998 Connoisseurs Choice gebotteld door Gordon & MacPhail maken veel goed.

0002

Port Askaig

Van hieruit vangt de terugreis aan. Na instructies van de lokale ferryman rijden we de boot op en vangt de overtocht aan onder een prachtige zonsondergang met zicht op Islay en Jura en de magistrale Paps. Om stil van te worden.

NM.

 

Kilchoman

9491

Nullam goes Scotland (deel 2)

Vandaag zijn we terug op het eiland Islay voor een nieuwe aflevering over Single Malt whisky. De eerste dag gingen we op bezoek bij Laphroaig, Lagavulin en Ardbeg (zie artikel) omdat deze niet ver van de haven van aankomst (Port Ellen) verwijderd waren. Vandaag gaan we naar de andere kant van het eiland, naar Kilchoman. We rijden van Port Ellen via Bowmore en na een korte tussenstop rijden we rond het supermooie Loch Indaal, richting Bruichladdich, Port Charlotte en Portnahaven. Een tocht van 20 miles (ongeveer 45 minuten) langs mooie, pittoreske dorpjes, wilde stranden en prachtige zichten op Loch Indaal. Loch Indaal splijt het eiland bijna in twee en deze ruige kant van het eiland is zeer aantrekkelijk voor liefhebbers van fauna en flora.

We kunnen hier niet alle foto’s publiceren, maar wil je nog meer zien van de prachtige landschappen en de distillerijen, klik dan door naar onze Pinterest pagina

Een paar mijlen voorbij Bridgend sla je rechtsaf op de B8018, richting Rockside Farm. Na een korte tocht door de heuvels met ruige landschappen kom je aan de Rockside Farm in Kilchoman. En daar in het dorpje met dezelfde naam is de Kilchoman Distillery gelegen. Wij dromen bijvoorbeeld van een nieuwe TV maar Anthony Wills droomde al lang van een eigen distilleerderij en in 2004 werd die droom waar. Na wat financiële moeilijkheden opende hij de Kilchoman Distillery en de productie startte in 2005. Kilchoman is een boerderij-distilleerderij met een heel betrouwbare productie ten opzichte van de grote distilleerderijen op het eiland. Ze produceren jaarlijks ongeveer 100.000 liter alcohol, en zijn daarmee één van de kleinste van Schotland. Kilchoman vierde in 2015 zijn 10-jarig bestaan, met een tour door West-Europa. En ze brengen steeds betere whisky’s op de markt.

2399

From Barley to Bottle

Kilchoman is uniek in vele opzichten: het is gelegen op de plaats waar eeuwen geleden de eerste whisky werd gemaakt, nadat de techniek werd ingevoerd uit Ierland. En het is de enige distilleerderij op Islay waar het volledige productieproces van malting tot bottling nog in eigen handen is (want de andere grote distilleerderijen voeren veel in en doen niet alles zelf meer). Het devies van Kilchoman is dan ook ‘taking whisky back to its roots’.  De grond rond de boerderij is zeer vruchtbaar, dus ideaal voor het telen van de zomergerst (barley)(die ook door Bruichladdich wordt gebruikt) , en er is voldoende water en turf aanwezig.

Kilchoman heeft zwarte sneeuw gezien, want er waren al financiële problemen bij de opstart (kostprijs ongeveer 5.5 miljoen pond sterling). Om U een idee te geven van de prijzen: een koperen distilleerkolf, op maat gemaakt, kost ongeveer 3 miljoen euro, en er staan er zo twee. Een ander probleem was eerder juridisch van aard: een opstartend bedrijf kan niet zomaar alcohol onder de beschermde naam ‘whisky’ produceren en onmiddellijk beginnen verkopen. Door één of andere wet moet er 5 jaar gewacht worden. Met andere woorden heeft Kilchoman, dat toch 30 man personeel tewerkstelt, 5 jaar mogen produceren en kosten maken zonder 1 euro inkomen. En het was hard, heel hard.

Maar in november 2009 was het eindelijk zover: de release van de eerste officiële single malt whisky van Kilchoman was een feit.

9465

De Rondleiding

De rondleiding was zeer goed en alles was open voor het publiek, ook de ruimte waar de floor maltings gebeuren. Kilchoman is één van de 6 overblijvende distilleerderijen die nog aan floor malting doet, en dan nog van hun eigen op de boerderij geteelde barley. Je ziet dat het een nieuwe distillery is want alles blinkt nog mooi. Wat mij opviel bij deze rondleiding was de passie waarmee de gids sprak over hun product, ‘hun kind’. Ze heeft het ook niet onder stoelen of banken gestoken dat ze zwarte sneeuw gezien hebben en bedankte de andere distilleries op Islay voor de geleverde hulp, want zonder hen hadden ze het nooit overleefd. Het andere personeel dat je tegenkomt tijdens de rondleiding is zeer vriendelijk en je voelt zo dat het een echt en hecht team geworden is. Na de rondleiding is er mogelijkheid tot een tasting in het bezoekerscentrum annex café.

De Tasting

In september 2009 werd de eerste single malt uitgebracht (een 3 jaar oude). In juni 2011 volgde dan de eerste release van de Kilchoman Single Malt Whisky100% Islay’, genaamd “the Inaugural”. In February 2012 kwam de Machir Bay op de markt, de Kilchoman beginnersversie (gerijpt op nieuwe bourbon vaten en afgewerkt oloroso sherry tonnen) en in april 2012 kwam er een 5 jaar oude Sherry Cask op de markt (80% first fill en 20% refill – 46% alcohol). Maar mijn voorkeur ging echter uit naar de 2nd edition 100% Islay die pas in september 2012 op de markt kwam. De tweede editie is een 50-50 vatting van 3 en 4 jaar oude whisky, gerijpt op bourbonvaten. Deze whisky ruikt en smaakt veel minder naar turf dan de andere Islay single malts, en je proeft wat zoete toetsen en wat peper. De Kilchoman heeft een mooi gebalanceerde, geturfde smaak met tropisch fruit en vanille, dit door de rijping op bourbon- en sherry-vaten. En vraag me niet waarom maar ik proefde de smaak van hooi. Een licht goudkleurige whisky met een mooie balans.

9478a

De whisky van Kilchoman werd laaiend enthousiast onthaald door de kenners. En dat is te begrijpen want hij is goed en uniek. Wanneer Kilchoman deze kwaliteit kan aanhouden, zullen hun latere versies van 12 of 16 of 20 jaar oud gemakkelijk de concurrentie kunnen aangaan met de hele grote. Ik heb het geluk gehad hem puur te kunnen proeven op de jonge leeftijd van 3 en 4 jaar en zal met ongeduld nog een kleine 10 jaar wachten om nog eens te kunnen proeven, wanneer het vat zijn werk gedaan heeft. Kilchoman ga je niet in de tax free shops vinden en hij is niet via de traditionele kanalen te verkrijgen dus het wordt een beetje zoeken. Sedert 2012 is er ook de  Loch Gorm, de enige Kilchoman whisky die volledig op sherry-vaten gerijpt wordt. En naast de gebruikelijke whisky’s, worden er ook elk jaar vintages, gerijpt in bourbon-vaten, op de markt gebracht.

De niet-whisky drinkers kunnen genieten van Kilchoman’s Bramble Liqueur gemaakt van zwarte bessen. En in de gezellige cafeteria kan je de ganse dag genieten van scones en ander lekker gebak, paninis, soep (onder andere de legendarische Cullen Skink) en heerlijke koffie, al dan niet gepimpt.

NM.

Nullam goes Islay

9289

Nullam goes Scotland (deel 1)

Een tijdje geleden is een oude droom  in vervulling gegaan: Nullam is single malt whisky gaan proeven. Niet dat whisky ons onbekend is, helemaal niet, maar we waren om allerlei redenen nog nooit in Schotland geweest. De keuze was snel gemaakt want onze voorkeur gaat duidelijk uit naar meer naar turf smakende whisky’s, dus de eindbestemming werd het eiland Islay,  het zuidelijkste van de Binnen-Hebriden. We kunnen hier niet alle foto’s publiceren, maar wil je nog meer zien van de prachtige landschappen en de distillerijen, klik dan door naar onze Pinterest pagina

Na een korte vlucht vanuit Brussel naar Edinburgh, reden we met de wagen naar Inveraray, onze eerste tussenstop en een uurtje verwijderd van de ferry.  Inveraray is de belangrijkste stad in Argyll en gesticht door de Duke of Argyll in 1745. We verbleven er in The Argyll, een klein maar sympathiek hotelletje met prachtig zicht over Loch Fyne en Benn Bhuidhe, en ooit het gastenverblijf van het hertoglijk kasteel van Inveraray. Groot is het stadje Inveraray niet maar het heeft een goed en gerenommeerd restaurant, The George Hotel: zeer goede sfeer en lekker eten, met de nadruk op  lokale producten, zoals lams- en rundsvlees maar ook vis en schelpdieren afkomstig van de lokale vissers uit het nabijgelegen Tarbert en de hele lekkere zalm uit Loch Fyne.  Ook de kaasschotel met lokale kazen (onder andere Stinking Bishop en Isle of Mull Cheddar) mag niet ontbreken. Inveraray heeft zijn bijnaam, “the gateway to the Highlands and Islands”, niet gestolen.

De Ferry in Kennacraig

De volgende morgen moesten we al vroeg uit de veren want we hadden nog een uurtje te rijden langs Loch Fyne vooraleer we bij de vertrekplaats van de ferry in Kennacraig aankwamen. Stel je er niet teveel van voor, het is geen grote haven, maar een weg die gewoon stopt voor de pier, waar de boot “Lord of the Isles” lag aangemeerd.

9244

Na de controle door de havenmeester konden we de boot op: 6 uur ‘s morgens, pikdonker, hevige regen en veel wind en dat voor een twee en een half uur durende tocht over de wilde wateren, richting Islay. Het had allemaal wel iets mysterieus. Dan maar een typisch Schots ontbijt genoten op de ferry, inclusief de black pudding. Het bleef donker tot we ongeveer de haven van Port Ellen binnenvoeren en het eerste wat je ziet is de Port Ellen distillery, producent van de iconische Port Ellen whisky, maar helaas een collector’s item geworden. De distillerij sloot in 1983 en het enige wat er nog gebeurt is de ‘malting’ voor andere distillerijen. Trouwens een zeer typische, wat zoete geur die over grote delen van het eiland hangt. Rond 9.30 uur zetten we voet aan land in Port Ellen.

De Heilige Drievuldigheid

De eerste dag hadden we drie belangrijke tastings voorzien, namelijk bij wat ik de heilige drievuldigheid van de single malt whisky noem, namelijk Laphroaig, Lagavulin en Ardbeg.  Zoals je kan zien op de kaart liggen ze op korte afstand van de pier, en je kan ze niet missen want je rijd bijna van de ene stokerij naar de andere, via een kronkelende  weg die naast de zee loopt.

9367

Ardbeg

We zijn dus rechtstreeks van de boot naar onze eerste afspraak gereden, Ardbeg, de meest gerookte en naar turf smakende single malt whisky ter wereld. Vol spanning volgden we de kustweg tot we vanop een heuveltop (Ardbeg of Àrd Beag in Gaelic betekent trouwens kleine hoogte) de pagoda daken en spierwitte muren van Ardbeg zagen liggen, op een stuk prachtig groen grasland dat aan de zee paalt. Ardbeg produceert al whisky, officieel dan, sinds 1798 en gebruikt de mout van de Port Ellen Maltings. Het is momenteel één van de snelst groeiende single malts, maar ze hebben ook hun deel van de problemen gekend. In het begin van de jaren 80 was het bijna gedaan met Ardbeg maar dankzij een samenwerking met én overname door Glenmorangie zijn ze er langzaam terug bovenop gekomen. Alle stokerijen op Islay hebben trouwens moeilijke tijden meegemaakt want in de jaren 90 was single malt whisky helemaal niet trendy. In tegenstelling tot nu, want de meeste stokerijen zijn nu in buitenlandse handen. Ardbeg is bijvoorbeeld nu in handen van de Franse groep LVMH.

Na een gedetailleerde rondleiding op het domein met een jonge uitstekende gids hadden we het productieproces onder de knie. We hadden ook een Ardbeg tasting geboekt in de ‘Chairman’s Study’, een speciale ruimte waar je in de juiste sfeer komt om de verschillende producten van Ardbeg te proeven. Het is te vergelijken met een schatkamer, waar alle flessen Ardbeg die ooit geproduceerd werden tentoon gesteld staan.

Naast de klassieke 10 jaar oude Ardbeg (46 graden en een fenolgehalte van 50 ppm), mocht ik ook proeven van de Blasda, een licht geturfde versie, de Corryvreckan – 57 graden en een krachtig beest in een fles, de Uigeadail – 54 % en genoemd naar het meer (loch) waar Ardbeg via een pijplijn zijn water haalt, de Rollercoaster – 57 graden en een soort speciale versie ter herdenking van de jaren onder Glenmorangie, en als laatste de Galileo – 49 graden Limited Edition, pas dit op fles getrokken en jawel, er zijn drie capsules van deze Galileo whisky in de ruimte geschoten.

Onnodig te zeggen dat hierna bijna het licht uitging, heel waarschijnlijk omwille van de vermoeiende boottocht. Persoonlijk blijf ik bij mijn favoriet, de klassieke 10 jaar oude Ardbeg, maar was ik aangenaam verrast door de Uigeadail, alhoewel hij lang in de weegschaal lag met de geturfde krachtpatser Corryvreckan (wordt zeker mijn volgende aankoop). De Uigeadail is een 10 jaar oude non chill-filtered Ardbeg single malt, die gerijpt is op bourbonvaten, vandaar de rokerige smaak (turf) met zoete toetsen (sherry en caramel). Ideale lange mooie rokerige afdronk.

Het proeven van de verschillende whisky’s en de geur van zeelucht maakt je hongerig, vandaar een korte maar noodzakelijke stop in de gezellige Old Kiln Café annex shop voor wat traditionele gerechten.

9406

Laphroaig

Om 13.00 uur werden we verwacht bij Laphroaig voor onze volgende tasting. Laphroaig gaat er prat op dat de mensen hun geheim ingrediënt zijn en dat voel je ook bij de rondleiding. Gezellig, net alsof je bij een familie te gast bent. Toch is ook Laphroaig niet meer in eigen handen want ze werden overgenomen door Beam Global Spirits & Wine.

Laphroaig, is Gaelic en betekent zoveel als ‘de mooie uitdieping in de brede baai’, want ook deze distilleerderij ligt vlak aan het water. Je snuift er constant de zeelucht en de geur van turf in, de smaken en geuren die je trouwens ook prominent in hun whisky terugvindt. Alle stokerijen gebruiken omzeggens dezelfde ingrediënten maar het verschil in eindproduct is te wijten aan de menselijke faktor maar vooral aan de ‘stills’, want zij bepalen de uiteindelijke smaak. De meeste stills zijn al stokoud en worden steeds opgelapt en stokerijen willen exacte kopijen als ze toch een still moeten vervangen. De zeven stills van Laphroaig – Ardbeg heeft er bijvoorbeeld maar twee – hebben een zeer unieke vorm en worden ook wel eens de ‘magnificent seven’ genoemd (3 wash stills, 4 spirit stills). Bij Laphroaig gebeurt de  distillatie in twee fases. De eerste fase gebeurt in de wash stills en brengt het alcoholgehalte tot op 22 graden (low wines) en vervolgens gaat de vloeistof door de ‘spirit stills’ (zie foto) waardoor het alcoholgehalte kan gaan tot 68 graden. Hier zit natuurlijk het geheim van elke stokerij, namelijk tot hoever laten ze de distillatie gaan, want deze bepaalt de uiteindelijke smaak en sterkte. Na deze fase gaat de alcohol rijpen in eiken vaten.

Na de rondleiding , tijd om te proeven. De keuze was hier beperkt tot twee ‘drams’, de klassieke 10 jaar oude naar zeewier en medicijnen ruikende single malt, die al zovele prijzen heeft gewonnen en de 18 jaar oude cask strength van goed 55 graden, een topper met een veel voller smaak, bijna recht uit het vat. Laphroaig drink je best met een paar druppeltjes (ijs)water, om zo de smaak nog beter tot zijn recht te laten komen. De tasting vond plaats in een mooi ingerichte ruimte. De keuze was snel gemaakt en de cask strength met al zijn pk’s verhuisde mee naar Nullamland.

9839

Lagavulin

Om 15.00 uur begon de laatste tasting bij Lagavulin, Gaelic voor “Laggan Mhouillin” en betekent ” het ondiepe dal waar de molen staat”. De distilleerderijeen samenvoeging van twee kleinere distilleerderijen,  bestaat al sinds 1816, alhoewel er op die plek al sinds 1742 (illegaal) whisky wordt gestookt.  Het productieproces op stoom met twee wash en twee peervormige spirits stills is volledig computergestuurd.  Lagavulin haalt zijn water uit een nabij gelegen meertje: het is regenwater uit de bergen dat over de turf- en heidegronden stroomt en zo bijdraagt tot de smaak van de whisky. Daarnaast wordt de whisky gerijpt op bourbonvaten. Lagavulin is de enige van whisky’s van Isaly die in de reeks “Classic Single Malt of Scotland” wordt verkocht. Net als de andere twee, Laphroaig en Ardbeg verdeelt de typische jodium smaak van de whisky de proevers in twee kampen: you love it or you hate it. Zeker geen whisky voor beginners.

De klassieke Lagavulin single malt is 16 jaar oud alhoewel er al een 12 jaar oude cask strength te vinden is die in Pedro Ximenez vaten (PX) gerijpt is. Lagavulin is in handen van de Diageo groep. Voor de kenners en liefhebbers van dure whisky zijn er ook nog gelimiteerde versies te vinden van 21, 25 en  30 jaar oud, maar daar moet je heel diep voor in je portefeuille gaan.

Kilchoman, de boerderij-distilleerderij 

In ons volgende artikel rijden we naar de andere kant van het eiland, op zoek naar Kilchoman (zie artikel).

NM.

NM goes Praag

7502

9 mei is de Dag van Europa

Vandaag wordt in de 28 lidstaten van de Europese Unie feest gevierd want 9 mei is Europadag. Deze dag wordt ook soms Schumandag genoemd, naar de Franse Minister van Buitenlandse Zaken, Robert Schuman. 9 mei is de herinnering aan die historische verklaring van Schuman op 9 mei 1950, en dit was zowat het begin van deEuropese Unie zoals we die nu kennen. Sedert 1950 is er natuurlijk al van alles gebeurd in de Europese Unie, maar 9 mei is en blijft één van de symbolen die voor eenheid en integratie van alle Europeanen moeten zorgen. Ook Nullam doet hier aan mee, en zoals elk jaar stellen we een lidstaat in de kijker. Vorig jaar kozen we Litouwen, dit jaar viel onze keuze op Tsjechië en meer bepaald de hoofdstad Praag.

Waarom een bezoekje brengen aan Praag?

Praag is een magische stad en meer dan een bezoek waard. Vermijd de bekende tourist traps en alles waar ‘authentic Czech culture’ op staat en je zal één van je mooiste city trips beleven. Praag is een stad met een rijke geschiedenis: ooit verscholen achter het ijzeren gordijn, dus communisme en spionnen; een president die ooit in de gevangenis zat, zeer goed onderhouden of gerestaureerde barokke architectuur, grote boulevards en kleine gekasseide straatjes waar Franz Kafka ooit doorliep. De stad werd zo goed als ontworpen in de veertiende eeuw door de ambitieuze koning IV. Károly) of Koning Karel IV en onderging de invloed van de tijd en de gebeurtenissen, en zo werden de moderne kantoorgebouwen en talrijke fastfoodrestaurants aan het straatbeeld toegevoegd.

Ook op vlak van cultuur heeft Praag enorm vele te bieden want vele vooraanstaande dichters, schrijvers, wetenschappers en artiesten komen uit Praag (of Tsjechië).  Het Kafka museum (Cihelná 635/2b, 118 00 Praha 1, Tsjechië) en het Alphonse Mucha museum (Kaunický Palác, Panská 7, 110 00 Praha 1, Tsjechië) zijn echt een bezoekje waard.

Wanneer ga je best naar Praag? Moeilijk te zeggen, maar tijdens de zomermaanden wordt Praag overspoeld door horden biertoeristen die via vele low cost carriers worden aangevlogen. September en oktober zijn de maanden tijdens dewelke je het best van Praag kan genieten.

7465

  1. Hradčany

De Hradčany is niet alleen de naam van het kasteel of de burcht (hrad) van Praag, maar ook de ganse heuvel. De originele burcht werd gebouwd in 880 door een zekere Borovoj en is gelegen op een heuvel en dus van heel ver te zien. De burcht is ’s avonds heel mooi verlicht. In deze wijk ben je al makkelijk één tot twee dagen kwijt want de burcht alleen al is 7.5 hectare groot. Je gaat binnen via de Hradčanské náměstí, waar je met een beetje geluk de aflossing van de wacht ziet. Oude glorie in nieuwe door President Václav Havel zelf ontworpen uniformen, maar de geweren zijn van hout. Vanaf hier kan je rustig kuieren in de talrijke binnenplaatsen, smalle straten en steegjes met talrijke torens en onder andere het statige Lobkowiczpaleis (Lobkovicky palác) op het einde van de 17de eeuw herbouwd door de adellijke familie Lobkowicz en het speelgoedmuseum (Muzeum Hracek Jiøská 6 516 01 Praag), met zijn prachtige collectie barbiepoppen. Het is leuk kuieren in de Praagse burcht (Pražský hrad) die in verschillende stijlen is gebouwd, bijvoorbeeld  de 14e eeuwse Gothische St. Vitus kathedraal, de beltoren (het hoogste punt van het kasteel van waar je  een prachtig uitzicht over het kasteel en de oude stad van Praag hebt), het kleurrijke Gouden Steegje (Zlatá ulička u Daliborky), de Daliborka Toren, enzoverder.

7744

  1. Praag en panorama’s

Je ziet het niet als je door de gezellig drukke straatjes wandelt, maar Praag wordt de stad van de honderd torenspitsen genoemd. Het is pas wanneer je op één van hoge punten bent dat je de honderden torenspitsen ziet. Het zijn er duidelijk veel meer dan honderd. Wil je een mooi panoramisch zicht, dan kan je dit doen vanop de toren van de Old Town Hall (dicht bij de astronomische klok), vanop de sterrenwacht van het Clementinum, vanop de toren van de Sint-Vituskathedraal (onderdeel van de Praagse burcht) en vanop de Petřín observatietoren (Petřínská rozhledna), een op de Eiffeltoren lijkend 64 meter hoog ijzeren gedrocht. Praag is trouwens heel mooi verlicht ’s avonds.

Staroměstské náměstí 1/3, 110 00 Praag

7643

  1. Het Klementinum

Het Klementinum is na de burcht het grootste gebouwencomplex van Praag (twee hectare). Oorspronkelijk was het een jezuïetenklooster maar er zijn ook nog drie kerken, woonhuizen en vijf binnenplaatsen en tuinen binnen dit complex. En een wereldberoemde toren annex sterrenwacht, van waaruit Johannes Kepler en Tycho Brahe rond de jaren 1600 de planeten bestudeerde. Van hier heb je een mooi panoramisch zicht over Praag. Momenteel bevinden zich in het complex de prachtige Nationale Tsjechische Bibliotheek en de Technische Rijksbibliotheek, welke een bezoekje waard zijn. In deze ongelofelijke bibliotheek mogen echter geen foto’s genomen worden

Mariánské namestí 4 110 01 Praag

  1. Karlův most (Charles Bridge)

Een stad met een rivier heeft voor mij sowieso al meer charme dan één zonder. Praag wordt in twee gedeeld door de pittoreske groene Vltava, met als resultaat ongeveer dertig bruggen en een hoop eilandjes.

De bekendste brug is de Karlův most, genoemd naar de ambitieuze keizer Karel IV, de man die eigenlijk Praag zoals het er nu uitziet ontwierp. Hij is dus de man die in 1357 de spectaculaire Karelsbrug liet bouwen. Een paar cijfers: de voetgangersbrug is 516 meter lang en 10 meter breed en verbindt de Oude Stad met Malá Strana; de brug bestaat uit 16 bogen; op de brug staan 30 barokke standbeelden (de meeste zijn replica’s van de originele) en 3 torens waarvan de toren aan de kant van de oude stad de meeste gothische is. De brug heeft dienstgedaan in processies, oorlogen, executies en filmscènes. De brug is duidelijk het hart en ziel van de stad en op en rond de brug valt er altijd wel iets te beleven: eetkraampjes, veel toeristen en dus souvenirs, bootjes, straatmuzikanten, bedelaars, rommelmarkten en ga zo maar door.

7362

  1. Bier

De liefhebbers van bier komen zeker aan hun trekken in Praag want je hebt er naast de talrijke populaire biercafés ook een relatief groot aantal kleine brouwerijtjes met heel goede bieren. Het beste bier zou getapt worden in Zlý časy in the Nusle district, maar dat is natuurlijk voor discussie vatbaar. Het bier is heel goedkoop in Praag (kijk maar naar de prijs per liter) en lokt dus vele toeristen. We geven je hieronder een aantal tips van etablissementen die we zelf bezocht hebben, maar er zijn dus nog heel veel andere. Vele van deze biercafés hebben een lange traditie en serveren “traditional Czech cuisine”.

PIVOVARSKÝ DŮM: proef de verschillende bieren die ter plaatse gebrouwen worden. Leuke plaats met koperen ketels en versierd met alles wat je nodig hebt om bier te maken. De geur van mout en hoppe is prominent aanwezig. (cnr Ječná & Lipová, Nové Město)

KLÁŠTERNÍ  PIVOVAR STRAHOV: Ook deze kleine gezellige brouwerij in Hradčany dicht bij het kasteel van Praag, wordt gedomineerd door koperen ketels. Ze serveren twee soorten St Norbert bier: het donkere tmavý en het amberkleurige polotmavý. Daarnaast hebben ze ook een 6.3% sterk IPA bier.(klasterni-pivovar.cz; Strahovské nádvoří 301)

U SLOVANSKÉ LÍPY: aan de Lindenboom: bieren van de Kout na Šumavě brouwerij, ondere de světlý ležák en de donkere tmavý speciál van 18° (uslovanskelipy.cz; Tachovské náměstí)

OBYČEJNÝ SVĚT (obycejnysvet.com; Korunní 96)

KLÁŠTERNÍ PIVNICE (Ovenecká 15)

7708 pečené vepřové koleno

5. Keuken

De schoonheid van Praag groeit langzaam op de bezoeker. De architectuur reflecteert de verschillende veranderingen die Praag ondergaan heeft in de loop der tijden. Praag is tijdens de tweede wereldoorlog redelijk gespaard gebleven, eigenlijk tot aan de val van het Ijzeren Gordijn. De verschillende stijlen zie je het best op Staroměstské náměstí, het plein in de Oude Stad. Vanop ditt plein kan je 360 graden rond je as draaien en de vele mooie maar zeer diverse gebouwen bewonderen.

De geschiedenis heeft natuurlijk ook de keuken beïnvloed. Voor ik in Praag geland was had ik zo het idee dat de keuken van Praag enkel bestond uit goulash, geleend van Hongarije en weggespoeld met sloten goedkope pivo (bier).

6. Guláš

Er zijn genoeg kleine (familie)restaurantjes waar je goulash kan eten, maar er is meer. Praag heeft een overvloed aan streetfood

Naast de invloed van de Hongaarse keuken, kan je niet naast de invloed van de Duitse en Oostenrijkse keuken kijken. Zelfs al ken je geen woord Tsjechisch, naast de woorden strudel en schnitzel kan je niet kijken.

En overal serveren ze ‘Traditional Czech Food’ **WINK**

Rond het Wenceslas plein (Vaclavske Namesti) in het oude centrum van Praag vind je heel veel restaurants en als foodie zal je hier zeker je gading vinden. Niet alleen in een restaurant maar ook in de talrijke kiosken met streetfood: alle soorten worsten (Duitse, Poolse, Italiaanse,…) verkocht tussen een stuk brood (chléb) eventueel met gekarameliseerde ajuinen en met kruidige mosterd.

Er is ook geen ontsnappen aan de Tsjechische Knedliky of knoedels want ze worden bij zowat alles geserveerd. Er zijn verschillende soorten, en ze worden gebruikt om in de saus te doppen van bijvoorbeeld je goulash (niet te vergelijken eigenlijk met de Hongaarse goulash).

7538

7. Praag en zijn kavárna

Praag heeft ook een cafécultuur dankzij de vele kavárna. In de meeste is geschiedenis geschreven en werden druk bezocht door schrijvers, kunstenaars en denkers. Een kavarna is een ideale stopplaats na een lange wandeling en om een lichte maaltijd te gebruiken en een glas echte Pilsner Urquell of Budweiser Budvar. De meeste hebben ook een zeer uitgebreide dessertkaart. Leuk vertoeven, maar het blijft een beetje een goedkope kopie van Wenen en Boedapest.

7314a_edited-2

8. De John Lennon muur

De muur is een deel van de priorij van de Ridders van Malta en is een herinnering aan John Lennon. Sedert de moord op John Lennon in 1980 lieten fans van over gans de wereld boodschappen na op deze nu zeer kleurrijke muur (Velkopřevorské náměstí in Malá Strana), die ondertussen een toeristische trekpleister geworden is. De muur haalde in november 2014 het wereldnieuws toen studenten de muur volledig wit hadden geschilderd, met enkel de boodschap ‘Wall is over’.

Malá Strana is een leuke buurt van Praag en je zit heel dicht bij de brug. En ook daar kan je vele eetstandjes vinden, deze keer niet in de klassieke kioskvorm maar in houten chalet stijl. En ook daar kan de foodie zijn hart ophalen aan Praagse gerookte hesp, varken op de barbecue, smažený sýr (gefrituurde kaas), worsten en salami (bvb de gedraaide vinná klobása), bramborové knedlíky (aardappelknoedels), enzoverder.

Naast bier heeft Praag ook een cultuur van honingwijn (), absinthe en slivo, meestal goedkoper dan een fles water.

7663

9. Praagse zoetigheid: Trdelnik

Ook de liefhebbers van zoetigheden komen aan hun trekken in Praag. Je kan niet naats de lokale specialiteit kijken, de trdelnik. Trdelnik is eigenlijk een Hongaarse specialiteit waarbij deeg gerold wordt rond een stok (trdlo), gegrild boven een open vuur en afgewerkt met een mengeling van suiker en walnoten. De Slovaken waren iets sneller dan de Tsjechen en lieten in 2007 hun versie, de  Skalický trdelník, beschermen door de Europese Unie.

10. Praag in foto

Tot zover een kort overzicht van een interessant bezoek aan Praag. We konden niet alles beschrijven, maar als je nog wat meer foto’s wil bekijken van een zeer uitnodigende stad, klik dan op deze link naar mijn Pinterest pagina.

NM.